Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.Feiten
Op de ledenvergadering eind vorig jaar hebben de aanwezige leden helder gemaakt: neem ons mee in het proces. Meer dan nu. En die leden hebben gelijk! We doen daarom een paar passen terug, waardoor ook verzoeken om budget van tafel zijn. We snakken naar heropening van [werkgever] , waardoor we weer op normale wijze me elkaar in gesprek kunnen. Ik ben bang dat het proces daarop zal moeten wachten. (…)’.
De Clubmanager draagt verantwoordelijkheid voor:
3.Het verzoek
- de arbeidsovereenkomst te herstellen met terugwerkende kracht vanaf 1 mei 2021;
- [werkgever] te veroordelen tot betaling van het achterstallig loon van € 2.230,- bruto per maand over de periode april 2021 tot de dag van de beschikking, te vermeerderen met 8% vakantietoeslag en wettelijke verhoging;
- [werkgever] te veroordelen tot onmiddellijke wedertewerkstelling van [werknemer] .
- [werkgever] te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over genoemde bedragen;
- [werkgever] te veroordelen in de proceskosten.
De opzegging is in strijd met artikel 7:669 lid 3 onder a BW omdat [werkgever] niet aan haar herplaatsingsplicht heeft voldaan, er geen sprake is van structureel verval van de arbeidsplaats van [werknemer] , het ontslag niet noodzakelijk is en het opheffen van de functie van [werknemer] niet tot een doelmatigere bedrijfsvoering leidt. Verder zijn de functie van [werknemer] (floormanager) en de functie van clubmanager onderling uitwisselbaar, waardoor op grond van het afspiegelingsbeginsel niet [werknemer] maar de clubmanager voor ontslag in aanmerking had moeten komen.
De wederindiensttredingsvoorwaarde is geschonden omdat [werkgever] [werknemer] niet in de gelegenheid heeft gesteld haar werkzaamheden onder de oude, bij [werkgever] gebruikelijke voorwaarden, te hervatten.
4.Het verweer
Subsidiair, voor het geval wordt geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst moet worden hersteld, verzoekt [werkgever] deze pas te herstellen per 1 november 2021, een voorziening te treffen over de rechtsgevolgen van de onderbreking van de arbeidsovereenkomst en [werknemer] te veroordelen tot terugbetaling van de transitievergoeding.
5.De beoordeling
(…). Dus kijken we nu naar woensdag 28 april als mogelijke datum voor die eerste stap. En ik onderstreep ‘mogelijke datum’. Het is niet zeker. En we beslissen daarover volgende week dinsdag, dus op 20 april. Voor nu doen we slechts 1 kleine aanpassing, en wel voor de buitenschoolse opvang die vanaf maandag de 19e weer open kan in het verlengde van en onder dezelfde voorwaarden als de basisscholen. Dat is het voor nu. (…)’.
Uit bovenstaande verschillen volgt dat zowel de inhoud van de functies als de verantwoordelijkheden en het niveau niet vergelijkbaar zijn.