Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
- € 1.800,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 20 juni 2018, althans vanaf 2 juli 2018, althans vanaf de datum van de dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 326,70 aan buitengerechtelijke incassokosten inclusief btw, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 2 juli 2018, althans vanaf de datum van de dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten en de nakosten.
4.De beoordeling
jet stream, of andere omstandigheden’. Het had echter op de weg van de vervoerder gelegen om toe te lichten én te onderbouwen door welke specifieke omstandigheid de vertraging tijdens de uitvoering van vlucht BA64 is ontstaan, zodat beoordeeld had kunnen worden of deze omstandigheid in dit geval valt aan te merken als een buitengewone omstandigheid in de zin van de Verordening. Nu de vervoerder dit heeft nagelaten, kan het beroep op een buitengewone omstandigheid niet slagen. De kantonrechter komt daarom niet toe aan de beantwoording van de vraag of de vertraging ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet kon worden voorkomen.
5.De beslissing
griffierecht € 499,00
salaris gemachtigde € 248,00