Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.Feiten
3.3Beëindiging van deze huurovereenkomst vindt plaats door opzegging door Huurder aan Verhuurder of door Verhuurder aan Huurder tegen het einde van de lopende huurperiode, met inachtneming van een termijn vandrie maanden.
3.De vordering en het verweer
- de huurovereenkomst tussen Dulip en Mister Parcel ontbindt;
- Mister Parcel veroordeelt om de bedrijfsruimte binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis te ontruimen en onder afgifte van de sleutels en hetgeen daartoe verder behoort ter vrije en algehele beschikking te stellen van Dulip, met machtiging van Dulip om die ontruiming zo nodig zelf te doen bewerkstelligen op kosten van Mister Parcel;
- Mister Parcel veroordeelt tot betaling van € 6.573,02 ten titel van huur, rente en incassokosten, te vermeerderen met de rente ad 12,00% per jaar over een bedrag van € 5.357,11 berekend na 28 augustus 2020 tot aan de dag der voldoening;
- Mister Parcel veroordeelt tot betaling van € 1.341,64 per kwartaal, zijnde de periodiek door Mister Parcel aan Dulip verschuldigde huurverplichting, te rekenen vanaf 1 oktober 2020 tot aan het tijdstip dat de huurovereenkomst door de kantonrechter wordt ontbonden;
- Mister Parcel veroordeelt tot betaling van € 1.341,64 per kwartaal vanaf de ontbinding van de huurovereenkomst voor de periode dat Mister Parcel in gebreke blijft het gehuurde te ontruimen en ter beschikking te stellen van Dulip, en voorts tot betaling van € 1.341,64 per kwartaal vanaf de ontruimingsdatum tot aan het tijdstip dat Dulip het gehuurde onder dezelfde voorwaarden aan een ander heeft verhuurd, echter ten hoogste tot en met 31 oktober 2020, dan wel in het geval het gehuurde pas na 31 oktober 2020 wordt ontruimd, tot de ontruimingsdatum;
- Mister Parcel veroordeelt in de proceskosten.
4.De beoordeling
5.De beslissing
- zij de huur geldig heeft opgezegd tegen 1 mei 2020;
- zij de bedrijfsruimte vóór 1 mei 2020 heeft ontruimd;
- zij de bedrijfsruimte door het achterlaten van de sleutel in het slot, waarmee Dulip had ingestemd, vóór 1 mei 2020 ter beschikking heeft gesteld aan Dulip;
- de bedrijfsruimte met medeweten van Dulip vanaf 1 mei 2020 door een ander in gebruik is genomen;
21 april 2021 te 10.00 uur;
beidepartijen, de gemachtigden en - voor zover mogelijk - van de getuigen. Daarna zal een tijdstip voor het verhoor worden bepaald;