ECLI:NL:RBNHO:2021:3363

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
21 april 2021
Publicatiedatum
22 april 2021
Zaaknummer
8492833
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Betwisting van betalingsverplichting na levering van beschadigde goederen en tijdige klachtplicht

In deze zaak heeft Blok-Interrek B.V. een vordering ingesteld tegen Gamesa Rotterdam B.V. wegens onbetaalde facturen voor geleverde goederen. De kantonrechter heeft op 21 april 2021 uitspraak gedaan in deze civiele procedure. Blok-Interrek heeft op 6 maart 2019 drie vakkenkasten geleverd aan Gamesa en een factuur van € 1.406,33 gestuurd. Gamesa heeft echter de betaling opgeschort, omdat zij stelde dat de kasten beschadigd waren tijdens het lossen en dat zij hierover tijdig had geklaagd. Blok-Interrek betwistte deze claim en stelde dat Gamesa niet binnen bekwame tijd had geklaagd over de gebreken, zoals vereist volgens artikel 6:89 van het Burgerlijk Wetboek.

De kantonrechter oordeelde dat Gamesa niet tijdig had geklaagd over de gestelde gebreken. De eerste schriftelijke reactie van Gamesa kwam pas bijna een jaar na de factuur, wat niet als tijdig kon worden beschouwd. De rechter concludeerde dat Gamesa haar betalingsverplichtingen ten onrechte had opgeschort en dat zij gehouden was het volledige factuurbedrag te betalen, inclusief rente en buitengerechtelijke incassokosten. De proceskosten werden ook aan Gamesa opgelegd, omdat zij ongelijk kreeg in deze procedure. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de vordering voor het overige werd afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 8492833 / CV EXPL 20-3792
Uitspraakdatum: 21 april 2021
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Blok-Interrek B.V.,
gevestigd te Rotterdam
eiseres
verder te noemen: Blok-Interrek
gemachtigde: S. Mian (Cashcontrol Incassodiensten B.V.)
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Gamesa Rotterdam B.V.,
gevestigd te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer
gedaagde
verder te noemen: Gamesa
gemachtigde: mr. N. Adrichem (A.I.G. Juristen)

1.Het procesverloop

1.1.
Blok-Interrek heeft bij dagvaarding van 28 april 2020 een vordering tegen Gamesa ingesteld. Gamesa heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Aanvankelijk is een mondelinge behandeling bepaald. Nadat de datum van deze behandeling een aantal keren was verzet, heeft de kantonrechter bepaald dat schriftelijk diende te worden voortgeprocedeerd. Blok-Interrek heeft vervolgens schriftelijk gereageerd op de conclusie van antwoord, waarna Gamesa een schriftelijke reactie heeft gegeven.

2.De feiten

2.1.
Gamesa heeft bij Blok-Interrek drie vakkenkasten besteld die Blok-Interrek op 6 maart 2019 heeft geleverd.
2.2.
Blok-Interrek heeft voor deze kasten een factuur aan Gamesa gestuurd d.d. 12 maart 2019 van € 1.406,33 inclusief btw.
2.3.
Blok-Interrek heeft in juli 2019 een drietal Whatsapp berichten gestuurd aan Gamesa met de vraag om het gefactureerde bedrag van € 1.406,33 te betalen. Het bericht van 24 juli 2019 luidt:
Meneer [XX] , we zijn weer een week verder nadat u mij beloofde bij mij op de zaak te komen betalen. Ik heb u niet gezien, maar ook niet gehoord. Ik verzoek u nu toch met spoed te betalen of minimaal iets te laten horen. Ik wil het graag samen oplossen, maar u laat mij weinig keus.
2.4.
De gemachtigde van Blok-Interrek heeft op 5 en 26 augustus 2019 aanmaningen gestuurd naar Gamesa op het voormalige adres van Gamesa in Rotterdam. Vanaf 4 september 2019 heeft de gemachtigde van Blok-Interrek diverse aanmaningen (zowel per e-mail als per brief naar het nieuwe adres van) Gamesa gestuurd.
2.5.
Op 5 maart 2020 heeft Gamesa per e-mail aan Blok-Interrek geschreven:
Aangezien u niet ingaat op onze betalingsvoorstel bericht ik u het volgende:
- betwisting van Gamesa Rotterdam BV heeft Blok Interrek nog steeds niet opgelost. deze betwisting dateert van maart 2019.
- U dreigt met faillissement terwijl de betwisting niet is afgehandeld,
- Uit coulance hebben wij een bedrag van € 1.000,- overgeboekt naar Blok Interrek.
- Tevens maken wij bezwaar tegen de door u opgevoerde rente en kosten.
Zolang onze betwistingen/gebreken niet zijn opgelost schorten wij het restbedrag van € 406,33 op.
Graag ontvangen wij spoedigmogelijk uw reactie.
2.6.
In reactie daarop heeft Blok-Interrek per e-mail van 6 maart 2020 geschreven:
Wij alsmede onze cliënte hebben uw e-mail van d.d. 5 maart jl. ter kennisgeving aangenomen en schorten de reeds aangezegde rechtsmaatregelen niet op. Blijkens artikel 6:89 BW heeft u reeds uw rechten verwerkt nu u sinds maart 2019 de facturen onder u heeft gehouden zonder enig beklag. Uw ingenomen standpunt, welke namens onze cliënte ten stelligste wordt ontkend en betwist en waarvan iedere nadere onderbouwing ontbreekt, houdt derhalve geen stand en handhaven wij ten stelligste namens onze cliënte de vordering. U dient het restant van € 764,66 VANDAAG aan ons te voldoen (…)
2.7.
Op 11 en 12 maart 2020 hebben partijen over en weer nog gereageerd. Gamesa heeft het door Blok-Interrek in haar bericht van 6 maart 2020 gevorderde bedrag niet voldaan.

3.De vordering

3.1.
Blok-Interrek vordert – samengevat – dat de kantonrechter Gamesa veroordeelt tot betaling van € 733,66. De vordering bestaat uit € 1.406,33 aan hoofdsom, € 116,38 aan wettelijke handelsrente berekend tot 28 april 2020 en € 210,95 aan buitengerechtelijke incassokosten, verminderd met € 1.000,00 en nog te vermeerderen met verdere rente en proceskosten.
3.2.
Blok-Interrek legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat zij aan Gamesa goederen heeft verkocht en geleverd en Gamesa daarvoor een factuur heeft gestuurd van € 1.406,33. Gamesa heeft na diverse sommaties door de gemachtigde van Blok-Interrek € 1.000,00 betaald. Het restant bedrag vermeerderd met de gemaakte buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke handelsrente heeft Gamesa, ondanks aanmaning, niet betaald.

4.Het verweer

4.1.
Gamesa betwist de vordering. Zij voert aan – samengevat – dat de kasten tijdens het lossen door de bezorger van Blok-Interrek beschadigd zijn en dat Gamesa dat heeft aangegeven aan de bezorger die dat bij Blok-Interrek heeft gemeld. Blok-Interrek heeft niet geleverd zoals is overeengekomen en Gamesa heeft haar betalingsverplichting daarom opgeschort. Gamesa voert aan dat zij tijdig en meerdere keren bij Blok-Interrek heeft geklaagd over de beschadiging en over te weinig geleverde scheidingswanden. Blok-Interrek weigert echter de beschadigde kasten te vervangen en de te weinig geleverde goederen te leveren. Ter onderbouwing van haar standpunt heeft Gamesa de pakbon overgelegd waarop een melding staat van de beschadiging tijdens het lossen door de chauffeur. Ook voert Gamesa aan dat zij uit coulance € 1.000,00 heeft betaald maar dat Blok-Interrek nog steeds weigert de beschadigde kast te ruilen. Tot slot betwist Gamesa de gevorderde rente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd te zijn omdat Blok-Interrek, ondanks toezeggingen, de goederen niet heeft geruild en nageleverd.

5.De beoordeling

5.1.
Het verweer slaagt niet. Het volgende is daartoe redengevend.
5.2.
Op grond van de wet (artikel 6:89 Burgerlijk Wetboek) kan een schuldeiser geen beroep meer doen op een gebrek in de prestatie indien hij niet binnen bekwame tijd nadat hij het gebrek heeft ontdekt of redelijkerwijze had moeten ontdekken, bij de schuldenaar terzake heeft geprotesteerd. Blok-Interrek heeft uitdrukkelijk betwist dat Gamesa tijdig zou hebben geklaagd over de geleverde producten. Het verweer dat Gamesa meerdere keren tijdig bij Blok-Interrek heeft geklaagd over de aangevoerde beschadiging aan de kasten en onvolledige aflevering, heeft Gamesa slechts onderbouwd met een kopie van de pakbon waarop met de hand een opmerking staat:
1x kast beschadigd tijdens lossen door chauffeur. Gaat het doornemen met kantoor.In haar laatste schriftelijke reactie heeft Blok-Interrek hierover gesteld dat zij de originele pakbon heeft en een kopie daarvan bij dagvaarding heeft overgelegd. Hier is de opmerking, zoals hiervoor aangegeven, niet vermeld. Gamesa heeft in haar laatste schriftelijke reactie slechts herhaald dat zij direct heeft geklaagd over de schade. Dat betekent dat niet vast staat dat de opmerking op de door Gamesa overgelegde pakbon is geschreven in het bijzijn van (de chauffeur van) Blok-Interrek en als zodanig als originele pakbon bij Blok-Interrek terecht is gekomen.
5.3.
Ook anderszins kan niet worden vastgesteld dat Gamesa tijdig heeft geklaagd. Gamesa heeft geen enkel bewijsstuk overgelegd waaruit blijkt dat zij zou hebben gereageerd op de Whatsapp berichten van Blok-Interrek van juli 2019. Ook zijn er geen stukken die erop duiden dat Gamesa heeft gereageerd op de aanmaningen die Blok-Interrek vanaf augustus 2019 heeft gestuurd. Weliswaar waren de eerste twee brieven kennelijk naar het oude adres van Gamesa gestuurd, maar ook van de brieven en e-mails die Blok-Interrek vanaf september 2019 aan Gamesa heeft gestuurd, heeft zij geen reactie overgelegd. Enig bewijs van mogelijk telefonisch contact ontbreekt eveneens. Het moet er daarom voor worden gehouden dat de eerste (schriftelijke) reactie van Gamesa dateert van 5 maart 2020, bijna 1 jaar na het versturen van de factuur. Naar het oordeel van de kantonrechter is dat niet binnen bekwame tijd, zodat Gamesa zich niet met recht kan beroepen op de gestelde gebreken. Van enige toezegging dat Blok-Interrek de kast(en) zou ruilen en/of goederen zou naleveren is ook niet gebleken.
5.4.
Het bovenstaande betekent dat Gamesa haar betalingsverplichtingen ten onrechte heeft opgeschort en dat zij gehouden is om de factuur volledig te voldoen. Omdat Gamesa in gebreke is gebleven met het tijdig voldoen van de factuur is zij voorts de rente verschuldigd, als gevorderd. Blok-Interrek heeft voldoende gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten komt overeen met het in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten bepaalde tarief en zal worden toegewezen.
5.5.
De proceskosten komen voor rekening van Gamesa, omdat zij ongelijk krijgt.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt Gamesa tot betaling aan Blok-Interrek van € 733,66 te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 28 april 2020 tot aan de dag van de gehele betaling;
6.2.
veroordeelt Gamesa tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Blok-Interrek tot en met vandaag vaststelt op € 832,59, te weten:
dagvaarding € 85,59
griffierecht € 499,00
salaris gemachtigde € 248,00;
6.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.E. van Oosten-van Smaalen, kantonrechter en op 21 april 2021 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter