Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, uitspraak gedaan op 14 mei 2021 in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene voor het oprijden van de Busbrug de Binding. De betrokkene had eerder een boete ontvangen en was het niet eens met de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De kantonrechter heeft de zaak behandeld op 4 mei 2021, waarbij zowel de gemachtigde van de betrokkene als de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig waren.
De kantonrechter heeft in zijn overwegingen benadrukt dat van weggebruikers oplettendheid op verkeersborden mag worden verwacht. De borden waren volgens de kantonrechter goed zichtbaar voor een gemiddelde weggebruiker, wat werd onderbouwd door overgelegde schouwrapporten en foto’s. De betrokkene had de borden niet opgemerkt, wat voor zijn rekening kwam. De kantonrechter constateerde dat de gedragingen van de betrokkene als aparte overtredingen van de geslotenverklaring moesten worden aangemerkt, aangezien deze op verschillende tijdstippen hadden plaatsgevonden.
De kantonrechter oordeelde dat, omdat de boete in deze zaak de eerste was die de betrokkene had ontvangen, er geen reden was om de boete te matigen. Het beroep werd ongegrond verklaard en het verzoek om proceskostenvergoeding werd afgewezen. De uitspraak werd gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.