Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[passagier sub 1] , wonende te [woonplaats]
[passagier sub 2] ,wonende te [woonplaats]
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
- € 2.528,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 15 mei 2018, althans vanaf de datum van ingebrekestelling dan wel vanaf de datum van betekening van deze dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 377,80 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 15 mei 2018, althans vanaf de datum van ingebrekestelling dan wel vanaf de datum van betekening van deze dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente; - de nakosten.
4.Het verweer
5.De beoordeling
Omdat het gevorderde bedrag niet hoger is dan het volgens het Besluit berekende tarief, zullen de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten worden toegewezen. De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten is eveneens toewijsbaar, met dien verstande dat deze wordt toegewezen vanaf de datum van de dagvaarding, nu de passagiers niet hebben gesteld op welke datum de buitengerechtelijke incassokosten zijn betaald.
6.De beslissing
griffierecht € 231,00;
salaris gemachtigde € 420,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van de algehele voldoening;
;