ECLI:NL:RBNHO:2021:10283
Rechtbank Noord-Holland
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake bestuursrechtelijke beslissing
Op 15 november 2021 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een verzetprocedure van een opposant tegen een eerdere uitspraak van 23 september 2021, waarin zijn beroep tegen de beslissing op bezwaar van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Purmerend niet-ontvankelijk was verklaard. De rechtbank oordeelde dat de opposant niet tijdig de gronden van beroep had ingediend en geen schriftelijke machtiging had overgelegd. De opposant had op 20 juli 2021 een verzoek ontvangen om binnen vier weken de gronden van beroep en een machtiging in te dienen, maar had dit niet gedaan. De rechtbank heeft in de verzetprocedure enkel beoordeeld of de eerdere uitspraak terecht was gedaan zonder zitting, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De opposant voerde aan dat er wel degelijk een machtiging was overgelegd, maar de rechtbank oordeelde dat de opposant niet had aangetoond dat hij tijdig had voldaan aan de vereisten. De rechtbank concludeerde dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was en dat de niet-ontvankelijkheid van het beroep terecht was vastgesteld. De rechtbank verklaarde het verzet ongegrond, waardoor de eerdere uitspraak in stand bleef. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.