Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
,
,
1.De procedure
2.De vaststaande feiten
(…)
1. Partijen starten zo snel mogelijk met systeemtherapie.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 22 oktober 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een vader en een moeder over de omgangsregeling met hun minderjarige kind. De vader vorderde dat de moeder zou worden veroordeeld tot nakoming van de eerder vastgestelde omgangsregeling, die was vastgesteld in een vonnis van 5 december 2018. De moeder had de omgangsregeling eenzijdig gewijzigd en beperkt, wat leidde tot zorgen over de ontwikkeling van het kind. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de moeder al langdurig de omgangsregeling wijzigt en dat dit niet in het belang van het kind is. De voorzieningenrechter heeft de vader in het gelijk gesteld en de moeder veroordeeld tot nakoming van de omgangsregeling, waarbij het kind wekelijks op maandag en dinsdag bij de vader verblijft, en om de week op zondag. Tevens is een dwangsom van € 500 per dag opgelegd voor het geval de moeder niet aan de veroordeling voldoet, met een maximum van € 10.000. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er geen aanleiding is om de omgangsregeling te wijzigen en dat het belang van het kind voorop staat. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt.