ECLI:NL:RBNHO:2021:11381

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 december 2021
Publicatiedatum
9 december 2021
Zaaknummer
9417953 CV EXPL 21-4381
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot afsluiten gasaansluiting en kostenvergoeding door netbeheerder afgewezen

In deze zaak heeft Stedin Netbeheer B.V., als netbeheerder, een vordering ingesteld tegen twee consumenten, hierna aangeduid als gedaagden, om hen te verplichten medewerking te verlenen aan het afsluiten van hun gasaansluiting. De gedaagden hebben geen overeenkomst meer met een gasleverancier, wat Stedin heeft aangezet tot deze vordering. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Stedin gerechtigd is om de gasaansluiting af te sluiten, maar heeft de vordering tot betaling van de afsluitkosten en schadevergoeding afgewezen. De rechter oordeelde dat er geen juridische grondslag was voor de kosten die Stedin vorderde, omdat de gedaagden niet hadden verzocht om de gasaansluiting af te sluiten en er geen bewijs was dat zij onrechtmatig hadden gehandeld.

De procedure begon met een dagvaarding van Stedin op 20 augustus 2021, waarna de gedaagden mondeling hebben geantwoord. Stedin heeft vervolgens schriftelijk gereageerd, maar de gedaagden hebben betwist dat zij kosten verschuldigd zijn voor het afsluiten van de gasaansluiting. De kantonrechter heeft in zijn beoordeling benadrukt dat het afsluiten van de gasaansluiting een wettelijke taak van Stedin is en dat de kosten voor het afsluiten niet op de gedaagden kunnen worden verhaald zonder een duidelijke juridische basis.

De rechter heeft ook opgemerkt dat de algemene voorwaarden van Stedin niet tijdig aan de gedaagden zijn verstrekt, waardoor deze niet van toepassing zijn. De vordering tot betaling van de afsluitkosten en schadevergoeding is afgewezen, en de proceskosten zijn door beide partijen zelf te dragen. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van netbeheerders en de rechten van consumenten in dergelijke situaties.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 9417953 \ CV EXPL 21-4381/MdV
Uitspraakdatum: 15 december 2021
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap
Stedin Netbeheer B.V.
gevestigd te Rotterdam
eiseres
verder te noemen: Stedin
gemachtigde: Inkassier Gerechtsdeurwaarders & Incasso
tegen

1.[gedaagde]

2.
[gedaagde]
beiden wonende te [woonplaats]
gedaagden
verder te noemen: [gedaagden]
De zaak in het kort
Netbeheerder vordert van gedaagden, twee consumenten, dat zij worden verplicht medewerking te verlenen aan het afsluiten van hun gasaansluiting. Gedaagden hebben namelijk geen overeenkomst meer met een gasleverancier. Tevens vordert de netbeheerder dat gedaagden worden veroordeeld tot betaling van de afsluitkosten en een schadevergoeding. De vordering van de netbeheerder wordt voor zover deze betrekking heeft op het afsluiten van de gasaansluiting toegewezen. De vordering tot betaling van afsluitkosten en schadevergoeding wordt afgewezen, omdat een grondslag op basis waarvan deze kosten voor rekening van gedaagden moeten komen, ontbreekt.

1.Het procesverloop

1.1.
Stedin heeft bij dagvaarding van 20 augustus 2021 een vordering tegen [gedaagden] ingesteld. [gedaagden] hebben mondeling geantwoord.
1.2.
Stedin heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna [gedaagden] een schriftelijke reactie hebben gegeven.

2.De feiten

2.1.
Stedin is als netbeheerder belast met het beheer van het transportnetwerk voor energie en gas in – onder meer – de regio Kennemerland. [gedaagden] hebben een gasaansluiting in hun woning aan het adres [adres] in [plaats] (hierna: de woning).
2.2.
Tussen partijen is met betrekking tot deze aansluiting een aansluit- en transportovereenkomst (hierna te noemen ATO) gesloten. Hierop zijn de Algemene voorwaarden aansluiting en transport elektriciteit en gas voor kleinverbruikers (versie 2013) (hierna: de algemene voorwaarden) van toepassing verklaard.
2.3.
Op 9 maart 2020 heeft Stedin geconstateerd dat [gedaagden] geen overeenkomst meer hebben met een gasleverancier voor de gasaansluiting die zich in hun woning bevindt. Stedin heeft [gedaagden] vervolgens diverse malen verzocht een nieuwe leveringsovereenkomst te sluiten. Tevens heeft Stedin aangezegd dat zij bij het uitblijven hiervan moet overgaan tot het afsluiten van de gasaansluiting.

3.De vordering en het verweer

3.1.
Stedin vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
te bepalen dat Stedin op grond van artikel 558 sub b Rv gerechtigd is werkzaamheden op of aan een onroerende zaak te verrichten, namelijk werkzaamheden om tot afsluiting van de gasaansluiting op het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats] te komen;
veroordeling van [gedaagden] op grond van artikel 558 sub b Rv dat zij dienen te gedogen dat Stedin genoemde werkzaamheden verricht aan de gasaansluiting op het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats] ;
te bepalen dat Stedin op grond van artikel 558 aanhef en sub b Rv gerechtigd is tot tijdelijke en gedeeltelijke ontruiming van het pand op het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats] over te gaan;
veroordeling van [gedaagden] om aan Stedin te voldoen € 131,72 exclusief BTW aan kosten ten behoeve van het deactiveren van de aansluiting en/of meetinrichtingen;
veroordeling van [gedaagden] om aan Stedin te voldoen € 75,00 aan schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot de voldoening;
veroordeling van [gedaagden] in de proceskosten en de nakosten.
3.1.
Stedin legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat [gedaagden] sinds 9 maart 2020 geen overeenkomst meer hebben met een leverancier op grond waarvan zij gas geleverd krijgen. [gedaagden] zijn verplicht ervoor te zorgen dat zij uit hoofde van een leveringsovereenkomst recht hebben op levering van gas. [gedaagden] komen deze verplichting, ondanks daartoe in de gelegenheid te zijn gesteld, niet na en handelen daarmee onrechtmatig jegens Stedin. Bovendien schieten [gedaagden] toerekenbaar tekort doordat zij de mogelijkheid hebben gas te verbruiken, die door Stedin naar hun adres kan worden getransporteerd, zonder dat zij hier uit hoofde van een leveringsovereenkomst recht op hebben. Stedin is op grond van de Gaswet niet bevoegd gas te leveren aan afnemers en is verplicht de aansluitingen en/of toevoer van een afnemer af te sluiten indien deze geen leverancier heeft. De kosten voor het afsluiten komen op grond van artikel 5 lid 3 van de algemene voorwaarden voor rekening van [gedaagden] Ook zijn [gedaagden] aansprakelijk voor de schade van Stedin, bestaande uit onder meer verbruikt gas en de aansluit- en transportvergoeding die niet bij [gedaagden] in rekening kunnen worden gebracht.
3.2.
[gedaagden] betwisten de vordering. [gedaagden] erkennen dat zij geen overeenkomst meer hebben met een gasleverancier, omdat zij deze in maart 2020 hebben opgezegd. Bij het opzeggen van de overeenkomst met de gasleverancier hebben [gedaagden] de gasleverancier gemachtigd de ATO bij Stedin op te zeggen, wat de gasleverancier ook heeft gedaan. Stedin mag de gasafsluiting af komen sluiten, maar [gedaagden] betwisten dat zij hiervoor kosten verschuldigd zijn. Zij hebben geen opdracht gegeven voor het afsluiten daarvan en een juridische grondslag, op basis waarvan zij deze kosten moeten betalen, ontbreekt.

4.De beoordeling

4.1.
Vast staat dat [gedaagden] sinds maart 2020 geen overeenkomst met een gasleverancier meer hebben, omdat zij die overeenkomst hebben opgezegd. De kantonrechter stelt voorop dat een netbeheerder in dat geval wettelijk verplicht is een afnemer van gas af te sluiten. Indien een netbeheerder niet aan deze verplichting voldoet, dan handelt zij in strijd met de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet, omdat zij dan feitelijk optreedt als energieleverancier. Het afsluiten van de leverantie kan worden aangemerkt als werkzaamheden op of aan een onroerende zaak als bedoeld in artikel 558 onder b Rv. Een vordering van een nutsbedrijf om deze werkzaamheden in de woning te mogen uitvoeren en te bepalen dat de bewoner dat moet gedogen kan worden toegewezen als gesteld en niet bestreden wordt dat deze rechten en verplichtingen tussen partijen zijn overeengekomen. Aangezien [gedaagden] niet hebben betwist dat Stedin bevoegd is de gasaansluiting af te sluiten, bepaalt de kantonrechter dat Stedin gerechtigd is de werkzaamheden die nodig zijn om de gasaansluiting af te sluiten te verrichten. [gedaagden] dienen te gedogen dat Stedin deze werkzaamheden zal verrichten en zullen hiertoe worden veroordeeld.
4.2.
Aangezien [gedaagden] hebben laten weten er geen bezwaar tegen te hebben dat Stedin de gasaansluiting komt afsluiten, zal de gevorderde tijdelijke en gedeeltelijke ontruiming van de woning alleen worden toegewezen voor het geval dat [gedaagden] Stedin niet binnen 30 dagen na betekening van dit vonnis de mogelijkheid bieden de gasaansluiting af te sluiten. Stedin dient voor het verrichten van de werkzaamheden een afspraak met [gedaagden] te maken.
4.3.
Met betrekking tot de door Stedin gevorderde kosten voor het afsluiten van de gasaansluiting en de door haar gevorderde schadevergoeding overweegt de kantonrechter als volgt.
4.4.
Stedin stelt dat de kosten voor het afsluiten van de gasaansluiting van € 131,72 exclusief btw voor rekening van [gedaagden] komen omdat het deactiveren van de aansluiting het gevolg is van het onrechtmatig handelen van [gedaagden] door niet mee te werken aan het alsnog krijgen van een gasleverancier of het afsluiten van de gasaansluiting. [gedaagden] hebben met een e-mail van de leverancier onderbouwd dat zij op 6 maart 2020 de gasaansluiting via hun leverancier hebben afgemeld. Ook hebben [gedaagden] betwist dat zij niet (hebben) willen meewerken aan het afsluiten van de gasaansluiting; zij hebben daartoe vanwege de kosten alleen geen opdracht toe gegeven. Gelet op de conclusie van repliek van Stedin hebben [gedaagden] dit in ieder geval op 19 februari 2021 aan Stedin kenbaar gemaakt. Dat [gedaagden] zelf geen opdracht wilden geven betekent echter niet dat zij niet bereid waren hun medewerking te verlenen aan een afsluiting door Stedin. De kantonrechter is van oordeel dat Stedin onvoldoende heeft onderbouwd dat [gedaagden] onrechtmatig hebben gehandeld door niet hun medewerking te verlenen aan de afsluiting.
4.5.
Stedin baseert deze vordering ook op een toerekenbare tekortkoming van [gedaagden] en verwijst daarbij naar artikel 5 lid 3 van de algemene voorwaarden. [gedaagden] betwisten deze kosten verschuldigd te zijn, omdat een grondslag daarvoor ontbreekt. In de ATO en in de algemene voorwaarden zijn volgens [gedaagden] geen afspraken te vinden over kosten die zonder voorafgaande opdracht of zonder verwijtbaar handelen in rekening kunnen worden gebracht bij opzegging van de ATO. [gedaagden] hebben hun standpunt onderbouwd door te verwijzen naar eerdere gerechtelijke uitspraken waarin de door een netbeheerder gevorderde kosten voor het afsluiten van een gasaansluiting zijn afgewezen. Verder betwisten [gedaagden] dat de algemene voorwaarden van toepassing zijn, omdat deze niet tijdig ter hand zijn gesteld. Stedin heeft nagelaten bij repliek op deze standpunten van [gedaagden] te reageren.
4.6.
Ten aanzien van de geldigheid van de algemene voorwaarden geldt dat zowel in Boek 6 Burgerlijk Wetboek (BW) als in artikel 52b van de Gaswet is bepaald dat deze voor of bij het sluiten van de overeenkomst aan de afnemer moeten worden verstrekt en dat deze vernietigbaar zijn als dat niet is gebeurd. Gezien het verweer van [gedaagden] had het op de weg van Stedin, als gebruiker van de algemene voorwaarden, gelegen deugdelijk te onderbouwen en zo nodig te bewijzen dat deze bij het aangaan van de overeenkomst aan [gedaagden] zijn verstrekt. Dit heeft Stedin nagelaten. Dat betekent dat voor zover [gedaagden] een beroep hebben willen doen op vernietiging van de algemene voorwaarden dit beroep slaagt en daarom deze bepaling in de algemene voorwaarden Stedin niet kan baten.
4.7.
Echter ook wanneer Stedin wel een beroep toekomt op de algemene voorwaarden, dan volgt daar naar het oordeel van de kantonrechter niet uit dat [gedaagden] de kosten voor het afsluiten van de gasaansluiting moeten betalen. In artikel 5.3 sub a en b van de algemene voorwaarden staat vermeld dat de afnemer de kosten van verwijdering van de gasaansluiting moet voldoen als (a) hij hiertoe een verzoek heeft gedaan of (b) dit het gevolg is van zijn handelen of nalaten of het gevolg is van omstandigheden die hem redelijkerwijs zijn toe te rekenen. [gedaagden] hebben, onder verwijzing naar diverse gerechtelijke uitspraken, gemotiveerd betwist dat uit deze bepaling voortvloeit dat zij de kosten voor het afsluiten van de gasaansluiting moeten betalen. Van Stedin had vervolgens verwacht mogen worden dat zij haar stelling dat uit artikel 5.3 van de algemene voorwaarden voortvloeit dat [gedaagden] de kosten voor het afsluiten van de gasaansluiting moet betalen, verder had onderbouwd. Dit heeft Stedin naar het oordeel van de kantonrechter onvoldoende gedaan.
4.8.
Door Stedin is weliswaar aangevoerd dat [gedaagden] Stedin zelf hadden moeten verzoeken de gasaansluiting te verwijderen en dat dit dan kosteloos had gekund, maar Stedin heeft niet gesteld dat uit die omstandigheid voortvloeit dat [gedaagden] daardoor op grond van artikel 5.3. van de algemene voorwaarden gehouden zijn de kosten van het afsluiten te betalen. Bovendien is het afkoppelen van de gasaansluiting een wettelijke taak van Stedin. Het had dan ook op haar weg gelegen hier het initiatief in te nemen en een afspraak met [gedaagden] te maken. Dat [gedaagden] Stedin niet gevraagd hebben de gasleiding af te sluiten, kan hen dus niet worden verweten. Daarnaast heeft Stedin onvoldoende onderbouwd dat [gedaagden] daadwerkelijk de mogelijkheid hebben gehad de aansluiting kosteloos af te laten sluiten. De door Stedin aan [gedaagden] gestuurde brieven waaruit dit zou moeten blijken zijn niet overgelegd. Wel heeft Stedin in punt 16 van de dagvaarding uitgelegd wat de inhoud van de door haar verstuurde brieven was. Hoewel Stedin niet heeft aangegeven welke van de onder punt 16 geschetste situaties in het geval van [gedaagden] van toepassing was, gaat de kantonrechter er op basis van de gegeven toelichting van uit dat dit situatie 1 is geweest. [gedaagden] hebben dan twee brieven ontvangen waarin zij zijn verzocht een nieuwe overeenkomst met een gasleverancier af te sluiten. Tevens is aangezegd dat als hier geen gevolg aan wordt gegeven Stedin de gasaansluiting moet afsluiten en dat de bijkomende kosten in dat geval voor rekening van [gedaagden] komen. Hieruit blijkt geenszins dat Stedin [gedaagden] , die geen nieuwe overeenkomst met een gasleverancier wilden, de mogelijkheid hebben geboden de gasaansluiting kosteloos te laten afsluiten.
4.9.
De kantonrechter oordeelt daarom dat Stedin onvoldoende heeft onderbouwd dat op grond van een onrechtmatige daad dan wel op grond van artikel 5.3. van de algemene voorwaarden de kosten voor het afsluiten voor rekening van [gedaagden] komen. Aangezien Stedin haar vordering tot betaling van de afsluitkosten niet mede heeft gebaseerd op de ATO zelf of de wet, behoeft dit niet verder te worden behandeld. De conclusie is dat de vordering tot betaling van de afsluitkosten zal worden afgewezen.
4.10.
Naast betaling van de afsluitkosten heeft Stedin ook schadevergoeding gevorderd, bestaande uit de kosten van het verbruik en het netbeheer, welke kosten zij niet bij [gedaagden] in rekening kan brengen omdat zij geen leveringsovereenkomst hebben gesloten met een leverancier, en buitengerechtelijke kosten. De kantonrechter oordeelt dat niet is gebleken dat [gedaagden] daadwerkelijk gas hebben gebruikt. Daarnaast was het maken van buitengerechtelijke incassokosten wellicht niet nodig geweest als Stedin duidelijk aan [gedaagden] te kennen had gegeven dat zij de gasaansluiting kosteloos kon laten afsluiten. De gevorderde schadevergoeding zal om die reden worden afgewezen. De over de schadevergoeding gevorderde wettelijke rente zal eveneens worden afgewezen.
4.11.
Omdat partijen over en weer op punten in het ongelijk zijn gesteld, is de kantonrechter van oordeel dat het redelijk is dat partijen ieder de eigen proceskosten dragen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
bepaalt dat Stedin op grond van artikel 558 sub b Rv gerechtigd is werkzaamheden te verrichten op het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats] om tot afsluiting van de gasaansluiting te komen;
5.2.
veroordeelt [gedaagden] te gedogen dat Stedin werkzaamheden aan de gasaansluiting verricht om te komen tot het afsluiten van deze aansluitingen van de woning op het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats] ;
5.3.
bepaalt dat, indien [gedaagden] binnen 30 dagen na betekening van dit vonnis geen medewerking verlenen aan het afsluiten van de gasaansluiting, Stedin op grond van artikel 558 aanhef en sub b Rv gerechtigd is tot tijdelijke en gedeeltelijke ontruiming van de woning op het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats] over te gaan;
5.4.
bepaalt dat iedere partij zijn eigen proceskosten draagt;
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.S. Reid en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter