Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[gedaagde sub 1]
1.Het procesverloop
2.De feiten
“herziene, redelijke factuur die recht doet aan de verrichte werkzaamheden”.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [XX] B.V. een vordering ingesteld tegen [gedaagde c.s.] wegens onbetaalde facturen voor loodgieters- en timmerwerkzaamheden. De werkzaamheden zijn uitgevoerd in opdracht van [gedaagde c.s.] aan hun garage, waarbij een offerte was opgesteld die in regie zou worden uitgevoerd. De offerte vermeldde een bedrag voor het loodgieterswerk en een uurtarief voor het timmerwerk, met de afspraak dat onvoorziene problemen in overleg zouden worden besproken.
Na de uitvoering van de werkzaamheden heeft [eiseres] een factuur gestuurd van € 9.534,20, waartegen [gedaagde c.s.] bezwaar maakte. [gedaagde c.s.] heeft een bedrag van € 4.900,00 betaald, maar weigerde het resterende bedrag van € 4.634,20 te voldoen. [eiseres] heeft vervolgens juridische stappen ondernomen om het openstaande bedrag te vorderen, inclusief rente en buitengerechtelijke kosten.
Tijdens de zitting werd duidelijk dat er onenigheid bestond over de interpretatie van de offerte en de communicatie tussen partijen. [gedaagde c.s.] stelde dat de kosten voor het timmerwerk niet hoger dan € 1.500,00 zouden zijn, terwijl [eiseres] betoogde dat de extra werkzaamheden in overleg waren uitgevoerd. De kantonrechter oordeelde dat [gedaagde c.s.] onvoldoende had aangetoond dat de factuur onterecht was en dat de gevorderde hoofdsom, rente en buitengerechtelijke kosten toewijsbaar waren.