Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
hij op of omstreeks 31 maart 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, als verkeersdeelnemer, namelijk als (beginnend) bestuurder van een motorrijtuig (personenauto, [kenteken] ), daarmede rijdende over de weg, de Rijksweg A7 –na voorafgaand gebruik van alcoholhoudende drank- zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door roekeloos, in elk geval zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend,
1.
hij op of omstreeks 31 maart 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad als bestuurder van een motorrijtuig, personenauto, dit motorrijtuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte in zijn bloed bij een onderzoek, als bedoeld in artikel 8, derde lid, aanhef en onder b van de Wegenverkeerswet 1994, 1,14 milligram, in elk geval hoger dan 0,2 milligram, alcohol per milliliter bloed bleek te zijn, terwijl voor het besturen van dat motorrijtuig een rijbewijs was vereist en nog geen vijf jaren waren verstreken sedert de datum waarop aan hem voor de eerste maal een rijbewijs is afgegeven, zijnde een datum waarop hij de leeftijd van 18 jaar had bereikt, dan wel zijnde een datum waarop hij de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en waarop hem voor het eerst een rijbewijs van categorie B is afgegeven;
hij op of omstreeks 31 maart 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, als (beginnend) bestuurder van een voertuig (personenauto, [kenteken] , daarmee rijdende op de weg, de Rijksweg A7, in de aanrijroute naar die Rijksweg A7 niet de oprit, maar –tegen de richting in- de afrit is opgereden en/of terecht is gekomen op een rijstrook bestemd voor het tegemoetkomende verkeer en/of met hoge snelheid op die rijstrook tegen de richting van het verkeer in is blijven rijden en/of frontaal is opgebotst of aangereden tegen een hem op die rijstrook tegemoet rijdende bedrijfsauto ( [kenteken]
), door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd.
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 28 januari 2020 afgelegd;
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen d.d. 31 maart 2019 (dossierpagina 40-42);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van Onderzoek plaats ongeval d.d. 9 juni 2019 (dossierpagina 107-123);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal analyse beelden Mc Donalds spookrijder d.d. 2 april 2019 (dossierpagina 85-87);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van getuige [naam getuige] d.d. (dossierpagina 63-64);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van getuige [naam getuige] d.d. 1 april 2019, (dossierpagina 81-83);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal rijden onder invloed d.d. 2 april 2019 (dossierpagina 126-129);
- een schriftelijk bescheid, te weten een Rapport alcohol in het verkeer d.d. 15 mei 2019, opgemaakt door drs. [naam deskundige] , forensisch toxicoloog en werkzaam bij Labor Mönchengladbach (dossierpagina 133-135).
- Een schriftelijk bescheid, te weten een geneeskundige verklaring d.d. 26 augustus 2019, opgemaakt door drs. [naam deskundige] , chirurg en traumatoloog, werkzaam bij het VU Medisch Centrum (aanvullend proces-verbaal, niet genummerd).
afritvan de snelweg A7 opgereden, waardoor hij tegen de rijrichting van het verkeer in is gaan rijden. Om op deze afrit van de snelweg, in plaats van op de oprit richting Amsterdam, te komen, heeft verdachte meerdere signalen gemist die een normale oplettende bestuurder had moeten opmerken.
hij op 31 maart 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, als verkeersdeelnemer, namelijk als beginnend bestuurder van een motorrijtuig (personenauto, [kenteken] ), daarmede rijdende over de weg, de Rijksweg A7 - na voorafgaand gebruik van alcoholhoudende drank - zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door zeer onvoorzichtig en onoplettend, in de aanrijroute naar die Rijksweg A7 niet de oprit, maar - tegen de richting in - de afrit op te rijden en terecht te komen op een rijstrook bestemd voor het tegemoetkomende verkeer en met hoge snelheid op die rijstrook tegen de richting van het verkeer in te blijven rijden en frontaal op te botsen tegen een hem op die rijstrook tegemoet rijdende bedrijfsauto ( [kenteken] , waardoor een inzittende van die bedrijfsauto, genaamd [naam slachtoffer] , zwaar lichamelijk letsel, te weten een gebroken rug, twee gebroken enkels, drie gebroken ribben en een leverbeschadiging, werd toegebracht, terwijl hij verkeerde in de toestand als bedoeld in artikel 8, derde lid van de Wegenverkeerswet 1994.
4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de sanctie
12 december 2019, waaruit blijkt dat verdachte eerder met justitie in aanraking is gekomen wegens overtreding van de Wegenverkeerswet.
7.Bijkomende straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
zes (6) maanden.