ECLI:NL:RBNHO:2021:11964
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Schorsing rijbewijs en onderzoek naar drugsgebruik; beoordeling van de juistheid van processen-verbaal politie
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 22 december 2021 uitspraak gedaan in een beroep en een verzoek om voorlopige voorziening van eiseres, die haar rijbewijs geschorst zag vanwege een onderzoek naar drugsgebruik. Eiseres was op 5 augustus 2021 aangehouden door de politie, waarbij een speekseltest een indicatie gaf voor cannabisgebruik. Na een bloedonderzoek werd vastgesteld dat er THC in haar bloed aanwezig was. De Algemeen Directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) heeft daarop een onderzoek naar haar rijgeschiktheid gelast en haar rijbewijs geschorst. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen deze besluiten, maar het CBR verklaarde haar bezwaar ongegrond.
Tijdens de zitting heeft eiseres betoogd dat zij niet onder invloed van drugs heeft gereden en dat de politie onterecht heeft gehandeld. De voorzieningenrechter heeft echter geoordeeld dat de politie op ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal heeft opgesteld, die als juist moeten worden aangenomen, tenzij eiseres overtuigend bewijs levert van het tegendeel. De rechter heeft vastgesteld dat eiseres niet in staat is geweest om de juistheid van de processen-verbaal te betwisten en dat haar verklaringen niet geloofwaardig zijn. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat er voldoende grond was voor het CBR om een onderzoek naar haar rijgeschiktheid te gelasten en haar rijbewijs te schorsen.
De uitspraak leidt tot de conclusie dat het beroep ongegrond is verklaard en het verzoek om voorlopige voorziening is afgewezen. De voorzieningenrechter heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.