ECLI:NL:RBNHO:2021:271

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
7 januari 2021
Publicatiedatum
13 januari 2021
Zaaknummer
15.091669.18
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorhanden hebben van een aanzienlijke hoeveelheid wapens en munitie met afwezigheid van alle schuld

Op 7 januari 2021 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het voorhanden hebben van een aanzienlijke hoeveelheid wapens en munitie. De zaak werd behandeld in de meervoudige strafkamer van de rechtbank in Alkmaar. De verdachte, geboren op [geboortedatum] en ingeschreven op het adres [adres], werd aangeklaagd voor meerdere feiten die verband hielden met de Wet wapens en munitie. De officier van justitie, mr. M.J.A. Colijn, vorderde bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten, terwijl de verdediging, vertegenwoordigd door mr. E.J. Woud, zich refereerde aan het oordeel van de rechtbank.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. Tijdens de zittingen op 17 en 24 december 2020 zijn de feiten besproken, waarbij de verdachte bekend heeft dat hij de wapens in zijn bezit had. De rechtbank kwam tot de conclusie dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de feiten 1 en 2, maar oordeelde dat hij voor feit 3 moest worden ontslagen van alle rechtsvervolging vanwege afwezigheid van alle schuld. Dit was gebaseerd op het feit dat de verdachte in de veronderstelling verkeerde dat hij de wapens mocht bezitten, zoals eerder medegedeeld door de politie.

De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 300 dagen, waarvan 264 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 240 uren. De rechtbank benadrukte de ernst van het voorhanden hebben van een grote hoeveelheid wapens en munitie, maar hield rekening met de omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn lange staat van dienst en het feit dat hij afstand had gedaan van de wapens die hij niet mocht hebben. De uitspraak werd gedaan door een samengestelde rechtbank, met mr. M.E. Allegro als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op 7 januari 2021.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Straf, locatie Alkmaar
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15/091669-18 (P)
Uitspraakdatum: 7 januari 2021
Tegenspraak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 17 december 2020 en 24 december 2020 in de zaak tegen:
[verdachte]
geboren op [geboortedatum]
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres]
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. M.J.A. Colijn en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. E.J. Woud, advocaat te Hoorn, naar voren hebben gebracht.

1.Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Feit 1hij op of omstreeks 9 mei 2018 te Enkhuizen een of meer wapens van
categorie III onder 1:
- een gas/alarmpistool, merk Reck Perfecta model FBI 8000, kaliber 8 mm (KVI 15) en/of
- een gas/alarmpistool, merk PTB 40002, kaliber 8 mm (KVI 33) en/of
- een gas/alarmpistool, merk Valtro, model A.P. 92 army, kaliber 9 mm (KVI 19) en/of
- een gas/alarmpistool, merk Umarex Browning, kaliber 9 mm (KVI 25) en/of
- een gas/alarmpistool, merk Stalker Atak Arms, kaliber 9 mm (KVI 36) en/of
- een gas/alarmpistool, merk Walther P88, kaliber 8mm (KVI 27) en/of
- een geweer, merk Voere, kaliber .22 LR (KVI 5) en/of
- een geweer, merk Production Manu Arms, kaliber .410 kort (KVI 6) en/of
- een geweer, dubbelloops (KVI 8) en/of
- een geweer, enkelloops, kaliber 9 mm (KVI 9) en/of
- drie patroonmagazijnen, merk Glock, kaliber 9 mm
zijnde (een) vuurwapens in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool
en/of
categorie III onder 4:
- een alarmpistool, merk Kimar, kaliber 8 mm (KVI 10)
en/of
categorie II onder 2:
- een semi-automatisch pistool (met twee patronenmagazijnen), merk Zoraki 925, kaliber 9 mm (KVI 16),
zijnde een vuurwapen geschikt om automatisch te vuren
categorie II onder 3:
- een geweer, merk Baikal Nkk 18 Mm, kaliber 12 (KVI 7)
zijnde een vuurwapen dat zodanig was vervaardigd of gewijzigd dat het dragen niet of minder zichtbaar was en/of dat de aanvalskracht werd verhoogd
Munitie:
en/of een hoeveelheid munitie van categorie II en/of III, waaronder:
voor vuurwapens:
categorie II:
- 11 stuks hollow-piont patronen, kaliber .22 LR (KVI 35) en/of
categorie III:
- 4 stuks Long Rifle volmantel patronen, kaliber .22 LR (KVI 35) en/of
- 16 stuks Long Rifle loden patronen, kaliber .22 LR (KVI 35) en/of
- 50 stuks scherpe randvuur jachtpatronen, merk Fiocchi, kaliber 9 x 34,5 millimeter (KVI 44) en/of
- 14 stuks scherpe centraalvuur jachtpatronen, merk Elwy, kaliber 12 mm (KVI 34) en/of
voor gas/alarmwapens:
- 50 stuks scherpe patronen, merk Ozkursan, kaliber 9 mm (KVI 36) en/of
- 50 stuks scherpe knalpatronen, cnetraalvuur, kaliber 8 millimeter (KVI 33)
voorhanden heeft gehad;
Feit 2hij op/in of omstreeks 9 mei 2018 te Enkhuizen een of meer wapens van categorie I, onder 7° van de Wet wapens en munitie, te
weten:
- een nabootsing van een (airsoft) vuurwapen (merk Sig Sauer, model SG 551) (KVI 11) en/of
- een nabootsing van een (airsoft) vuurwapen (merk Heckler & Koch) (KVI 12)
zijnde (een) voorwerp(en) dat/die voor wat betreft zijn/hun vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonde(n) met (een) vuurwapen(s) en/of met (een) voor ontploffing bestemde voorwerp(en),
en/of
een (onderdeel van een) wapen van categori I onder 3 van de Wet wapens en munitie, te weten:
- een geluiddemper, kaliber .22 LR
voorhanden heeft gehad;
Feit 3hij op of omstreeks 30 mei 2018 te Enkhuizen een of meer wapens van:
categorie III, onder 1:
(revolvers)
- een revolver, kaliber .380R (KVI 13) en/of
- een revolver, merk Smith and Wesson, kaliber .32 (KVI 20) en/of
- een revolver, merk Forehand and Wadsworth, kaliber .32 short (KVI 21) en/of
- een revolver, kaliber .32 short (KVI 22) en/of
- een revolver, merk st Etiënne, kaliber 8x27 mm (KVI 23) en/of
- een revolver, kaliber .32 Long (KVI 24) en/of
- een revolver, kaliber .320 Bulldog (KVI 28) en/of
- een revolver, merk J. Warner, kaliber .44 (KVI 107) en/of
- een revolver, kaliber.320 Bulldog
en/of
(seinpistolen)
- 6 seinpistolen, merk onbekend, kaliber 4 (KVI's 123, 140, 131, 130, 78, 133) en/of
- een seinpistool, merk Erma LP4-56, kaliber 4 (KVI 57) en/of
- 8 seinpistolen, merk Diana, kaliber 4 (KVI's 119, 60, 144, 146, 75, 138,64, 77) en/of
- een seinpistool, merk Adler Comet, mod. AP73, kaliber 4 (KVI 171) en/of
- 2 seinpistolen, merk Mondial, kaliber 4 (KVI's 160, 139)
en/of
(diversen)
- een geweer, merk Schmidt Rubin K31 (KVI 184) en/of
- een lijnwerper, merk Schermuly, kaliber 4 (KVI 71) en/of
- een raketsysteem, kaliber 4 (KVI 179) en/of
- een lijnwerppistool (KVI 179)
categorie III, onder 4 te weten:
- een revolver, kaliber 6 mm (KVI 101)
en/of
categorie II onder 7 te weten:
- een mortiergranaat, kaliber 50 mm (KVI 182) en/of
categorie III onder 1 te weten:
- sorteerdoosjes met diverse vuurwapen- (revolver)onderdelen (KVI 178) en/of
- gasalarmpistoolonderdelen, merk Bruni Automatic (KVI 17) en/of
- een minipistool (KVI 173) en/of
- een schietpen, merk Umarex (KVI 173) en/of
- een schietpen (military pen flare-launcher) (KVI 174) en/of
- een signaalpistool (miniflare) (KVI 176) en/of
- een afvuur- lanceerbuis (flaregun) (KVI 177) en/of
- onderdelen van vuurwapens, waaronder een snellader, merk Glock en 8 schietbekers, merk Umarex, en 2 verwisselbare patroonmagazijnen (KVI 55) en/of
categorie II onder 6 te weten:
- 2 rookpotten (militaire uitvoering) (KVI 52)
Munitie:
en/of een hoeveelheid munitie van categorie III, waaronder:
voor revolvers:
- 12 stuks kogelpatronen, merk DC, kaliber .380 R (KVI 40) en/of
- 30 stuks revolverpatronen, merk Western, kaliber .32 Short (KVI 44) en/of
- 50 stuks revolverpatronen, merk Norma, kaliver .32 S&W Long (KVI 44) en/of
voor seinpistolen:
- 10 stuks signaalpatronen, merk Bird Control Ireland, kaliber 4 (KVI 32) en/of
diverse:
- 40 stuks geweerpatronen, merk Prvi Partizan, kaliber 7,5x55 millimeter (KVI 48) en/of
- 12 stuks signaalpatronen (vogelverschrikker), kaliber 1,5 mm (KVI 40)
voorhanden heeft gehad.

2.Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.Beoordeling van het bewijs

3.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten.
3.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van de bewijsvraag gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Verdachte heeft de hem ten laste gelegde feiten bekend.
3.3
Oordeel van de rechtbank
3.3.1.
Bewijsmiddelen
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten op grond van de bewijsmiddelen die in de bijlage bij dit vonnis zijn vervat.
3.3.2.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat
Feit 1hij op 9 mei 2018 te Enkhuizen wapens van
categorie III onder 1:
- een gas/alarmpistool, merk Reck Perfecta model FBI 8000, kaliber 8 mm (KVI 15) en
- een gas/alarmpistool, merk PTB 40002, kaliber 8 mm en
- een gas/alarmpistool, merk Valtro, model A.P. 92 army, kaliber 9 mm (KVI 19) en
- een gas/alarmpistool, merk Umarex Browning, kaliber 9 mm (KVI 25) en
- een gas/alarmpistool, merk Stalker Atak Arms, kaliber 9 mm en
- een gas/alarmpistool, merk Walther P88, kaliber 8mm (KVI 27) en
- een geweer, merk Voere, kaliber .22 LR (KVI 5) en
- een geweer, merk Production Manu Arms, kaliber .410 kort (KVI 6) en
- een geweer, dubbelloops (KVI 8) en
- een geweer, enkelloops, kaliber 9 mm (KVI 9) en
- drie patroonmagazijnen, merk Glock, kaliber 9 mm
zijnde vuurwapens in de vorm van een geweer en/of pistool
en
categorie III onder 4:
- een alarmpistool, merk Kimar, kaliber 8 mm (KVI 10)
en
categorie II onder 2:
- een semi-automatisch pistool met twee patronenmagazijnen, merk Zoraki 925, kaliber 9 mm (KVI 16),
zijnde een vuurwapen geschikt om automatisch te vuren
categorie II onder 3:
- een geweer, merk Baikal Nkk 18 Mm, kaliber 12 (KVI 7)
zijnde een vuurwapen dat zodanig was vervaardigd of gewijzigd dat het dragen niet of minder zichtbaar was
Munitie:
en een hoeveelheid munitie van categorie II en III, waaronder:
voor vuurwapens:
categorie II:
- 11 stuks hollow-point patronen, kaliber .22 LR (KVI 35) en
categorie III:
- 4 stuks Long Rifle volmantel patronen, kaliber .22 LR (KVI 35) en
- 16 stuks Long Rifle loden patronen, kaliber .22 LR (KVI 35) en
- 50 stuks scherpe randvuur jachtpatronen, merk Fiocchi, kaliber 9 x 34,5 millimeter (KVI 44) en
- 14 stuks scherpe centraalvuur jachtpatronen, merk Elwy, kaliber 12 mm (KVI 34) en
voor gas/alarmwapens:
- 50 stuks scherpe patronen, merk Ozkursan, kaliber 9 mm (KVI 36) en
- 50 stuks scherpe knalpatronen, centraalvuur, kaliber 8 millimeter (KVI 33)
voorhanden heeft gehad;
Feit 2hij op 9 mei 2018 te Enkhuizen wapens van categorie I, onder 7° van de Wet wapens en munitie, te
weten:
- een nabootsing van een (airsoft) vuurwapen (merk Sig Sauer, model SG 551) (KVI 11) en
- een nabootsing van een (airsoft) vuurwapen (merk Heckler & Koch) (KVI 12)
zijnde voorwerpen die voor wat betreft hun vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonden met vuurwapens en met voor ontploffing bestemde voorwerpen,
en
een (onderdeel van een) wapen van categorie I onder 3 van de Wet wapens en munitie, te weten:
- een geluiddemper, kaliber .22 LR
voorhanden heeft gehad;
Feit 3hij op 30 mei 2018 te Enkhuizen wapens van:
categorie III, onder 1:
(revolvers)
- een revolver, kaliber .380R (KVI 13) en
- een revolver, merk Smith and Wesson, kaliber .32 (KVI 20) en
- een revolver, merk Forehand and Wadsworth, kaliber .32 short (KVI 21) en
- een revolver, kaliber .32 short (KVI 22) en
- een revolver, merk st Etiënne, kaliber 8x27 mm (KVI 23) en
- een revolver, kaliber .32 Long (KVI 24) en
- een revolver, kaliber .320 Bulldog (KVI 28) en
- een revolver, merk J. Warner, kaliber .44 en
- een revolver, kaliber.320 Bulldog
en
(seinpistolen)
- 6 seinpistolen, merk onbekend, kaliber 4 (KVI's 123, 140, 131, 130, 78, 133) en
- een seinpistool, merk Erma LP4-56, kaliber 4 (KVI 57) en
- 8 seinpistolen, merk Diana, kaliber 4 (KVI's 119, 60, 144, 146, 75, 138, 64, 77) en
- een seinpistool, merk Adler Comet, mod. AP73, kaliber 4 (KVI 171) en
- 2 seinpistolen, merk Mondial, kaliber 4 (KVI's 160, 139)
en
(diversen)
- een geweer, merk Schmidt Rubin K31 (KVI 184) en
- een lijnwerper, merk Schermuly, kaliber 4 (KVI 71) en
- een raketsysteem, kaliber 4 (KVI 179) en
- een lijnwerppistool (KVI 179)
categorie III, onder 4 te weten:
- een revolver, kaliber 6 mm (KVI 101)
en
categorie II onder 7 te weten:
- een mortiergranaat, kaliber 50 mm (KVI 182) en
categorie III onder 1 te weten:
- sorteerdoosjes met diverse vuurwapen- (revolver)onderdelen (KVI 178) en
- gasalarmpistoolonderdelen, merk Bruni Automatic (KVI 17) en
- een minipistool (KVI 173) en
- een schietpen, merk Umarex (KVI 173) en
- een schietpen (military pen flare-launcher) (KVI 174) en
- een signaalpistool (miniflare) (KVI 176) en
- een afvuur-lanceerbuis (flaregun) (KVI 177) en
- onderdelen van vuurwapens, waaronder een snellader, merk Glock en 8 schietbekers, merk Umarex, en 2 verwisselbare patroonmagazijnen (KVI 55) en
categorie II onder 6 te weten:
- 2 rookpotten (militaire uitvoering) (KVI 52)
Munitie:
en een hoeveelheid munitie van categorie III, waaronder:
voor revolvers:
- 12 stuks kogelpatronen, merk DC, kaliber .380 R (KVI 40) en
- 30 stuks revolverpatronen, merk Western, kaliber .32 Short (KVI 44) en
- 50 stuks revolverpatronen, merk Norma, kaliber .32 S&W Long (KVI 44) en
voor seinpistolen:
- 10 stuks signaalpatronen, merk Bird Control Ireland, kaliber 4 (KVI 32) en
diverse:
- 40 stuks geweerpatronen, merk Prvi Partizan, kaliber 7,5x55 millimeter (KVI 48) en
- 12 stuks signaalpatronen (vogelverschrikker), kaliber 1,5 mm (KVI 40)
voorhanden heeft gehad.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. Verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten

Het bewezenverklaarde levert op:
Feit 1
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II en een vuurwapen van categorie III, meermalen gepleegd.
Feit 2
handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd.
Feit 3
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II en een vuurwapen van categorie III, meermalen gepleegd.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is derhalve strafbaar.

5.Strafbaarheid van verdachte

5.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich ter terechtzitting op het standpunt gesteld dat verdachte voor het onder 3 bewezen verklaarde feit moet worden ontslagen van alle rechtsvervolging, omdat sprake is van afwezigheid van alle schuld. Dit betreft de wapens die bij verdachte op de zolder zijn aangetroffen. Ten aanzien van deze wapens is eerder sprake geweest van een mededeling van de politie (WWM-expertise) dat hij deze wapens mocht hebben, zodat hij verontschuldigbaar heeft gedwaald omtrent de strafbaarheid van het bezit van deze wapens.
5.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich bij het standpunt van de officier van justitie aangesloten.
5.3.
Oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van het onder 3 bewezen verklaarde feit overweegt de rechtbank het volgende.
Vooropgesteld moet worden dat voor het slagen van een beroep op afwezigheid van alle schuld wegens dwaling ten aanzien van de wederrechtelijkheid van het bewezenverklaarde, vereist is dat aannemelijk is dat de verdachte heeft gehandeld in een verontschuldigbare onbewustheid ten aanzien van de ongeoorloofdheid van de hem verweten gedragingen. Van een zodanige onbewustheid kan slechts sprake zijn, indien de verdachte ten tijde van het begaan van het feit in de overtuiging verkeerde, dat zijn gedraging niet ongeoorloofd was.
Op basis van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting stelt de rechtbank het volgende vast. Op 30 mei 2018 zijn meerdere wapens en munitie aangetroffen op de zolder in de woning van verdachte. Verdachte heeft hierover verklaard dat hij dacht dat hij deze wapens en munitie mocht hebben, omdat hem dat eerder is medegedeeld. In 2014 hebben twee verbalisanten, die opgeleid waren tot wapendeskundige, een bezoek gebracht aan de woning van verdachte en op de zolder diverse wapens waargenomen. De verbalisanten hebben ten aanzien van deze wapens geconcludeerd dat verdachte deze wapens mocht hebben. De verbalisanten hebben dit aan verdachte medegedeeld. Eén van de verbalisanten heeft in een aanvullend proces-verbaal van 7 oktober 2020 opgemerkt dat, indien sprake was geweest van wapens die op grond van de Wet wapens en munitie verboden waren, zeker een nader onderzoek zou zijn gevolgd. De rechtbank stelt op basis van de inhoud van het dossier en de verklaring van de verdachte vast, dat dit niet heeft plaatsgevonden.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat verdachte heeft gehandeld in een verontschuldigbare (rechts)dwaling ten aanzien van de ongeoorloofdheid van de hem verweten gedraging. Er is dan ook ten aanzien van feit 3 sprake van afwezigheid van alle schuld bij verdachte.
Verdachte is daarom niet strafbaar voor het onder 3 bewezen verklaarde feit, zodat hij van dit bewezen verklaarde feit zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Er is echter geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte ten aanzien van de onder 1 en 2 bewezen verklaarde feiten uitsluit. Verdachte is derhalve voor deze feiten strafbaar.

6.Motivering van de sancties

6.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 300 dagen met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, waarvan 264 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd dat aan verdachte wordt opgelegd een taakstraf voor de duur van 240 uren subsidiair 120 dagen hechtenis.
6.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht geen voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. Ook heeft de raadsman verzocht de door de officier van justitie gevorderde taakstraf te matigen.
6.3.
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sancties die aan verdachte moeten worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft een aanzienlijke hoeveelheid wapens en munitie in zijn woning voorhanden gehad. Verdachte heeft verklaard dat hij de wapens en munitie vanaf zijn 12e jaar verzamelde, enkel uit interesse. Hoewel hij wist dat hij een deel van deze wapens niet voorhanden mocht hebben, heeft hij nooit de intentie gehad om anderen daarmee kwaad te doen. De rechtbank heeft geen begrip voor een dergelijk grote wapenverzameling. Het ongecontroleerde bezit van wapens en munitie brengt immers een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich. Feiten als de bewezen verklaarde veroorzaken bovendien gevoelens van onveiligheid in de maatschappij.
Naar het oordeel van de rechtbank rechtvaardigt het voorhanden hebben van een dergelijke hoeveelheid wapens en munitie zonder meer de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
De rechtbank houdt echter in hoge mate ten gunste van verdachte rekening met het navolgende.
Uit het strafblad van verdachte volgt dat hij niet eerder is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten.
Verdachte heeft voorts na de doorzoekingen in zijn woning afstand gedaan van de wapens die hij niet mocht hebben en de wapens die hij wel mocht hebben van de hand gedaan. Ter terechtzitting heeft verdachte verklaard aan een andere verzameling (van antieke boeken) te zijn begonnen en zich niet meer met wapens of munitie bezig te (willen) houden. Na de schorsing van de voorlopige hechtenis is verdachte weer aan het werk gegaan bij de koekjesfabriek waar hij al 46 jaren werkt.
Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat deze zaak a-typisch is, waarin de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van langere duur dan het voorarrest niet passend en/of geboden is. De rechtbank zal daarom een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan de duur van het voorarrest opleggen. Daarnaast zal de rechtbank een voorwaardelijke gevangenisstraf en een onvoorwaardelijke taakstraf opleggen; enerzijds om verdachte te doordringen van de ernst van de bewezen verklaarde feiten en anderzijds om verdachte ervan te weerhouden opnieuw enig strafbaar feit te plegen.

7.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 57 van het Wetboek van Strafrecht;
13, 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

8.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.3.2. weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat de bewezen verklaarde feiten de hierboven onder 4. vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart de verdachte voor het onder
3bewezen verklaarde feit niet strafbaar en
ontslaatde verdachte daarvoor
van alle rechtsvervolging.
Verklaart verdachte strafbaar voor onder 1 en 2 bewezen verklaarde feiten.
Veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
300 (driehonderd) dagen, met bevel dat van deze straf een gedeelte, groot
264 (tweehonderdvierenzestig) dagen,
nietten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op
2 (twee) jarenbepaalde
proeftijdzich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Veroordeelt verdachte tot het verrichten van
240 (tweehonderdveertig) uren taakstrafdie bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 120 (honderdtwintig) dagen hechtenis.
Heft op het reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis van verdachte.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.E. Allegro, voorzitter,
mr. M.S. Lamboo en mr. A.M.A. Beckers, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. Z.T. Pronk,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 7 januari 2021.
Mr. A.M.A. Beckers is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.