ECLI:NL:RBNHO:2020:9051

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
28 oktober 2020
Publicatiedatum
5 november 2020
Zaaknummer
C/15/287727 / HA ZA 19-294
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over betaling van facturen en uitvoering van werkzaamheden aan amfibievoertuigen

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, is er een geschil ontstaan tussen Structal Friesland B.V. en een gedaagde over de betaling van facturen en de uitvoering van werkzaamheden aan amfibievoertuigen. Structal, een onderneming in metaalbewerking, heeft in 2017 een raamovereenkomst gesloten met de gedaagde, die een bedrijf in toeristenvervoer exploiteert. De overeenkomst betrof de ombouw van amfibievoertuigen, waarbij Structal verantwoordelijk was voor de uitvoering van de werkzaamheden en de gedaagde de kosten zou betalen. Na het versturen van meerdere facturen door Structal, heeft de gedaagde een deel van deze facturen onbetaald gelaten, wat leidde tot een rechtszaak.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen vaste prijs is overeengekomen voor het gehele project, maar dat er wel afspraken zijn gemaakt over de kosten per onderdeel. De rechtbank oordeelt dat Structal niet meer in rekening mocht brengen dan de bedragen die in de werklijst zijn vermeld. Daarnaast is er een deskundigenonderzoek aangevraagd om te beoordelen of de in rekening gebrachte kosten reëel zijn en of deze betrekking hebben op het elektrisch systeem dat door Structal moest worden ingebouwd. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling en het nemen van akten door beide partijen.

De rechtbank heeft ook de huurtermijnen voor de bedrijfsruimte besproken, waarbij de kosten in beginsel voor rekening van Structal komen, gezien de problemen die zijn ontstaan bij de uitvoering van de werkzaamheden. De zaak zal opnieuw op de rol komen voor verdere behandeling.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rolnummer: C/15/287727 / HA ZA 19-294
Vonnis van 28 oktober 2020
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STRUCTAL FRIESLAND B.V.,
gevestigd te Franeker, gemeente Waadhoeke,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. A. van Reek te Amsterdam,
tegen
[gedaagde]
wonende te [woonplaats]
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
advocaat mr. N.Y. Bakker te Amstelveen.
Eiseres in conventie, verweerster in reconventie zal hierna Structal genoemd worden. Gedaagde in conventie, eiser in reconventie zal hierna [gedaagde] of [gedaagde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 12 april 2019 met producties 1 t/m 30,
  • de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie tevens houdende een vordering in het incident in reconventie met producties 1 t/m 47,
  • de incidentele conclusie van antwoord van 14 augustus 2019,
  • het vonnis in het incident van 28 augustus 2019,
  • de conclusie van antwoord in reconventie tevens houdende akte overlegging producties met producties 31 t/m 37,
  • de akte overlegging producties van [gedaagde] met producties 48 t/m 52,
  • de akte overlegging producties van [gedaagde] met producties 53 t/m 60,
  • de akte overlegging producties van [gedaagde] met producties 61 en 62,
  • de akte overlegging producties van [gedaagde] met productie 62,
  • de akte overlegging producties van [gedaagde] met producties 63 en 64,
  • de akte vermeerdering eis tevens akte overlegging producties van Structal met producties 39 t/m 55,
  • de antwoordakte van 3 juli 2020 van [gedaagde] ,
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 6 juli 2020, de daarbij overgelegde spreekaantekeningen van mr. Bakker en mr. Van Reek en de door [gedaagde] overgelegde raamovereenkomst en een op A3 formaat geprint Excel overzicht,
  • de e-mail van 9 juli 2020 van de griffier aan partijen,
  • de brief van 17 juli 2020 van [gedaagde] met opmerkingen over voornoemd proces-verbaal,
  • de akte van 22 juli 2020 van [gedaagde] met producties 65 t/m 78,
  • de antwoordakte van 18 augustus 2020 van Structal en
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling (via Skype) van 1 september 2020.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Structal exploiteert een onderneming in metaalbewerking en –constructie. [gedaagde] exploiteert een onderneming in toeristenvervoer voor wetenschappelijk onderzoek op de Waddenzee.
2.2.
[gedaagde] is eigenaar van twee amfibievoertuigen, type LARC-XV (hierna: de amfibievoertuigen). In februari 2017 heeft [gedaagde] Structal benaderd en geïnformeerd wat de mogelijkheden en kosten zijn van het ombouwen van de amfibievoertuigen. Een van de wensen van [gedaagde] was om de dieselmotor te vervangen voor een elektromotor.
2.3.
[gedaagde] zou het elektrische systeem betrekken bij een derde partij. Uiteindelijk werd gekozen voor het bedrijf New Electric (hierna: NE). Structal heeft aangegeven te verwachten het elektrische systeem in de amfibievoertuigen te kunnen plaatsen.
2.4.
Bij e-mail van 12 april 2017 schrijft Structal aan [gedaagde] , onder andere:
“(…) Waar we naar New Electric toe wel even op moeten letten is dat zij wel de verantwoordelijkheid blijven houden over het systeem. Dus dat alle componenten op elkaar afgestemd zijn en het hele zaakje naar behoren ingeregeld wordt.(…)”
2.5.
Op 15 juni 2017 hebben partijen een raamovereenkomst gesloten. Hierin staat, voor zover relevant, opgenomen:
“(…)
1. Tussen Structal en [gedaagde] wordt een werklijst vastgesteld met een verdeling van taken. In deze lijst staat een korte beschrijving van de werkzaamheden, of deze voor een vaste prijs of in regie uitgevoerd worden en wie de verantwoordelijkheid draagt over de uitvoering.
2. Met uitzondering van de inkoop van de elektrische hoofdcomponenten (Accu, motoren en regeling), heeft Structal de regie en verantwoordelijkheid over inkoop en onderaanneming.
3. [gedaagde] heeft de verantwoordelijkheid voor het vaststellen van een werkbaar(uitvoerbaar) pakket van eisen waar het voertuig aan dient te voldoen voor het verkrijgen van de benodigde keur (…). Tevens is [gedaagde] verantwoordelijk voor het algehele systeemontwerp en functioneren van het geheel (samenhang van de verschillende deel taken en projecten.
(…)
5. Werkzaamheden waarvoor geen vaste prijs kan worden afgegeven, worden in regie uitgevoerd tegen een uurtarief van € 45,-
(…)
8. Materialen en diensten welke door Structal bij derden worden ingekocht voor regie werkzaamheden, worden met een vaste opslag van 15% doorberekend. Dit is ook van toepassing voor bijkomende kosten als bijvoorbeeld de afvoer van restmaterialen. (…)
9. Op alle leveringen en werkzaamheden via of door Structal, zijn de Metaalunie voorwaarden van toepassing.
(…)
1. Gedurende de ombouw van 1 of beide voertuigen, stelt Structal ca. 250m2 bedrijfsruimte ter beschikking tot 1 oktober 2017. Na 1 oktober wordt € 500,- huur per maand berekend per voertuig.
(…)
Alle kosten dienen te zijn betaald voordat 1 of beide voertuigen het pand van Structal verlaten
(…)”
2.6.
Vervolgens heeft Structal [gedaagde] meerdere malen een werklijst verstrekt. In de meest recente werklijst staat een totaalbedrag van € 161.938,- exclusief btw (inclusief € 84.750,- voor de werkzaamheden van NE). Aangezien de bank van [gedaagde] een formele offerte verlangde, heeft Structal deze op 11 september 2017 aan hem verstrekt. In deze offerte staat het volgende vermeld:
“De volgende werkzaamheden, materialen en apparatuur zijn opgenomen in deze offerte;
Casco aanpassingen
- Revisie en aanpassing hydraulisch systeem
- Installatie elektrische systemen
- Ontwerp, bouw en installatie van accommodatie voor 60 personen.
Deze aanbieding is als volgt opgebouwd;
- Totaal projectprijs € 78.688,-
Levering/project is inclusief:
- Casco aanpassingen t.b.v. accu’s en aandrijving
- Casco aanpassingen t.b.v. aanpassing stuurhut mcl, inrichting
- Casco aanpassingen t.b.v. wet- en regelgeving (SI)
- Revisie bestaande hydraulische componenten
- Levering en integratie nieuwe hydraulische componenten i.v.m. elektrisch systeem
- Ombouw bilgepomp systeem naar elektrisch
- Montage en elektrische aansluiting aandrijfsystemen
- Aanleg nieuw elektrisch boordnet systeem t.b.v. verlichting, navigatie en radio
- Diverse mechanische herstel en aanpassing werkzaamheden aan casco en aandrijfsysteem
- Ontwerp modulair systeem voor 60 passagiers
- Bouw en installatie zit accommodatie voor 60 passagiers
Levering/project is exclusief (uitsluitingen)
- Verticaal transport (hijsen)
- Levering componenten t.b.v. elektrisch aandrijf systeem (accu’s, motoren, regelingen,
laadapparatuur, speciale bekabeling)
- Demontage werkzaamheden (door u zelf uit te voeren)
- Afvoer afval, materialen en chemicaliën
- Voorbereidende werkzaamheden t.b.v. verkrijgen keur door SI.
- Specifieke werkzaamheden in relatie tot het in bedrijf stellen van het elektrische
aandrijfsysteem.
- Leveren en installatie evt. benodigde veiligheidsmiddelen.
- Testen en opleveringsdocumentatie.
Overige condities:
Aanvang werk juli 2017
Doorlooptijd 4-6 maanden excl. vakanties
Oplevering werk nader te bepalen
Geldigheid offerte tot 30 dagen na dagtekening
Voorwaarden Al onze leveringen en diensten vinden plaats onder de Metaalunie voorwaarden.
Betalingen conform eerder overeengekomen raamcontract,naar rato werkzaamheden”
2.7.
In juli 2018 bleek dat er problemen waren met de werkzaamheden rondom het elektrische systeem. Vervolgens is het bedrijf Lotronics ingeschakeld om dit op te lossen.
2.8.
Structal heeft in totaal 9 facturen gestuurd aan [gedaagde] , voor een totaalbedrag van € 218.546,44 (inclusief btw). [gedaagde] heeft de facturen van Structal deels onbetaald gelaten, namelijk tot een bedrag van € 128.414,58 (inclusief btw). Structal heeft [gedaagde] aangemaand tot betaling en twee ingebrekestellingen gestuurd.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
Structal vordert – samengevat en na eiswijziging – dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
I. de overeenkomst tussen partijen ontbindt;
II. [gedaagde] veroordeelt om aan Structal te voldoen:
de door Structal geleden en nader bij staat op te maken schade als gevolg van de tekortkoming in de nakoming van dienst verbintenissen jegens Structal;
een bedrag van € 153.824,58;
een bedrag van € 7.302,44 aan verschuldigde contractuele buitengerechtelijke kosten;
een bedrag van € 31.522,30 aan verschuldigde contractuele rente, of in ieder geval de wettelijke (handels)rente, over het bedrag genoemd onder II.b., tot en met 6 juli 2020;
de contractuele rente van 12%, of ieder geval de wettelijke (handels)rente, over het bedrag genoemd onder II.b., berekend vanaf 7 juli 2020 tot aan de dag van algehele voldoening;
de (reële) kosten van deze procedure, waaronder begrepen het salaris van de advocaat van Structal en de nakosten en – voor het geval voldoening van de (na)kosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt – te vermeerderen met de wettelijke rente over de (na)kosten te rekenen vanaf bedoelde termijn voor voldoening.
3.2.
Structal legt aan haar vorderingen – kort gezegd – het volgende ten grondslag. Structal heeft uitvoering gegeven aan de overeenkomst, maar [gedaagde] heeft haar facturen deels onbetaald gelaten. Structal heeft [gedaagde] twee keer in gebreke gesteld, echter tevergeefs. Op grond van de toepasselijke algemene voorwaarden is [gedaagde] een contractuele rente van 12% verschuldigd en heeft Structal het recht de overeenkomst te ontbinden.
3.3.
[gedaagde] concludeert tot afwijzing van de vordering en voert hiertoe – kort gezegd – het volgende aan. Partijen zijn een vaste prijs overeengekomen voor het gehele project. Dat bedrag heeft [gedaagde] reeds betaald aan Structal. Er zijn geen algemene voorwaarden van toepassing, want deze zijn niet door Structal aan [gedaagde] ter hand gesteld voor het sluiten van de overeenkomst.
in reconventie
3.4.
[gedaagde] vordert – samengevat en met inachtneming van het vonnis in het incident – dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
voor recht verklaart dat Structal toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen jegens [gedaagde] , jegens [gedaagde] in verzuim verkeert en haar veroordeelt de schade die [gedaagde] dientengevolge heeft geleden en nog lijdt, te vergoeden, de schadevergoeding op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
het retentierecht opheft en Structal beveelt de LARC, partijen genoegzaam bekend, binnen drie dagen na betekening van dit vonnis aan [gedaagde] te retourneren, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 10.000,- voor iedere dag dat Structal in gebreke blijft, met een maximum van € 200.000,-;
Structal veroordeelt in de kosten van deze procedure, alsmede in de nakosten, onder bepaling dat indien de proces- en nakosten niet uiterlijk op de veertiende dag na het in deze te wijzen vonnis zijn voldaan, vanaf de vijftiende dag de wettelijke rente over die kosten verschuldigd zal zijn.
3.5.
[gedaagde] legt aan zijn vorderingen – kort gezegd – het volgende ten grondslag. Structal heeft enerzijds de tussen partijen gemaakte vaste prijsafspraken zoals neergelegd in de werklijst overschreden door meer te factureren dan overeengekomen. Anderzijds heeft zij de overeengekomen doorlooptijd van de werkzamheden (4-6 maanden) overschreden. De werkzaamheden zijn namelijk nog steeds niet voltooid. De kosten die daarmee gepaard gaan, zijn voor rekening van Structal. Structal heeft zich ook onterecht beroepen op het retentierecht. Structal dient de schade te vergoedern die [gedaagde] heeft geleden en nog lijdt als gevolg van het voorgaande.
3.6.
Structal voert verweer. Zij verwijst hiervoor deels naar haar standpunten in conventie. Daar komt bij dat [gedaagde] op grond van de toepasselijke algemene voorwaarden gehouden was om binnen de betalingstermijn te klagen over de betreffende factuur en dat niet heeft gedaan. [gedaagde] moet die facturen dan ook betalen. Op grond van de voorwaarden heeft [gedaagde] niet het recht om te verrekenen en is alles wat [gedaagde] aan Structal verschuldigd is onmiddellijk opeisbaar omdat de betalingstermijn overschreden is, ongeacht of Structal alle werkzaamheden heeft uitgevoerd. Er is geen vaste prijs overeengekomen, want de werklijst is alleen opgesteld ten behoeve van de financieringsaanvraag van [gedaagde] , was slechts een eerste inschatting van de totale kosten en moet gezien worden als een “to do lijst”.

4.De beoordeling

in conventie en in reconventie

4.1.
De kern van het geschil is de vraag of [gedaagde] gehouden is de openstaande facturen van Structal te voldoen (conventie) en daarmee samenhangend de vraag of partijen een vaste prijs zijn overgekomen voor de werkzaamheden aan de amfibievoertuigen (reconventie).
4.2.
Alvorens beslist kan worden op de vorderingen in conventie, zal de rechtbank beslissen op de vorderingen in reconventie. De rechtbank gaat dan ook eerst in op de vraag of partijen een vaste prijs zijn overeengekomen.
Werklijst en vaste prijs
4.3.
De rechtbank overweegt dat [gedaagde] de werklijst als leidend mocht beschouwen, maar dat partijen geen vaste prijs zijn overeengekomen voor het gehele project.
Uit de raamovereenkomst, de offerte, de werklijst en de correspondentie tussen partijen blijkt namelijk wat zij zijn overeengekomen over de prijzen en verantwoordelijkheid voor de verschillende werkzaamheden. In de werklijst staat een overzicht van de werkzaamheden met daarbij per post aangegeven wat er moet gebeuren, door wie, of de prijs vast of in regie is en wat de kosten zijn.
In de begeleidende e-mail bij de werklijst van 6 september 2017 van [XX] aan [gedaagde] staat:
“(…)Hierbij een eerste opzet van een totale kosten opstelling.
Kijk er wel even kritisch naar en toets de verschillende posten met wat je zelf als redelijk ervaart.
Wat we hier niet exact benoemd hebben en wat voor je financier ook niet interessant is, zijn de kosten die [YY] aan het maken is voor het vervangen van componenten als de kogelkoppelingen, afdichting rubbers enz.
Daar gaat aardig wat tijd, energie en dus geld in zitten om nieuwe of alternatieve componenten te vinden.
Maar laten we als geheel dit eerst maar even zo aanhouden. (…)”
Gelet op de inhoud van de werklijst en de bijbehorende tekst van [XX] mocht [gedaagde] ervan uit gaan dat de werklijst leidend was voor de vraag welke werkzaamheden moesten worden uitgevoerd, door wie en of de prijs vast of op regiebasis was. Dat dit volgt uit de
e-mail en blijkt ook uit het feit dat [XX] expliciet noemt welke kosten
nietzijn opgenomen in de lijst. [gedaagde] mocht er dus vanuit gaan dat alleen die kostenpost niet was opgenomen en dat de werklijst verder volledig was. Voor zover op onderdelen vaste prijzen vermeld zijn in de werklijst, mocht [gedaagde] daarvan uitgaan. Structal mocht dus niet meer in rekening brengen dan de daar genoemde vaste bedragen.
In zoverre volgt de rechtbank [gedaagde] dus in zijn standpunt dat partijen – op delen – een vaste prijs zijn overeengekomen. Hieruit volgt echter ook dat partijen geen vaste prijs overeengekomen zijn voor het
geheleproject. In de werklijst staat namelijk bij sommige onderdelen “vast” en bij andere “regie”. Uit de daaropvolgende correspondentie van partijen blijkt ook dat partijen per (regie)post besproken hebben wat het mocht gaan en ging kosten. In zoverre zijn partijen in de praktijk afgeweken van de prijzen als genoemd in de werklijst en slaagt het verweer van Structal dat geen vaste prijs is overeengekomen voor het gehele project.
Facturen versus werklijst
4.4.
De volgende vraag is of Structal met haar facturen meer kosten in rekening heeft gebracht dan zij mocht op basis van de werklijst. Daarbij moet gekeken worden onder welke kostenpost(en) in de werklijst de met de facturen in rekening gebrachte werkzaamheden vallen.
4.5.
[gedaagde] heeft na de comparitie van partijen een werklijst met extra kolommen overgelegd. In die extra kolommen heeft [gedaagde] voor alle 93 onderdelen aangegeven welke onderdelen vast of regie waren. Daarbij heeft [gedaagde] per onderdeel aangegeven of en zo ja hoeveel voor dat onderdeel door Structal teveel in rekening is gebracht.
In reactie daarop heeft Structal eigenlijk alleen in het algemeen gesteld dat de in rekening gebrachte werkzaamheden goed zijn uitgevoerd, dat deze duidelijk gespecificeerd zijn op de facturen en dat zij conform de overeenkomst in rekening zijn gebracht.
Het had op de weg van Structal gelegen om concreet per onderdeel “vast” van de werklijst te reageren op de stellingen van [gedaagde] . Nu zij dat niet heeft gedaan, gaat de rechtbank uit van de juistheid van de stellingen van [gedaagde] op dit punt.
4.6.
Dat betekent het volgende.
[gedaagde] heeft onderbouwd dat de posten met nummers
39 (demontage hydraulische cilinders)
54 (montage hydraulische slangen)
64 ( montage accu)
67 ( montage laadapparatuur)
70 ( bekabeling hoofdstroom)
71 ( overige bekabeling)
72 ( bouwen modulaire unit)
77 ( banden)
op de werklijst stonden als “vast” bedrag, of door Structal te verrichten.
[gedaagde] heeft verder onderbouwd dat Structal hiervoor in totaal € 40.900,43 meer in rekening heeft gebracht dan stond vermeld op de werklijst. Gelet op het hiervoor gegeven oordeel, is [gedaagde] dat bedrag dus niet verschuldigd aan Structal.
Elektrisch systeem
4.7.
Tussen partijen staat vast dat New Electric de overeengekomen werkzaamheden niet naar behoren heeft verricht. Vervolgens is Lotronics ingeschakeld om het elektrische systeem werkend te krijgen. Structal heeft de werkzaamheden van Lotronics inclusief een opslag van 15% doorbelast aan [gedaagde] (factuur 11 september 2018 ad € 38.304,53). De vraag is voor wiens rekening en risico die extra werkzaamheden komen. Hiervoor zijn de (tekst van de) raamovereenkomst, de offerte, de werklijst en correspondentie tussen partijen van belang (onderstrepingen rechtbank):
Raamovereenkomst:
“2. Met uitzondering van de inkoop van de elektrische hoofdcomponenten (Accu, motoren en regeling), heeftStructal de regie en verantwoordelijkheid over inkoop en onder aanneming.”
E-mail 12 april 2017 [XX] aan [gedaagde] :
"Ik denk niet dat we problemen gaan ondervinden bij deinbouw van alle apparatuur in de LARC. Daar hebben we de kennis en capaciteit wel voor. Waar we naar New Electric toe wel even op moeten letten is dat zij wel de verantwoordelijkheid blijven houden over het systeem. Dus dat alle componenten op elkaar afgestemd zijn en het hele zaakje naar behoren ingeregeld wordt."
E-mail 2 juni 2017 [XX] aan [gedaagde] :
"Structal zal verantwoordelijk zijn voor de fysieke inbouw en aanbouw van de verschillende componenten, aanleggen en routing van bekabeling etc. NE brengt hierbij advies uit en geeft aanwijzingen m.b.t. kritische systeem eisen."
Werklijst:
“50 (…) systeem verantwoordelijke Structal
51 - Vastleggen inbouw eisen - Instructie door New Electric – NE
52 - Technisch ontwerp -plaatsing componenten, accommodatie, systeemuitvoering, bekabeling etc. - Structal– regie
52a Technisch ontwerp installatie - NE”
Offerte 11 september 2017:
"Levering/project is inclusief: (…)
- Levering en integratie nieuwe hydraulische componenten i.v.m. elektrisch systeem- Ombouw bilgepomp systeem naar elektrisch- Montage en elektrische aansluiting aandrijfsysteem- Aanleg nieuw elektrisch boordnet systeem t.b.v. verlichting, navigatie en radio (…)
Levering/project is exclusief (uitsluitingen) (…)
Levering componenten t.b.v. elektrisch aandrijf systeem (accu's, motoren, regelingen, laadapparatuur, speciale bekabeling (...)- Specifieke werkzaamheden in relatie tot het in bedrijf stellen van het elektrische aandrijfsysteem."
4.8.
Uit het voorgaande leidt de rechtbank af dat alle inbouwwerkzaamheden voor rekening en risico van Structal zouden komen, zoals gesteld door [gedaagde] . Daaronder valt dus ook het inbouwen van het elektrisch systeem en de daarbij gerezen problemen. De vraag die dan resteert, is welke kosten Structal bij [gedaagde] in rekening heeft gebracht voor de werkzaamheden rondom het elektrisch systeem en of die werkzaamheden onder de posten van de werklijst vallen. De rechtbank kan dit niet afleiden uit de door Structal overgelegde facturen en bijbehorende specificaties in vergelijking met de werklijst. Daardoor is op dit moment niet vast te stellen of de kosten al dan niet terecht in rekening zijn gebracht.
4.9.
De rechtbank is van oordeel dat de verschuldigdheid van de facturen dan ook per kostenpost “regie” uit de werklijst (productie 12 bij dagvaarding) nagelopen moet worden. Per kostenpost zal in de facturen gekeken moet worden welke werkzaamheden zijn overeengekomen in de werklijst en tegen welk bedrag. Om te beoordelen of voor de werkzaamheden in regie een reëel bedrag in rekening is gebracht, acht de rechtbank een deskundigenonderzoek geraden.
4.10.
Voordat wordt overgegaan tot het inwinnen van een deskundigenbericht over genoemd onderwerp, zal de rechtbank partijen in de gelegenheid stellen zich uit te laten over de wenselijkheid van een deskundigenbericht, over het aantal en het specialisme van de te benoemen deskundige(n) en over de aan de deskundige(n) voor te leggen vragen.
De rechtbank geeft partijen in overweging, na overleg over een en ander, tot een gezamenlijk voorstel te komen.
Indien partijen zich wensen uit te laten over de persoon van de te benoemen deskundige(n), dienen zij daarbij aan te geven over welke deskundige(n) zij het eens zijn, dan wel tegen wie zij gemotiveerd bezwaar hebben. Partijen kunnen zich tevens uitlaten over de hoogte van het voorschot van de deskundige(n). Bij gebreke van een dergelijke uitlating zal de rechtbank in overleg met de te benoemen deskundige(n) de hoogte van het voorschot van laatstgenoemde(n) vaststellen.
4.11.
De rechtbank is vooralsnog van oordeel dat kan worden volstaan met de benoeming van één deskundige op het gebied van het installeren van elektrische systemen in voertuigen en daarmee samenhangende werkzaamheden en dat de navolgende vragen dienen te worden voorgelegd:
Kunt u per factuur en specificatie van werkzaamheden behorend bij die factuur beoordelen of de in rekening gebrachte kosten betrekking hebben op het elektrisch systeem?
Kunt u van die werkzaamheden aangeven onder welke kostenpost van de werklijst deze vallen en of de in rekening gebrachte kosten reëel zijn?
Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de rechter volgens u kennis dient te nemen bij de verdere beoordeling?
4.12.
De rechtbank ziet geen aanleiding om af te wijken van het uitgangspunt van de wet, dat het voorschot op de kosten van de deskundige(n) in beginsel door de eisende partij (in conventie) moet worden gedeponeerd. Dit voorschot zal daarom door Structal moeten worden betaald.
4.13.
Voordat tot benoeming van een deskundige kan worden overgegaan, dient Structal eerst in overeenstemming met wat hiervoor in 4.9 is overwogen haar facturen nader te onderbouwen. Daartoe zal de zaak opnieuw naar de rol worden verwezen.
4.14.
Partijen hebben overigens ook nog steeds de mogelijkheid om te proberen een minnelijke regeling te treffen om de al voorgespiegelde langdurige procedure te voorkomen.
Huurtermijnen
4.15.
Structal heeft ook betaling gevorderd van facturen die zien op de huur van de bedrijfsruimte waar de amfibievoertuigen staan. Weliswaar staat in de raamovereenkomst dat Structal aan [gedaagde] vanaf 1 oktober 2017 € 500,- per voertuig per maand aan huur rekening mag brengen aan [gedaagde] , maar de vraag is voor wiens rekening die kosten in dit geval moeten komen. Hiervoor is overwogen dat de bij het inbouwen van het elektrisch systeem gerezen problemen, voor rekening en risico van Structal komen. De hiermee samenhangende vertraging en bijbehorende (huur)kosten komen in beginsel dan ook voor rekening van Structal. De beslissing hierover wordt echter aangehouden, aangezien de uitkomst van het aangekondigde deskundigenonderzoek mogelijk nog een ander licht op de zaak werpt.

5.De beslissing

De rechtbank
in conventie en in reconventie
5.1.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
25 november 2020voor het nemen van een akte door
Structal,zoals bedoeld in 4.9 en 4.13, waarna [gedaagde] een termijn van vier weken zal krijgen voor het nemen van een antwoord-akte,
5.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.J. Saarloos en in het openbaar uitgesproken op 28 oktober 2020. [1]

Voetnoten

1.type: IEV