Op 25 februari 2021 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 27 september 2020 in Purmerend openlijk geweld heeft gepleegd tegen een persoon. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, samen met anderen, de aangever meermalen heeft geslagen en geschopt, terwijl deze weerloos op de grond lag. De rechtbank oordeelde dat het bewezen verklaarde feit, openlijk in vereniging geweld plegen, niet alleen strafbaar is, maar ook een ernstige inbreuk op de lichamelijke integriteit van de aangever vormt. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan dit geweld, wat heeft geleid tot een gebroken neus bij de aangever. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie, die een gevangenisstraf van vier maanden had geëist, afgewezen en in plaats daarvan een gevangenisstraf van zes maanden opgelegd. Dit was gebaseerd op de ernst van het gepleegde geweld en de eerdere veroordelingen van de verdachte voor geweldsdelicten. De rechtbank heeft ook de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke gevangenisstraf toegewezen, omdat de verdachte zich niet aan de voorwaarden had gehouden. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter, mr. A.M. Koolen-Zwijnenburg, de uitspraak heeft gedaan in aanwezigheid van de andere rechters en de griffier.