Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 29 maart 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan de betrokkene. De betrokkene had een boete ontvangen en daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond of niet-ontvankelijk verklaarde. Hierop heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De betrokkene voerde aan niet in staat te zijn de in artikel 11 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) voorgeschreven zekerheid te betalen. Tijdens de zitting op 22 januari 2021 was de betrokkene echter niet verschenen, ondanks dat hem de gelegenheid was geboden om zijn situatie nader te motiveren. De kantonrechter heeft de betrokkene nogmaals in de gelegenheid gesteld om de zekerheid te betalen, met de waarschuwing dat het beroep niet-ontvankelijk verklaard zou worden indien hij niet aan de verplichting tot zekerheidstelling voldeed.
Aangezien de betrokkene de zekerheid niet tijdig heeft betaald en er geen feiten of omstandigheden zijn gebleken die erop wijzen dat hij niet in verzuim is geweest, heeft de kantonrechter geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk moet worden verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. S. Slijkhuis, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.