Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, te Den Haag, eiser
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, verweerder
Tata Steel IJmuiden B.V., te IJmuiden
Rechtbank Noord-Holland
Op 15 oktober 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat als eiser en de Gedeputeerde Staten van Noord-Holland als verweerder. De zaak betreft een verzoek tot actualisatie van de omgevingsvergunning van Tata Steel IJmuiden B.V. naar aanleiding van BBT-conclusie 36 uit het BREF voor de IJzer- en Staalindustrie. Eiser had in 2017 een verzoek ingediend om de voorschriften van de omgevingsvergunning te actualiseren, maar verweerder weigerde dit in een besluit van 7 mei 2019. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat het procesbelang van eiser is komen te vervallen, omdat het gevraagde onderzoek inmiddels door een derde partij is uitgevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser instemde met het onderzoek en daarom geen belang meer had bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser niet-ontvankelijk en er werd geen aanleiding gezien voor vergoeding van proceskosten of griffierecht. De uitspraak werd gedaan in het openbaar door de meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, in aanwezigheid van de griffier.