Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[gedaagde]
1.Het procesverloop
2.De feiten
‘Netjes hoor!’. Ook heeft [eiseres] een link gestuurd van een leaseauto die zij wilde gaan gebruiken.
‘Wat vind je ervan?’en
‘Kan ik zo opzeggen hier?’. [eigenaar] heeft daarop enkele minuten later geschreven:
‘Ja zeker!’. Op 26 januari 2021 heeft [eiseres] haar arbeidsovereenkomst bij [nieuwe werkgever] – in de proeftijd – opgezegd.
‘Leuk dat je weer terug komt bij [gedaagde] !’. Daarop heeft [eiseres] gereageerd:
‘Dankjewel! Ik kijk er met veel plezier naar uit om samen te gaan werken. Fijne avond en tot volgende week!’
‘Ik heb je inmiddels een aantal keer geprobeerd te bellen maar ik krijg helaas geen gehoor. Ik wilde het graag nog even met je hebben over afgelopen donderdag.Ben echt onwijs van slag geweest aangezien ik het echt niet zag aankomen. Zeker niet nadat ik al vanaf dinsdag aan het werk was. Dinsdag had ik natuurlijk nog me contract gezien en afspraken met je gemaakt over de auto en dergelijke en dat maakte dat donderdag ineens helemaal als een bom binnen kwam.Het geen waar ik heel erg van baal is dat ik natuurlijk mijn contract bij [nieuwe werkgever] heb opgezegd om weer bij jou aan de slag te gaan. Ik kom door mijn inmiddels al tonende zwangerschap en in deze onzekere periode voor veel bedrijven ook gewoon lastig aan een nieuwe baan.Mijn vraag is ook waarom je niet eerder met de accountant bent gaan zitten om te kijken of het überhaupt wel binnen het budget van [gedaagde] past..Als ik dinsdag meteen had getekend had ik in ieder geval niet met lege handen gestaan.Maar goed ik hoop dat je me in ieder geval nog te woord wilt staan om nog wat uitleg te geven.’[eigenaar] heeft niet op dit bericht gereageerd.
‘U meende dat in die brief een onjuiste voorstelling van zaken wordt gegeven; u zou slechts met mevrouw [eiseres] hebben gesproken over een mogelijke terugkeer maar u had nog geen vaste afspraken met haar gemaakt. U meende verder dat het niet uw schuld zou zijn dat zij in de tussentijd haar arbeidsovereenkomst bij [nieuwe werkgever] heeft opgezegd […]’
‘In reactie op uw bericht delen wij u mede dat wij uw bericht ter kennisgeving aannemen. Zoals eerder mondeling bevestigd heeft [eiseres] geen arbeidscontract met [gedaagde] B.V. Er zijn hierover gesprekken geweest, maar dit heeft niet tot een wederzijdse overeenstemming geleid. […]’
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
‘niet tot een wederzijdse overeenstemming [hebben] geleid’.Pas ter zitting heeft [gedaagde] betwist dat overeenstemming zou zijn bereikt over de arbeidsomvang. Dat de arbeidsomvang een essentiële arbeidsvoorwaarde betrof en dat dit overeenstemming in de weg stond, is gelet op het voorgaande vooralsnog onvoldoende aannemelijk geworden.