In deze zaak heeft eiser, een assurantiebedrijf, een vordering ingesteld tegen BB Assurantie Service B.V. met betrekking tot een terugbetaling van een bedrag aan teveel betaalde premie. Eiser heeft een bedrag van € 6.915,90 aan een klant, [xx], terugbetaald, en vordert nu dat BB dit bedrag aan hem terugbetaalt. De kantonrechter heeft geoordeeld dat BB niet verplicht is om dit bedrag terug te betalen, omdat er geen sprake is van ongerechtvaardigde verrijking aan de zijde van BB. De kantonrechter verwijst naar een eerder vonnis van 17 juni 2020, waarin is vastgesteld dat BB niet gehouden is om een teveel betaald premiebedrag aan [xx] terug te betalen. Eiser heeft in zijn dagvaarding geen juridische grondslag voor zijn vordering genoemd, en de kantonrechter concludeert dat de vordering van eiser niet kan worden toegewezen. De kantonrechter wijst de vordering af en legt de proceskosten op aan eiser.