Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.de vennootschap onder firma [bedrijfsnaam]
[eiser]en
[eiseres]
Amstelgeld B.V.,
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 17 november 2021 uitspraak gedaan in een incident tot oproeping in ondervrijwaring. De eisers, een vennootschap onder firma en haar vennoten, hebben Amstelgeld B.V. gedagvaard in vrijwaring in een hoofdzaak. Amstelgeld heeft een incidentele conclusie tot oproeping in ondervrijwaring ingediend. De behandeling van het incident is aangehouden in afwachting van de procedure in de hoofdzaak. Na uitspraak in de hoofdzaak heeft de eisers verzocht om voortzetting van de vrijwaringszaak. Amstelgeld heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, waarna de eisers zich ook refereerden aan het oordeel van de rechter. De kantonrechter heeft vervolgens vonnis gewezen in het incident.
De eisers vorderen dat de kantonrechter voor recht verklaart dat Amstelgeld toerekenbaar tekort is geschoten in de zorgplicht jegens hen en aansprakelijk is voor de schade die zij hebben geleden. Amstelgeld vordert op haar beurt om een derde, [yyy], in ondervrijwaring op te roepen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat een veroordeling van Amstelgeld in de vrijwaringszaak kan leiden tot regres op [yyy]. Daarom heeft de kantonrechter de incidentele vordering van Amstelgeld toegewezen. De proceskosten in het incident zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De vrijwaringszaak is verwezen naar de rol voor conclusie van antwoord aan de zijde van Amstelgeld.