ECLI:NL:RBNHO:2020:8316

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
21 oktober 2020
Publicatiedatum
16 oktober 2020
Zaaknummer
8563462
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurachterstand en proceskosten in civiele procedure

In deze zaak heeft Stichting Elan Wonen een vordering ingesteld tegen [gedaagde] wegens huurachterstand. De eiseres, Elan Wonen, heeft op 20 mei 2020 een dagvaarding uitgebracht, waarna [gedaagde] schriftelijk heeft geantwoord. Tijdens de zitting op 18 september 2020 heeft [gedaagde] erkend dat er een huurachterstand was, maar voerde hij verweer tegen de gevorderde proceskosten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] een huurschuld had van € 6.295,43 per 1 mei 2020, en dat hij ondanks aanmaningen niet alle huurpenningen had voldaan. Elan Wonen vorderde na vermindering van eis betaling van € 1.845,81 aan hoofdsom, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter heeft de vordering toegewezen, maar heeft de proceskosten op basis van het uiteindelijk toegewezen bedrag vastgesteld, rekening houdend met de omstandigheden van de zaak. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de procedure gerechtvaardigd was, maar dat de proceskosten moesten worden berekend op basis van het verlaagde bedrag. Het vonnis is uitgesproken door mr. J.J. Dijk op 21 oktober 2020.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 8563462 \ CV EXPL 20-4880
Uitspraakdatum: 21 oktober 2020
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de stichting
Stichting Elan Wonen
wonende te Haarlem
eiseres
verder te noemen: Elan Wonen
gemachtigde: mr. O.J. Boeder
tegen
[gedaagde] h.o.d.n. [handelsnamen]
wonende te [woonplaats]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. E.B.R. van Griethuysen

1.Het procesverloop

1.1.
Elan Wonen heeft bij dagvaarding van 20 mei 2020 een vordering tegen [gedaagde] ingesteld. [gedaagde] heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Op 18 september heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de zitting heeft Elan Wonen bij brief van 16 september 2020 nog stukken toegezonden.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde] huurt van Elan Wonen de woning gelegen aan [adres] (hierna te noemen: de woning) tegen een maandelijkse huurprijs van € 909,59.
2.2.
[gedaagde] heeft ondanks aanmaningen door Elan Wonen niet alle huurpenningen voldaan. Per 1 mei 2020 had [gedaagde] een huurschuld van € 6.295,43.

3.De vordering

3.1.
Elan Wonen vordert – na vermindering van eis – dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt tot betaling van € 1.845,81 aan hoofdsom vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 en € 165,09 aan buitengerechtelijke incassokosten en met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
3.2.
Elan Wonen legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat [gedaagde] met de stipte betaling van de huur voor de woning in gebreke is gebleven, waardoor hij in verzuim is komen te verkeren. Omdat [gedaagde] de huurpenningen niet heeft voldaan, zag Elan Wonen zich genoodzaakt de zaak uit handen te geven zodat [gedaagde] inmiddels ook de buitengerechtelijke incassokosten, de wettelijke rente en de proceskosten verschuldigd is.

4.Het verweer en de beoordeling

4.1.
[gedaagde] heeft de huurachterstand, zoals Elan Wonen die na haar vermindering van eis heeft gevorderd, erkend. [gedaagde] voert verweer tegen de gevorderde proceskosten. [gedaagde] heeft er alles aan gedaan om de huurachterstand zo snel mogelijk in te lopen maar door persoonlijke omstandigheden was dit lastig. Elan Wonen en het deurwaarderskantoor zijn constant op de hoogte gehouden van de aflossingen en er is geen sprake van een structurele achterstand. De procedure is dan ook onterecht gestart. Op 9 juni 2020 heeft [gedaagde] nog een bedrag van € 834,89 betaald en hij heeft dat ook per telefoon en per e-mail aan Elan Wonen doorgegeven. Elan Wonen had de procedure dus niet op 10 juni 2020 hoeven aanbrengen. Gelet hierop moeten de proceskosten worden gecompenseerd.
4.2.
Aangezien [gedaagde] de huurachterstand na vermindering van eis heeft erkend, wordt deze vordering toegewezen. Ook de buitengerechtelijke incassokosten, waarvan de hoogte na vermindering van eis is afgestemd op de hoogte van de hoofdsom, en de wettelijke rente zullen worden toegewezen, nu hier geen verweer tegen is gevoerd.
4.3.
Voor wat betreft de proceskosten overweegt de kantonrechter als volgt. Weliswaar heeft [gedaagde] Elan Wonen op de hoogte gehouden van zijn betalingsproblemen en zijn pogingen om de huurachterstand in te lopen, maar vast staat dat de huurachterstand sinds december 2019 alleen maar is opgelopen. Toen Elan Wonen overging tot dagvaarding, was de achterstand € 6.295,43. Deze achterstand rechtvaardigt het aanhangig maken van een gerechtelijke procedure. Weliswaar heeft [gedaagde] ook na het uitbrengen van de dagvaarding nog betalingen aan Elan Wonen gedaan, maar daarmee was niet de gehele achterstand ingelost, zodat het aanbrengen van de dagvaarding ook gerechtvaardigd was. Wel was het bedrag dat [gedaagde] toen nog verschuldigd was, aanzienlijk verlaagd en daarmee had Elan Wonen bij het aanbrengen van de dagvaarding rekening kunnen en moeten houden. Het voorgaande leidt ertoe dat de proceskosten weliswaar voor rekening van [gedaagde] komen maar dat bij de berekening van de hoogte daarvan wordt uitgegaan van het uiteindelijk toegewezen bedrag.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Elan Wonen van € 1.845,81 te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 20 mei 2020 tot aan de dag van de gehele betaling;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Elan Wonen van € 165,09 aan buitengerechtelijke incassokosten;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Elan Wonen tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 105,09
griffierecht € 236,00
salaris gemachtigde € 360,00 ;
5.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.5.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.J. Dijk en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter