Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
- € 250,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 25 mei 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 37,50 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
4.Het verweer
5.De beoordeling
ATFM due to ATC EN-ROUTE DEMAND CAPACITY, standard demand capacity problems”.Met de vervoerder is de kantonrechter van oordeel dat de vertraging van de voorgaande vlucht door de slotwijzigingen is veroorzaakt. De gewijzigde CTOT’s hebben in dit geval te gelden als een besluit van de luchtverkeersbeheer voor een specifiek vliegtuig op een specifieke dag zoals bedoeld in overweging 15 van de considerans van de Verordening. Het toestel kon immers hierdoor niet eerder vertrekken, omdat de instructie van de luchtverkeersleiding altijd moet worden opgevolgd. Gelet op het voorgaande is de vertraging van de voorgaande vlucht veroorzaakt door een buitengewone omstandigheid in de zin van artikel 5 lid 3 van de Verordening.
“AIRCRAFT ROTATION, late arrival of aircraft from another flight or previous sector”. Gebleken is dat deze vertraging is ontstaan als gevolg van de vertraagde uitvoering van de voorafgaande vlucht. Nu reeds is vastgesteld dat deze vertraging ontstaan is als gevolg van een buitengewone omstandigheid werkt deze buitengewone omstandigheid door naar de onderhavige vlucht. Verder volgt uit de “slot history” dat de luchtverkeersleiding vanaf 13:45 UTC aan het toestel CTOT’s heeft opgelegd. De luchtverkeersleiding heeft uiteindelijk om 16:12 UTC bepaald dat het toestel om 16:43 UTC mocht opstijgen. Ook hier wordt als reden vertragingscode 81 genoemd. De onderhavige vlucht heeft deze CTOT moeten opvolgen en had niet de mogelijkheid om eerder te vertrekken. De vertraging van de onderhavige vlucht is dan ook het gevolg van omstandigheden die niet inherent zijn aan de normale bedrijfsuitoefening van de vervoerder.