Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
hij op of omstreeks 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, althans in Nederland aan de openbare weg, te weten de [adres] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een voertuig (Peugeot Partner met kenteken [kenteken] ), en/of een hoeveelheid drank en/of lachgas, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer 1] of aan een derde, te weten aan [naam onderneming] toebehoorde, door een (doorgeladen) vuurwapen op die [slachtoffer 1] te richten en/of daarbij (dreigend) te zeggen "Ik schiet je dood, uitstappen" of woorden van soortgelijke aard en of strekking;
hij op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 29 december tot en met 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, althans in Nederland, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool (Luger), kaliber 9mm zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool voorhanden heeft gehad;
hij op of omstreeks 12 januair 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 2] (agent van politie eenheid Noord-Holland) opzettelijk van het leven te beroven, althans zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet met een (personen)auto (met een hoge, althans aanzienlijke snelheid) in de richting van genoemde [slachtoffer 2] is gereden en/of blijven rijden zonder (voldoende) zijn snelheid te verminderen/te remmen, waarbij/Waardoor die [slachtoffer 2] opzij/weg moest springen (teneinde een aanrijding/botsing met het door verdachte bestuurde voertuig te voorkomen), terwijl de uitvoering van dat misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, althans in Nederland, [slachtoffer 2] (agent van politie eenheid Noord-Holland) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers is verdachte opzettelijk dreigend met een (personen)auto (met een hoge, althans aanzienlijke snelheid) in de richting van genoemde [slachtoffer 2] gereden en/of blijven rijden zonder (voldoende) zijn snelheid te minderen/te remmen, waarbij/waardoor die [slachtoffer 2] opzij/weg moest springen (teneinde een aanrijding/botsing met het door verdachte bestuurde voertuig te voorkomen;
hij op of omstreeks 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, althans in Nederland, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 77 XTC-pillen, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en/of ongeveer 0,29 gram heroïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne, zijnde MDMA en/of heroïne (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij op of omstreeks 29 december 2019 te Zaandam, althans Zaanstad, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend met een vuurwapen, één of meermalen op en/of in de richting van (een ruit van) een woning gelegen aan de [adres] geschoten;
[medeverdachte] op of omstreeks 29 december 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, immers heeft die [medeverdachte] opzettelijk dreigend met een vuurwapen, één of meermalen op en/of in de richting van (een ruit) een woning gelegen aan de [adres] , geschoten, bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 29 december 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, immers heeft verdachte aan die [medeverdachte] zijn vuurwapen (pistool: Luger, 9mm) ter beschikking gesteld;
hij op of omstreeks 29 november 2019 te Zaandam, in elk geval in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld een persoon, te weten [slachtoffer 3] , heeft gedwongen tot de afgifte van meerdere goederen, waaronder een tas (merk: Louis Vuitton), auto- en/of huissleutels, rijbewijs, bankpas (ING bank) en/of een horloge (merk: Rolex) en/of meerdere geldbedragen (250 euro), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [slachtoffer 3] toebehoorde, in elk geval aan een ander dan aan verdachte,
welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van bedreiging van geweld en bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 3] ,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te betrapping op heterdaad aan zichzelf aan voormeld misdrijf de vlucht mogelijk te maken en/of het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte
- een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp richtte op en/of toonde aan voornoemde [slachtoffer 3] en/of vervolgens,
- een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp doorlaadde en tegen het raam van de auto (waar voornoemde [slachtoffer 3] in zat) sloeg
- voornoemde [slachtoffer 3] het bevel gaf de deur te openen, spullen af te geven, althans de tas (met inhoud), horloge en/of geld en/of
- de tas en/of horloge (aan)pakte.
hij op of omstreeks 29 juni 2019 en/of 30 juni 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, in elk geval in Nederland, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool, van het merk CZ (Ceská zbrojovka) Mod.83 Browning, kaliber 9 mm zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool en/of munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten 4 of 5 patronen voorhanden heeft gehad;
hij op of omstreeks 28 juni 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad opzettelijk en wederrechtelijk een deur en/of een raam, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [naam] woningstichting en/of [slachtoffer 5]
toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
Immers, op het moment waarop verdachte na de botsing met het dienstvoertuig van [verbalisant 1] weer naar voren reed met de bestelauto (in de richting van [slachtoffer 2] ), is er ruimte ontstaan tussen het dienstvoertuig van [verbalisant 1] en de bestelauto. Dat vervolgens enige belemmering bestond voor het doen van de waarneming, zoals door [verbalisant 1] ambtsedig gerelateerd, vindt geen steun in het dossier en is niet aannemelijk geworden. De rechtbank ziet dan ook geen enkele aanleiding om te twijfelen aan de inhoud van het proces-verbaal dat [verbalisant 1] op ambtsbelofte heeft opgemaakt. Dat verbalisant [verbalisant 2] , die in de nabijheid van [slachtoffer 2] stond en ook zijn dienstwapen op verdachte richtte, niet heeft waargenomen dat [slachtoffer 2] is weggesprongen, kan niet tot een ander oordeel leiden. [verbalisant 2] was immers gefocust op verdachte en onder deze omstandigheden kan uit het feit dat [verbalisant 2] [slachtoffer 2] niet heeft zien wegspringen, niet worden afgeleid dat dit niet is gebeurd.
hij op 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, aan de openbare weg, te weten de [adres] , met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een voertuig (Peugeot Partner met kenteken [kenteken] ) en een hoeveelheid drank en lachgas, dat aan een derde, te weten aan [naam onderneming] , toebehoorde, door een doorgeladen vuurwapen op die [slachtoffer 1] te richten en daarbij dreigend te zeggen "Uitstappen";
hij op tijdstippen in de periode van 29 december 2019 tot en met 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool, kaliber 9mm voorhanden heeft gehad;
hij op 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, [slachtoffer 2] (agent van politie eenheid Noord-Holland) heeft bedreigd met zware mishandeling, immers is verdachte opzettelijk dreigend met een auto met een aanzienlijke snelheid in de richting van genoemde [slachtoffer 2] gereden en blijven rijden zonder zijn snelheid te minderen, waardoor die [slachtoffer 2] opzij moest springen;
hij op 12 januari 2020 te Zaandam, gemeente Zaanstad, opzettelijk aanwezig heeft gehad 77 XTC-pillen, bevattende MDMA, en 0,29 gram heroïne;
hij op 29 december 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, tezamen en in vereniging met een ander, [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft zijn medeverdachte opzettelijk dreigend met een vuurwapen éénmaal op een ruit van een woning gelegen aan de [adres] , geschoten;
hij op 29 november 2019 te Zaandam, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld een persoon, te weten [slachtoffer 3] , heeft gedwongen tot de afgifte van meerdere goederen, te weten een tas (merk: Louis Vuitton), auto- en huissleutels, een rijbewijs, een bankpas (ING bank) en een horloge (merk: Rolex) en een geldbedrag van 250 euro, toebehorende aan een ander dan aan verdachte, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte
- een vuurwapen richtte op voornoemde [slachtoffer 3] en
- een vuurwapen doorlaadde en daarmee tegen het raam van de auto waar [slachtoffer 3] in zat, sloeg, en
- voornoemde [slachtoffer 3] het bevel gaf de deur te openen en spullen af te geven,
- de tas en het horloge aanpakte.
hij op 29 juni 2019 en 30 juni 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool, van het merk CZ (Ceská zbrojovka) Mod.83 Browning, kaliber 9 mm en munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten 4 patronen, voorhanden heeft gehad;
hij op 28 juni 2019 te Zaandam, gemeente Zaanstad, opzettelijk en wederrechtelijk een deur heeft beschadigd en een raam heeft vernield, die aan een ander, te weten aan [naam] woningstichting toebehoorden.
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
meermalen gepleegd.
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de sanctie
De slachtoffers hebben door het handelen van verdachte nadelige psychische gevolgen ondervonden, wat ook blijkt uit de schadeonderbouwingsformulieren bij de diverse vorderingen van de benadeelde partijen.
7.Vermogensmaatregel
8.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
De vordering zal dan ook worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 januari 2020 tot aan de dag der algehele voldoening.
[naam onderneming]heeft door tussenkomst van haar gemachtigde, [naam] , een vordering tot schadevergoeding van € 250,00 ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die het bedrijf als gevolg van het in zaak A onder 1 ten laste gelegde feit zou hebben geleden, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag. De gestelde materiële schade bestaat uit het eigen risico van de autoverzekering.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
zes (6) jaren.
[slachtoffer 1]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 januari 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 1] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting. Bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd.
[naam onderneming]geleden schade tot een bedrag van
€ 250,00(tweehonderdvijftig euro), als vergoeding voor de materiële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 januari 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [naam onderneming] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[slachtoffer 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 850,00(achthonderdvijftig euro), als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 januari 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 2] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[slachtoffer 4]geleden schade tot een bedrag van
€ 3.437,03(drieduizend vierhonderdzevenendertig euro en drie cent), bestaande uit € 1.937,03 als vergoeding voor de materiële en € 1.500,00 als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 29 december 2019 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 4] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting. Bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd.
[slachtoffer 5]geleden schade tot een bedrag van
€ 750,00(zevenhonderdvijftig euro), als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 28 juni 2019 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 5] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.