Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[eiseres]
verweerster in reconventie
eiser in reconventie
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
I. de huurovereenkomst tussen partijen ontbindt;
II. [gedaagde] veroordeelt om binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis het gehuurde aan [adres] te verlaten, te ontruimen en ontruimd te houden, met al de zijnen/haren en al het zijne/hare en met afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van de Maatschap te stellen, met machtiging aan de Maatschap de ontruiming zelf en op kosten van [gedaagde] te doen bewerkstelligen, desnoods met behulp van de sterke arm;
III. [gedaagde] veroordeelt aan de Maatschap een bedrag van € 10.255,46 te betalen, althans een zodanig bedrag als uw rechtbank in goede justitie bepaalt;
IV. [gedaagde] veroordeelt aan de Maatschap uiterlijk op 31 december 2020 een bedrag van
€ 1.235,00 te betalen, althans een zodanig bedrag als uw rechtbank in goede justitie bepaalt;
V. [gedaagde] veroordeelt aan de Maatschap een bedrag van € 931,55 te betalen vanwege buitengerechtelijke kosten, althans een zodanig bedrag als uw rechtbank in goede justitie bepaalt;
VI. [gedaagde] veroordeelt aan de Maatschap te betalen een bedrag van € 5.400,00 aan boetes, althans een zodanig bedrag als uw rechtbank in goede justitie bepaalt;
VII. [gedaagde] veroordeelt aan de Maatschap te betalen een bedrag van € 1.270,00 per maand of een gedeelte daarvan aan huur, met ingang van 1 december 2020 totdat de huurovereenkomst zal zijn ontbonden;
VIII. [gedaagde] veroordeelt aan de Maatschap te betalen een bedrag van € 300,00 per maand of een gedeelte daarvan met ingang van 1 december 2020 totdat de huurovereenkomst zal zijn ontbonden en zolang [gedaagde] niet heeft voldaan aan het bepaalde in III, V en VI hierboven;
X. [gedaagde] veroordeelt in de werkelijke proceskosten van de maatschap, die zij begroot op € 2.850,00 althans de kosten die de kantonrechter redelijk acht, althans de kosten volgens het liquidatietarief, de kosten voor de ontruiming daaronder begrepen, met bepaling dat [gedaagde] over de kosten de wettelijke rente verschuldigd is als hij deze kosten niet binnen 14 dagen na het wijzen van dit vonnis voldoet.
4.Het verweer
5.De tegenvordering
I. tot betaling van schadevergoeding van € 5.000,00 dan wel tot betaling van schadevergoeding ex art. 6:97 BW;
in voorwaardelijke reconventie terzake van gederfde huurinkomstenII. tot betaling van schadevergoeding van € 8.100,00 dan wel tot betaling van schadevergoeding ex art. 6:97 BW;
6.De beoordeling
€ 7.485,00aan achterstallige huur te voldoen, zodat de vorderingen onder III en IV in zoverre zullen worden toegewezen. Door de huur niet geheel te betalen is [gedaagde] tekort geschoten in de nakoming van de huurovereenkomst.
De gevorderde ontruimingskosten worden afgewezen omdat de met de ontruiming gemoeide kosten slechts toewijsbaar zijn als zij in redelijkheid zijn gemaakt, hetgeen niet op voorhand kan worden beoordeeld.
€ 768,00toewijsbaar isTsemach heeft verzocht om matiging van deze kosten maar daarvoor ziet de kantonrechter geen aanleiding.
€ 2.400,00toewijsbaar is.
€ 10.653,00(€ 7.485,00 + € 768,00 + € 2.400,00).
dagvaarding € 91,81
griffierecht € 499,00
salaris gemachtigde € 746,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;