Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 29 oktober 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene voor het parkeren op een gehandicaptenparkeerplaats zonder een duidelijk zichtbare geldige gehandicaptenparkeerkaart. De betrokkene, vertegenwoordigd door Appjection B.V. (M. Lagas), heeft beroep ingesteld nadat de officier van justitie het eerdere beroep ongegrond verklaarde. Tijdens de zitting was de gemachtigde van de betrokkene niet aanwezig, maar de vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft verzocht om het beroep gedeeltelijk gegrond te verklaren en om vergoeding van proceskosten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de betrokkene in het bezit was van een geldige gehandicaptenparkeerkaart, maar deze niet correct heeft gebruikt. Hierdoor heeft de kantonrechter besloten de boete te matigen tot € 30,00, en het beroep gedeeltelijk gegrond verklaard.
De kantonrechter heeft ook de proceskostenvergoeding vastgesteld. De kosten voor de rechtsbijstand zijn forfaitair bepaald volgens het Besluit proceskosten bestuursrecht, waarbij per proceshandeling punten worden toegekend. De kantonrechter heeft de officier van justitie veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten tot een totaalbedrag van € 908,00. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, en de griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen 6 weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.