ECLI:NL:RBNHO:2021:348

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
20 januari 2021
Publicatiedatum
15 januari 2021
Zaaknummer
8685255
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurgeschil over overlast en gedragsaanwijzing met voorwaardelijke ontruiming

In deze zaak heeft de stichting Kennemer Wonen een vordering ingesteld tegen de bewindvoerder van [naam 1], die onder bewind staat, wegens overlast veroorzaakt door [naam 1] en haar huisgenoot. De vordering betreft gedragsaanwijzingen om overlast te voorkomen en een voorwaardelijke ontruiming van de woning. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [naam 1] tekort is geschoten in haar verplichtingen als huurder, wat heeft geleid tot herhaalde klachten van omwonenden over geluidsoverlast en intimidatie. De rechter heeft de bewindvoerder verboden om overlast te veroorzaken en heeft een dwangsom opgelegd voor het geval deze regels worden overtreden. Tevens is de bewindvoerder veroordeeld tot ontruiming van de woning indien er vijf keer een dwangsom is verbeurd. De rechter heeft de vordering van Kennemer Wonen grotendeels toegewezen, met uitzondering van enkele punten die als te algemeen werden beschouwd. De proceskosten zijn voor rekening van de bewindvoerder.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 8685255 \ CV EXPL 20-3877
Uitspraakdatum: 20 januari 2021
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de stichting Stichting Woningstichting Kennemer Wonen
gevestigd te Heiloo
eiseres
verder te noemen: Kennemer Wonen
gemachtigde: mr. M.A. Le Belle, advocaat te Alkmaar
tegen
David Middelbeek, h.o.d.n. Middelbeek & Van der Linden Bewindvoering,
in zijn hoedanigheid van bewindvoerder in de zin van artikel 1:435 BW over de goederen van
[naam 1], wonende te [woonplaats] ,
kantoorhouden te Alkmaar,
gedaagde
verder te noemen: de bewindvoerder dan wel [naam 1]
gemachtigde: mr. J. de Haan, advocaat te Alkmaar

1.Het procesverloop

1.1.
Kennemer Wonen heeft bij dagvaarding van 23 juli 2020 een vordering tegen de bewindvoerder dan wel [naam 1] ingesteld. de bewindvoerder dan wel [naam 1] heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Op 14 december 2020 heeft een zitting plaatsgevonden. Kennemer Wonen is verschenen bij [naam 2] , wijkconsulent, bijgestaan door mr. Le Belle. De bewindvoerder q.q. is verschenen bij mr. De Haan, vergezeld van [naam 1] . De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Kennemer Wonen heeft voor de zitting nog een akte wijziging c.q. vermeerdering van eis overgelegd.

2.De feiten

2.1.
Bij beschikking van deze rechtbank van 4 december 2015 zijn de goederen die (zullen) toebehoren aan [naam 1] onder bewind gesteld wegens haar geestelijke of lichamelijke toestand. De bewindvoerder q.q. is tot bewindvoerder benoemd.
2.2.
[naam 1] heeft op 8 juni 2007 met (de rechtsvoorganger van) Kennemer Wonen een huurovereenkomst gesloten met betrekking tot de woning aan het [adres 1] (hierna: de woning). Van de huurovereenkomst maken deel uit de algemene huurvoorwaarden voor zelfstandige woonruimte d.d. augustus 2003.
2.3.
In artikel 6.6 van de algemene huurvoorwaarden is opgenomen, voor zover van belang:
(…) Huurder dient ervoor zorg te dragen dat aan omwonenden geen overlast of hinder wordt veroorzaakt door huurder, huisgenoten, huisdieren of door derden die zich vanwege huurder in het gehuurde of in de gemeenschappelijke ruimten bevinden. (…)
2.4.
.Op 4 mei 2020 ontving Kennemer wonen een schriftelijke klacht van bewoners van [adres 2] 9 en 7. Hierin wordt melding gemaakt van extreme overlast bestaande uit bedreiging/intimidatie, drugs, en harde muziek, mede veroorzaakt door de huisgenoot van [naam 1] ( [naam huisgenoot] ). De bewoners voelen zich hierdoor angstig en onveilig.
2.5.
Kennemer Wonen heeft [naam 1] op 5 mei 2020 schriftelijk bericht dat zij moet stoppen met het veroorzaken van overlast.
2.6.
In de periode van 5 mei 2020 tot en met juli 2020 heeft Kennemer Wonen meerdere schriftelijke klachten van omwonenden (de bewoners van de nummers [adres 2] 7, 9, 10, 12 en 22 en [adres 3] 24) ontvangen, waarin melding wordt gemaakt van geluidsoverlast, bedreigingen, scheldpartijen en vernielingen door [naam huisgenoot] .
2.7.
Op 11 juli 2020 heeft de 16-jarige bewoner van [adres 2] 7 aangifte bij de politie gedaan wegens, samengevat, bedreiging en vernieling van het raam in de voordeur door [naam huisgenoot] , waardoor hij glassplinters in zijn gezicht voelde en pijn in zijn ogen heeft.

3.De vordering

3.1.
Kennemer Wonen vordert na wijziging van eis, samengevat, dat de kantonrechter de bewindvoerder q.q. en diegenen die zich namens [naam 1] in het gehuurde bevinden, waaronder haar bezoek, bij wijze van gedragsaanwijzing met onmiddellijke ingang dan wel vanaf de dag van betekening van dit vonnis, verbiedt om:
I. geluidsoverlast te (doen) veroorzaken;
II. overlast te (doen) veroorzaken aan omwonenden door schelden en/of schreeuwen en/of vloeken te uiten;
III. overlast te (doen) veroorzaken aan omwonenden door bonken, slaan en tikken tegen muren, ramen en/of deuren van het gehuurde of het door omwonenden gehuurde;
IV. omwonenden fysiek en/of verbaal op agressieve en/of intimiderende en/of bedreigende wijze te benaderen;
V. het gehuurde en/of het door omwonenden gehuurde te vervuilen en/of te vernielen;
VI. haar voormalige huisgenoot [naam huisgenoot] te ontvangen, te laten verblijven en/of op andere wijze toegang te verlenen tot het gehuurde;
welke verboden gelden zowel gedurende dag als nacht, zowel vanuit het gehuurde als buiten in de directe omgeving van het gehuurde, een en ander op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag of gedeelte daarvan dat de bewindvoerder q.q. niet aan (één van) de veroordeling(-en) voldoet en met een maximum van € 50.000,00,
alsmede de bewindvoerder q.q., voorwaardelijk - namelijk in het geval 5 keer een dwangsom is verbeurd en aldus een bedrag van € 500,00 aan dwangsommen is bereikt - te veroordelen de woning aan het [adres 1] te ontruimen en ontruimd te houden en te verlaten met alle daarin van haar, de haren en derden aanwezige personen en zaken, zodanig dat de woning leeg en bezemschoon wordt opgeleverd en wel binnen drie dagen na betekening van dit vonnis, onder afgifte van alle sleutels aan Kennemer Wonen, op straffe van een dwangsom van € 500,00 per dag of dagdeel dat de bewindvoerder q,q. in gebreke blijft deze veroordeling na te komen,
met veroordeling van de bewindvoerder q.q. in de proceskosten, een bedrag aan nakosten daaronder begrepen.
3.2.
Kennemer Wonen legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat [naam 1] structureel en langdurig niet voldoet aan haar verplichting om zich als goed huurder te gedragen, onder meer door geen overlast aan omwonenden te veroorzaken. Zij vordert daarom diverse gedragsaanwijzingen op grond van artikel 3:296 BW, op straffe van een dwangsom. [naam 1] is verantwoordelijk voor haar huisgenoten. [naam huisgenoot] is inmiddels uit het gehuurde vertrokken en door de politierechter veroordeeld voor een aantal misdrijven jegens enkele omwonenden. Hij heeft blijvend oogletsel aan de bewoner van nummer 7 veroorzaakt. Gelet op de situatie en de ernst en duur van de overlast is Kennemer Wonen er niet gerust op dat [naam huisgenoot] blijvend is vertrokken. Dat [naam 1] zonder hulp van buitenaf niet tegen hem is opgewassen, roept vrees op over de toekomst. Omdat de goederen van [naam 1] onder bewind staan en zij naar verwachting geen effect van een dwangsom zal voelen, wenst Kennemer Wonen dat de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde voorwaardelijk, voor het geval er vijf keer een dwangsom is verbeurd, worden uitgesproken.

4.Het verweer

4.1.
De bewindvoerder q.q. voert verweer. Hij voert aan – samengevat – dat de door [naam huisgenoot] veroorzaakte overlast ernstig is, [naam 1] in een kwetsbare positie verkeert en zonder hulp van buitenaf niet tegen [naam huisgenoot] is opgewassen. [naam 1] is er inmiddels van doordrongen dat [naam huisgenoot] niet meer bij haar mag komen. De gevolgen van ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde zijn voor [naam 1] en haar kinderen zeer verstrekkend.
4.3.
Met betrekking tot de vorderingen stelt de bewindvoerder q.q. dat deze te algemeen van aard zijn, omdat de overlast niet door [naam 1] veroorzaakt is, en dat de vordering onder V niet kan worden toegewezen, omdat [naam 1] geen vernielingen heeft gepleegd. Ten aanzien van de vordering onder VI refereert de bewindvoerder q.q. zich aan het oordeel van de kantonrechter.

5.De beoordeling

5.1.
De wet bepaalt in artikel 7:213 lid 1 BW dat de huurder verplicht is zich ten aanzien van het gebruik van de gehuurde zaak als een goed huurder te gedragen. Dit staat ook in artikel 6.3 van de algemene huurvoorwaarden. [naam 1] moet - als een goed huurder - goed voor de gehuurde woning zorgen en voorkomen dat de leefomgeving overlast van haar, haar huisgenoten en/of haar bezoekers ervaart.
5.2.
Uit de overgelegde stukken en de toelichting daarop van partijen blijkt dat [naam 1] tekort is geschoten in haar verplichting om zich als goed huurder te gedragen. Er is sprake van geluidsoverlast vanuit de door [naam 1] gehuurde woning (onder andere bestaande uit ‘gebrul’ en geruzie) en van - kort gezegd - fysieke en verbale agressie jegens omwonenden en vernielingen door de huisgenoot van [naam 1] ( [naam huisgenoot] ). De bewindvoerder q.q. betwist dat ook niet.
5.3.
De kantonrechter is van oordeel dat Kennemer Wonen in deze omstandigheden belang heeft bij toewijzing van de vordering, zoals hiervoor in 3.1 onder II en VI vermeld. Ter zitting heeft Kennemer Wonen gesteld dat ze in het afgelopen kwartaal nog twee meldingen heeft ontvangen betreffende het schelden door [naam 1] . Uit de eerdere meldingen blijkt dat er in de woning is ‘gebruld’ en geruzied. De bewindvoerder q.q. heeft onvoldoende betwist dat [naam 1] dat heeft gedaan of daaraan heeft bijgedragen. Ten aanzien van de vordering onder 3.1 sub VI heeft de bewindvoerder q.q. zich gerefereerd aan het oordeel van de kantonrechter en daarmee het gestelde belang van Kennemer Wonen bij die vordering onvoldoende weersproken.
5.4.
De vordering onder 3.1 sub I is te algemeen geformuleerd om toe te kunnen wijzen. Het gevorderde onder 3.1 sub III, IV en V zal worden afgewezen, omdat onvoldoende is gebleken dat Kennemer Wonen hierbij een belang heeft. Ter zitting is gebleken dat het bij die vorderingen genoemde gedrag (kort gezegd het bonken, slaan en tikken tegen muren, de fysieke en verbale agressie en het vernielen) door [naam huisgenoot] is veroorzaakt en niet door [naam 1] . Nu [naam huisgenoot] de woning heeft verlaten, [naam 1] inmiddels hulp van derden krijgt en er van deze overlast veroorzakende gedragingen al geruime tijd geen sprake meer is, bestaat er thans onvoldoende grond om deze vorderingen toe te wijzen.
5.5.
Gelet op het voorgaande zal de kantonrechter de navolgende gedragsaanwijzing opleggen. [naam 1] krijgt daarmee een ‘laatste kans’ om ontruiming van het gehuurde te voorkomen.
5.6.
Kennemer Wonen wil met de gedragsaanwijzing ervoor zorgen dat [naam 1] zich als een goed huurder gaat gedragen en geen overlast meer veroorzaakt (al dan niet via eventuele huisgenoten en/of bezoekers). Omdat Kennemer Wonen er niet van overtuigd is dat [naam 1] zich aan de aanwijzingen (met name die ten aanzien van [naam huisgenoot] ) zal houden, wil Kennemer Wonen een ‘stok achter de deur’. Zij vordert daarom dat de woning wordt ontruimd, als er vijf keer een dwangsom is verbeurd (en [naam 1] zich dus vijf keer niet aan de gedragsaanwijzing heeft gehouden). Hoewel uit de toelichting op de vordering volgt dat Kennemer Wonen ook wil dat de huurovereenkomst voorwaardelijk wordt ontbonden en daartegen geen verweer is gevoerd, heeft Kennemer Wonen geen ontbinding van de huurovereenkomst gevorderd (noch in de akte wijziging van eis noch in de dagvaarding). Omdat de kantonrechter niet meer kan toewijzen dan gevorderd, zal er geen voorwaardelijke ontbinding van de huurovereenkomst worden uitgesproken. De gevorderde voorwaardelijke ontruiming zal wel worden toegewezen, omdat daartegen geen (afzonderlijk) verweer is gevoerd. Daarbij zal de termijn van één jaar worden aangehouden.
5.7.
De aan de gedragsaanwijzing en voorwaardelijke ontruiming gekoppelde dwangsommen zijn als niet weersproken toewijsbaar. Deze zullen worden gemaximeerd als volgt.
5.8.
De bewindvoerder q.q. heeft bij conclusie van antwoord verzocht het vonnis niet uitvoerbaar bij voorraad te verklaren, maar dat verzoek ter zitting niet gehandhaafd. Het vonnis zal daarom, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard.
5.8.
De proceskosten komen voor rekening van de bewindvoerder q.q., omdat hij grotendeels ongelijk krijgt. Daarbij wordt de bewindvoerder q.q. ook veroordeeld tot betaling van € 120,00 aan nasalaris voor zover daadwerkelijk nakosten door Kennemer Wonen worden gemaakt.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
legt aan de bewindvoerder q.q. de volgende gedragsaanwijzing op en verbiedt de bewindvoerder q.q. (althans diegene(n) die zich namens hem in het gehuurde bevindt/bevinden, waaronder het bezoek) vanaf de dag van betekening van dit vonnis:
a. overlast te (doen) veroorzaken aan omwonenden door schelden en/of schreeuwen en/of vloeken te uiten;
b. [naam huisgenoot] te ontvangen, te laten verblijven en/of op andere wijze toegang te verlenen tot het gehuurde;
welke verboden gelden zowel gedurende dag als nacht, zowel vanuit het gehuurde als buiten in de directe omgeving van het gehuurde,
een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 100,00 per dag of gedeelte daarvan dat de bewindvoerder q.q. niet aan (een van) de gedragsregel(s) voldoet en met een maximum van € 5.000,00 in totaal;
en, voor het geval dat in de periode van één jaar na de dag van betekening van dit vonnis vijf keer een dwangsom is verbeurd wegens overtreding van de gedragsregels die hiervoor onder 6.1 zijn opgelegd en aldus een bedrag van € 500,00 aan dwangsommen is bereikt:
6.2.
veroordeelt de bewindvoerder q.q. om de woning aan [adres 1] te ontruimen en ontruimd te houden en te verlaten met alle daarin van hem, de zijnen en derden aanwezige personen en zaken, zodanig dat de woning leeg en bezemschoon wordt opgeleverd en wel binnen veertien dagen na betekening van de schriftelijke mededeling aan de bewindvoerder q.q. dat er vijf keer een dwangsom is verbeurd wegens overtreding van de gedragsregels en aldus een bedrag van € 500,00 aan dwangsommen is bereikt, onder afgifte van alle sleutels aan Kennemer Wonen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag of dagdeel dat de bewindvoerder q.q. in gebreke blijft deze veroordeling na te komen, met een maximum van € 25.000,00 in totaal;
en verder:
6.3.
veroordeelt de bewindvoerder q.q. tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Kennemer Wonen tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 106,47
griffierecht € 124,00
salaris gemachtigde € 360,00;
6.4.
veroordeelt de bewindvoerder q.q. tot betaling van € 120,00 aan nasalaris voor zover daadwerkelijk nakosten door Kennemer Wonen worden gemaakt;
6.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
6.6.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.H. Lips en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter