ECLI:NL:RBNHO:2020:7518
Rechtbank Noord-Holland
- Proceskostenveroordeling
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke procedure inzake aanvraag voor uitstroom uit opvang
In deze zaak heeft eiser, wonende in Haarlem, beroep ingesteld tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem wegens het niet tijdig nemen van een besluit op zijn aanvraag voor uitstroom uit de opvang. De aanvraag was ingediend op 16 juli 2019, maar het college heeft pas op 5 maart 2020 beslist. Eiser heeft zijn beroep op 17 maart 2020 ingetrokken, maar verzocht om een proceskostenveroordeling op basis van artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft verweerder in de gelegenheid gesteld om een verweerschrift in te dienen, maar verweerder heeft niet gereageerd. Hierdoor heeft de rechtbank het onderzoek gesloten zonder zitting.
De rechtbank overweegt dat de veroordeling in de proceskosten is geregeld in de artikelen 8:75 en 8:75a van de Awb, en dat het Besluit proceskosten bestuursrecht nadere regels geeft over de kosten die voor vergoeding in aanmerking komen. Aangezien het beroep is ingetrokken omdat het bestuursorgaan aan eiser is tegemoetgekomen, kan verweerder op verzoek van eiser in de kosten worden veroordeeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de kosten betrekking hebben op door een derde verleende rechtsbijstand en dat deze kosten voor vergoeding in aanmerking komen. De rechtbank heeft de proceskosten vastgesteld op € 262,50 en het griffierecht van € 48,- dient eveneens door verweerder te worden vergoed.
De uitspraak is gedaan door rechter W.B. Klaus op 7 september 2020, in aanwezigheid van griffier A.C. Karels. Vanwege coronamaatregelen is de uitspraak niet openbaar uitgesproken, maar zal dit alsnog gebeuren zodra het weer mogelijk is. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.