ECLI:NL:RBNHO:2021:1779
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding wegens gebreken aan nieuwbouwwoning en vervangende schadevergoeding
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. I.M. Sinnige, een vordering ingesteld tegen Toolstra Bouwbedrijf B.V., vertegenwoordigd door mr. L.J.I. van Til, wegens gebreken aan een nieuwbouwwoning die door Toolstra is gebouwd. De vordering is ingesteld op 10 juni 2020, en na een zitting op 25 januari 2021 heeft de kantonrechter op 3 maart 2021 uitspraak gedaan. Eiser stelt dat er bij de oplevering van de woning op 19 november 2015 gebreken zijn geconstateerd, en dat Toolstra ondanks meerdere sommaties niet is overgegaan tot herstel. Eiser vordert een schadevergoeding van € 13.104,24, bestaande uit herstelkosten en incassokosten, en stelt dat er sprake is van wanprestatie door Toolstra.
Toolstra betwist de vordering en stelt dat de gebreken, op enkele verwaarloosbare details na, naar behoren zijn hersteld. De kantonrechter heeft de vordering beoordeeld aan de hand van het rapport van Het Inspectiehuis, waarin 13 gebreken zijn genoemd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Toolstra in verzuim is met betrekking tot enkele gebreken, waaronder het niet goed functioneren van lichtschakelaars en een niet goed gemonteerd ventilatieventiel. De kantonrechter heeft de schade als gevolg van deze gebreken vastgesteld op € 1.557,88, inclusief btw.
Daarnaast heeft de kantonrechter de wettelijke rente toegewezen vanaf de datum van verzuim en de kosten van de expert geschat op € 150,00. De buitengerechtelijke incassokosten zijn toegewezen tot het wettelijke tarief van € 233,68. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De kantonrechter heeft Toolstra veroordeeld tot betaling van in totaal € 1.941,56 aan eiser, te vermeerderen met wettelijke rente.