Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het verdere procesverloop
2.De feiten
die wat vriendelijker erin staat dan de taxateur, want dat rapport nekt ons nu wel”.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak staat de vraag centraal of de koper van een woning zich terecht heeft beroepen op het financieringsvoorbehoud. De verkoper, [eiser], stelt dat de koper, [gedaagde], onvoldoende inspanningen heeft verricht om de financiering te verkrijgen en vordert daarom de contractuele boete van 10% van de koopsom. De koper betwist dit en stelt dat zij voortvarend heeft gehandeld, maar de bank onredelijke aanvullende voorwaarden heeft gesteld. De kantonrechter oordeelt dat de koper niet aan haar inspanningsverplichting heeft voldaan, omdat zij geen bouwtechnische keuring of schoongrondverklaring heeft aangevraagd, wat leidde tot de afwijzing van de hypotheekaanvraag door de bank. De kantonrechter concludeert dat de ontbinding van de koopovereenkomst door de koper geen rechtsgevolg heeft gehad, waardoor de verkoper recht heeft op de boete. Echter, de kantonrechter ziet aanleiding om de boete te matigen van € 17.500,00 naar € 8.750,00, omdat de verkoper de woning uiteindelijk voor een vergelijkbaar bedrag heeft kunnen verkopen. De vordering van de verkoper wordt toegewezen tot het gematigde bedrag, en de kosten van de procedure komen voor rekening van de koper.