De moeder heeft ter onderbouwing van haar standpunt het volgende aangegeven. Partijen hebben noch vóór noch ná de geboorte van [de minderjarige] samengewoond en zij hebben evenmin een gezamenlijke huishouding gevoerd. Nu de moeder sinds september 2020 en [de minderjarige] sinds haar geboorte hun feitelijke verblijfplaats in Spanje hebben, dient allereerst de bevoegdheid van de Nederlandse rechter en het toepasselijke recht beoordeeld te worden.
De moeder heeft altijd de wens gekoesterd om in Spanje te wonen en te werken. De Spaanse manier van leven en werken spreken haar aan. De moeder, die huisarts is, is dan ook al in 2017 en 2018 gestart met het volgen van taalcursussen Spaans, specifiek gericht op medisch taalgebruik. In november 2019 reisden de moeder en de vader naar de [plaats] om mogelijkheden voor werk te onderzoeken. Er volgden gesprekken met twee klinieken. Bij beide heeft de moeder gewerkt of is zij thans werkzaam. Gaandeweg kregen de plannen van de moeder om te emigreren vastere vormen. In de loop van de tijd volgde zij meer talencursussen. Ook liet zij haar Nederlandse diploma’s in Spanje erkennen. Toen zij haar papieren op orde had en ook daadwerkelijk in Spanje als huisarts mocht werken, heeft zij de verkoop van haar huisartsenpraktijk in [plaats] (waar zij gedurende 10 jaar de “dorpsdokter” was) in gang gezet. Dit heeft op 10 juni 2020 geresulteerd in een overnamecontract met de opvolgende huisarts. De definitieve overgang van de praktijk vond per 31 december 2020 plaats. Het laatste halfjaar van 2020 stond in het teken van het overdragen van de Nederlandse praktijk en het voorbereiden van de overgang naar Spanje. De onderhandeling over de overname van de praktijk en de hele beslissing om te emigreren is al ver voor juni 2020 in gang gezet. De beslissing om naar Spanje te emigreren had dan ook niets te maken met de relatie met de vader of de zwangerschap. De moeder had, gezien haar leeftijd (toen 45 jaar), ook helemaal niet verwacht zwanger te raken. De vader is altijd betrokken geweest bij de plannen van de moeder om naar Spanje te emigreren. Zij hebben in september 2020 gezamenlijk (op beider naam) een woning in Spanje gehuurd voor de periode tot en met juni 2021. In die periode deed de moeder haar eerste werkervaring op in de Spaanse gezondheidszorg en verbleven partijen een groot deel van de tijd in Spanje. De moeder betreurde het dat partijen niet vaker langere tijd samen in Spanje konden zijn vanwege de oudste minderjarige kinderen van de vader, maar had daar alle begrip voor. Wel werd afgesproken dat de moeder in Spanje zou bevallen en daar na de geboorte zou blijven met het kindje. De moeder ontkent dan ook met klem dat zij zonder overleg of medeweten van de vader met [de minderjarige] is geëmigreerd. In september 2020 heeft de moeder zich, ingeschreven in de BRP van Spanje ( [plaats] ) en [de minderjarige] is op 10 maart 2021 in Spanje ingeschreven, aldus de moeder.
Het vertrek van de dorpsdokter in [plaats] is niet ongezien voorbijgegaan, nu de plaatselijke krant van [plaats] en het Noord-Hollands dagblad daar melding van maakten. De moeder beschrijft in deze artikelen ook haar al jaren levende wens om te emigreren en met welke intenties zij destijds in [plaats] is gaan werken (te weten: zeker niet voor altijd). Ook hieruit blijkt dat van een plotseling vertrek of opzet richting de vader geen sprake is.
De vader was bij de bevalling aanwezig. Tot groot verdriet van de moeder vertrok de vader acht dagen na de bevalling alweer naar Nederland voor verplichtingen rondom zijn oudste kinderen. De vader is, toen [de minderjarige] zes weken oud was, nog een keer op bezoek gekomen in Spanje. De moeder was toen nog herstellende van de spoedkeizersnede die [de minderjarige] leven gered heeft. De moeder is na de geboorte van [de minderjarige] , toen zij eenmaal mocht reizen gezien haar vroeggeboorte en tijdens haar zwangerschapsverlof, driemaal in Nederland geweest voor bezoek aan de vader en haar familie. Deze bezoeken maken de emigratie naar Spanje niet anders. Onlangs is de moeder binnen Spanje verhuisd naar [plaats] . Daar heeft zij een definitieve huurwoning betrokken. Voorts heeft zij een jaarcontract bij een Spaanse kliniek die afloopt in de zomer van 2022 en mogelijk wordt verlengd. De moeder adverteert in de lokale krant voor haar diensten. Vanaf het eerdergenoemde bezoek in november 2019 zijn er plannen om in deze kliniek te ondernemen. De moeder maakt gebruik van de kinderopvang. De koopwoning van de moeder in [plaats] wordt thans verhuurd. Gelet op de marginale betrokkenheid van de vader is de moeder sinds de geboorte van [de minderjarige] gewend en ook goed in staat alleen voor [de minderjarige] te zorgen. Zij heeft in Spanje inmiddels een sociaal netwerk.
Ten onrechte heeft de moeder zich eind 2020/begin 2021 niet uitgeschreven uit de BRP in Nederland. Dat is geen opzet of bewuste keuze; de moeder heeft zich dit simpelweg niet gerealiseerd in de intensieve periode na de vroeggeboorte van [de minderjarige] . Dat [de minderjarige] vervolgens in Nederland is ingeschreven, is zuiver een ziektekostenverzekeringskwestie, gezien de hoge medische kosten die in Spanje zijn gemaakt als gevolg van haar vroeggeboorte. Dit maakt evenwel niet dat de moeder en [de minderjarige] , die de hoofdverblijfplaats van de moeder volgt, hun feitelijke verblijfplaats en/of woonplaats niet in Spanje hebben.
Op grond van de Brussel II-bis Verordening is bevoegd de rechter van het land waar het kind zijn/haar gewone verblijfplaats heeft, dat wil zeggen de maatschappelijke woonplaats, zijnde het “daadwerkelijk centrum van het leven van de minderjarige”. [de minderjarige] heeft haar feitelijke verblijf, met de moeder, in Spanje. Een bezoek aan Nederland na de geboorte maakt dit niet anders. Uit alles blijkt dat de moeder de emigratieplannen ruim voor de zwangerschap had en in gang is gaan zetten, dit met medeweten van de vader. Derhalve is de Spaanse rechter absoluut bevoegd. Op grond van artikel 5 van het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 wordt de Spaanse rechter als bevoegde rechter aangewezen. Het Spaanse recht is van toepassing.