Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De vordering
3.Het verweer en de tegenvordering
4.De beoordeling
5.De beslissing
dagvaarding € 87,99
griffierecht € 236,00
salaris gemachtigde € 480,00;
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door K.W.A. van der Meer, een vordering ingesteld tegen Uptown Advertising B.V. wegens onbetaalde facturen voor schoonmaak- en montagewerkzaamheden aan reclamedoeken. Eiser vordert een bedrag van € 4.277,36, vermeerderd met wettelijke handelsrente en proceskosten. Uptown heeft de vordering betwist en een tegenvordering ingesteld van € 4.374,90 wegens schade aan een reclamemast en € 980,10 voor huur van een opslaglocatie. De kantonrechter heeft op 4 november 2020 uitspraak gedaan. De rechter oordeelt dat Uptown haar verweer niet voldoende heeft onderbouwd en dat de vordering van eiser toewijsbaar is. De kantonrechter wijst de tegenvordering van Uptown af, omdat deze onvoldoende onderbouwd is. De proceskosten komen voor rekening van Uptown, die ongelijk krijgt in de zaak.