ECLI:NL:RBNHO:2021:2820

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
9 april 2021
Publicatiedatum
6 april 2021
Zaaknummer
8995028
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet wegens bedrog bij geldleningen door werknemer

In deze zaak verzoekt de werknemer om vernietiging van zijn ontslag op staande voet, dat door zijn werkgever, Derako International B.V., is opgelegd. De kantonrechter heeft het verzoek van de werknemer afgewezen, omdat de werkgever voldoende heeft aangetoond dat de werknemer bedrog heeft gepleegd door met valse informatie geldleningen te verkrijgen. Dit vormt een dringende reden voor ontslag op staande voet. De werknemer is niet verschenen op de zitting, waardoor hij geen gelegenheid heeft gehad om vragen te beantwoorden of zijn standpunt toe te lichten. De kantonrechter oordeelt dat het ontslag rechtsgeldig is en wijst ook de verzoeken van de werknemer om doorbetaling van loon en een transitievergoeding af, omdat de dringende reden voor ontslag ook ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer inhoudt. Daarnaast wordt de werknemer veroordeeld tot terugbetaling van een lening van ruim € 40.000,00 aan de werkgever. De proceskosten komen voor rekening van de werknemer, die ongelijk heeft gekregen in deze procedure.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 8995028 \ AO VERZ 21-6 (PA)
Uitspraakdatum: 9 april 2021
Beschikking in de zaak van:
[verzoeker]
wonende te [woonplaats]
verzoekende partij
verder te noemen: [verzoeker]
gemachtigde: geen
tegen
de besloten vennootschap
Derako International B.V.
gevestigd te ‘t Zand
verwerende partij
verder te noemen: Derako
gemachtigde: mr. J.M. Caro
Samenvatting van de zaak en de uitspraak
Deze zaak gaat over een ontslag op staande voet. De werknemer verzoekt om vernietiging van dat ontslag. De kantonrechter wijst het verzoek van de werknemer af. De kantonrechter oordeelt dat de werkgever heeft aangetoond dat de werknemer bedrog heeft gepleegd, door met valse informatie geldleningen te verkrijgen van de werkgever. Dat levert een dringende reden op voor ontslag op staande voet. Bij dit oordeel weegt mee dat de werknemer niet is verschenen op de zitting om vragen te beantwoorden. Het verzoek van de werkgever om toekenning van een vergoeding wegens onregelmatige opzegging wordt toegewezen. Ook wordt de werknemer veroordeeld tot terugbetaling van de lening tot een bedrag van ruim
€ 40.000,00.

1.Het procesverloop

1.1.
[verzoeker] heeft een verzoek gedaan, primair om een ontslag te vernietigen en subsidiair om toekenning van onder meer een billijke vergoeding. Ook is een verzoek gedaan om een voorlopige voorziening te treffen. Derako heeft een verweerschrift en een (voorwaardelijk) tegenverzoek ingediend.
1.2.
Op 26 maart 2021 heeft een zitting plaatsgevonden. [verzoeker] is niet verschenen. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat Derako ter toelichting van haar standpunt naar voren heeft gebracht. Vóór de zitting heeft Derako bij faxbericht van 9 maart 2021 nog stukken toegezonden.

2.De feiten

2.1.
[verzoeker] , geboren 12 februari 1984, is sinds 8 juli 2019 in dienst bij Derako. De functie van [verzoeker] is [xxx] met een salaris van € 4.250,00 bruto per maand.
2.2.
Derako heeft aan [verzoeker] in totaal een bedrag van € 65.931,86 geleend. Daartoe zijn vier aktes van geldlening opgesteld.
2.3.
Op 20 november 2020 is [verzoeker] op non-actief gesteld.
2.4.
Op 24 november 2020 is [verzoeker] op staande voet ontslagen. In een brief van dezelfde datum is het ontslag bevestigd. Daarbij is als dringende reden voor het ontslag genoemd dat [verzoeker] fraude en bedrog heeft gepleegd, waaronder het tonen van frauduleuze stukken en documenten, waardoor hij het vertrouwen van Derako onwaardig is geworden.

3.Het verzoek, het verweer en het tegenverzoek

3.1.
[verzoeker] verzoekt de kantonrechter het ontslag op staande voet te vernietigen en Derako te veroordelen tot doorbetaling van loon. Aan dit verzoek legt [verzoeker] ten grondslag – kort weergegeven – dat geen sprake is van een dringende reden voor ontslag op staande voet. [verzoeker] heeft daarnaast, subsidiair, ook een verzoek gedaan om Derako te veroordelen een vergoeding wegens onregelmatige opzegging, een billijke vergoeding en een transitievergoeding te betalen.
3.2.
Derako verweert zich tegen het verzoek. Daartoe is – samengevat – aangevoerd dat de geconstateerde fraude en bedrog een ontslag op staande voet rechtvaardigt. Wat betreft de transitievergoeding stelt Derako dat daarop geen aanspraak bestaat, omdat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen door [verzoeker] . Verder wordt bij wijze van tegenverzoek (voorwaardelijk) verzocht om de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] te ontbinden, en om [verzoeker] onder meer te veroordelen tot betaling van een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en terugbetaling van de lening tot een bedrag van € 40.931,86.

4.De beoordeling

het verzoek
4.1.
Bij brief van 12 maart 2021 heeft de aanvankelijke gemachtigde van [verzoeker] zich onttrokken en gevraagd om de zitting te verplaatsen zodat [verzoeker] een andere gemachtigde kon zoeken. De rechtbank heeft [verzoeker] bij brief van 15 maart 2021 medegedeeld dat de zitting van 17 maart 2021 zal worden verplaatst naar 26 maart 2021. Derako heeft [verzoeker] vervolgens voor de zitting van 26 maart 2021 laten oproepen met een exploot van de deurwaarder van 18 maart 2021. Daarbij is ook het verweerschrift gevoegd. Het exploot van de deurwaarder is aan [verzoeker] in persoon betekend. Gelet hierop is [verzoeker] deugdelijk opgeroepen en kan de kantonrechter nu een beslissing nemen.
4.2.
Het gaat in deze zaak om de vraag of het ontslag op staande voet moet worden vernietigd en of Derako moet worden veroordeeld tot doorbetaling van loon.
4.3.
Naar het oordeel van de kantonrechter is het ontslag op staande voet rechtsgeldig. [verzoeker] heeft immers niet meer weersproken de voldoende gemotiveerde en onderbouwde stelling van Derako dat voor dat ontslag een dringende reden aanwezig was. Door niet te verschijnen op de zitting heeft [verzoeker] geen vragen daarover van de kantonrechter kunnen beantwoorden en geen inlichtingen kunnen geven. Dat betekent ook dat [verzoeker] de stellingen van Derako en de tijdens de mondelinge behandeling gegeven nadere toelichting van Derako niet heeft weersproken. De kantonrechter verbindt daaraan het gevolg dat [verzoeker] de stellingen van Derako niet heeft betwist, zodat die stellingen voor juist worden gehouden.
4.4.
Omdat hiervoor is geoordeeld dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is, zal het verzoek van [verzoeker] om vernietiging van dat ontslag worden afgewezen. Ook de loonvordering van [verzoeker] en de gevorderde wedertewerkstelling is daarom niet toewijsbaar. De vordering ten aanzien van de transitievergoeding wordt eveneens afgewezen, omdat in dit geval de dringende reden voor het ontslag op staande voet ook ernstig verwijtbaar handelen van [verzoeker] oplevert.
4.5.
De verzoeken van [verzoeker] zullen dus worden afgewezen.
4.6.
Nu in deze beschikking al een beslissing wordt gegeven over het verzoek van [verzoeker] , is er geen reden meer om een voorlopige voorziening te treffen. Een voorlopige voorziening kan immers alleen worden getroffen voor de duur van het geding (artikel 223 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).
4.7.
De proceskosten komen voor rekening van [verzoeker] , omdat hij ongelijk krijgt. Daarbij zal het salaris van de gemachtigde van Derako worden vastgesteld op € 747,00. Daarbij wordt [verzoeker] ook veroordeeld tot betaling van € 124,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door Derako worden gemaakt.
het tegenverzoek
4.8.
Hiervoor is geoordeeld dat het verzoek van [verzoeker] tot vernietiging van het ontslag op staande voet wordt afgewezen en dat dit ontslag dus niet wordt vernietigd. Dat betekent dat aan de voorwaarde waaronder [verzoeker] het verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft gedaan, niet is vervuld. Het verzoek hoeft daarom niet te worden beoordeeld en er hoeft ook niet op te worden beslist.
4.9.
Het verzoek van Derako om [verzoeker] te veroordelen tot terugbetaling van € 40.931,86 aan geleende bedragen en teruggave van de eigendommen van Derako kan worden toegewezen. [verzoeker] heeft immers de voldoende gemotiveerde stellingen van Derako daarover niet weersproken.
4.10.
Ook de gevorderde verklaring voor recht en de gevorderde vergoeding wegens onregelmatige opzegging van € 4.250,00 kan worden toegewezen. De gevorderde wettelijke rente over deze vergoeding zal worden toegewezen, te rekenen vanaf de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd, dus vanaf 24 november 2020.
4.11.
De proceskosten komen voor rekening van [verzoeker] , omdat hij ongelijk krijgt. Daarbij zal het salaris van de gemachtigde van Derako worden vastgesteld op € 498,00. Daarbij wordt [verzoeker] ook veroordeeld tot betaling van € 124,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door Derako worden gemaakt.

5.De beslissing

De kantonrechter:
het verzoek
5.1.
wijst de verzoeken af;
5.2.
veroordeelt [verzoeker] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Derako tot en met vandaag vaststelt op € 747,00 aan salaris voor de gemachtigde van Derako, en veroordeelt [verzoeker] tot betaling van € 124,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door Derako worden gemaakt;
5.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
het tegenverzoek
5.4.
verklaart voor recht dat Derako op juiste gronden en op juiste wijze is gekomen tot een ontslag op staande voet;
5.5.
veroordeelt [verzoeker] tot betaling van de vergoeding wegens onregelmatige opzegging van € 4.250,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 november 2020 tot aan de dag van algehele voldoening;
5.6.
veroordeelt [verzoeker] om aan Derako te betalen een bedrag van € 40.931,86;
5.7.
veroordeelt [verzoeker] tot het overdragen aan Derako van de mobiele telefoon en de laptop;
5.8.
veroordeelt [verzoeker] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Derako tot en met vandaag vaststelt op een bedrag van € 498,00 aan salaris voor de gemachtigde van Derako, en veroordeelt [verzoeker] tot betaling van € 124,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door Derako worden gemaakt;
5.9.
verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
5.10.
wijst het verzoek voor het overige af.
Deze beschikking is gewezen door mr. P.J. Jansen, kantonrechter en op 9 april 2021 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter