Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 18 september 2020 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
e. de wijze van verantwoording van de besteding.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland op 18 september 2020, hebben eisers, een echtpaar met lichamelijke beperkingen, een aanvraag ingediend voor een persoonsgebonden budget (pgb) voor eigen vervoer. De aanvraag werd aanvankelijk afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Edam-Volendam. Na een bezwaarprocedure werd het bezwaar ongegrond verklaard, waarop eisers beroep instelden. Tijdens de zitting op 22 augustus 2019 werd het onderzoek geschorst, waarna verweerder op 11 november 2019 een gewijzigd besluit nam, waarin een financiële vergoeding voor het gebruik van de eigen auto werd toegekend met terugwerkende kracht tot 10 augustus 2018.
Eisers waren het echter niet eens met de voorwaarden die aan de toekenning waren verbonden, met name de verplichting om op declaratiebasis verantwoording af te leggen over de gereden kilometers. De rechtbank oordeelde dat de eisers, ondanks hun beperkingen, in staat waren om de declaraties in te dienen en dat de voorwaarden zoals vastgelegd in de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Edam-Volendam 2019 rechtmatig waren. De rechtbank verklaarde het beroep tegen het bestreden besluit niet-ontvankelijk, maar oordeelde dat er nog procesbelang was bij de beoordeling van het gewijzigde besluit.
Uiteindelijk kwam de rechtbank tot de conclusie dat het beroep van eisers tegen het gewijzigde besluit ongegrond was. De rechtbank veroordeelde verweerder tot vergoeding van de proceskosten van eisers, vastgesteld op € 2.362,50, en het betaalde griffierecht van € 47,-. De uitspraak werd gedaan door mr. M. Kraefft, rechter, in aanwezigheid van mr. M.H. Boomsma, griffier.