ECLI:NL:RBNHO:2020:7380
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid bij woningruil en schadevergoeding wegens vlooienbesmetting
In deze zaak heeft eiseres, na een woningruil met gedaagde, schadevergoeding gevorderd wegens een vlooienplaag in de woning van gedaagde. De woningruil vond plaats op 1 september 2019, maar de feitelijke verhuizing gebeurde op 10 augustus 2019. Eiseres heeft na de sleuteloverdracht opgemerkt dat er een vlooienplaag aanwezig was in de woning van gedaagde. Gedaagde heeft de kosten van de ongediertebestrijding gedeeltelijk vergoed, maar betwist de aansprakelijkheid voor de vlooienplaag en de omvang van de schade. De kantonrechter heeft vastgesteld dat gedaagde toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst door de woning in een slechte staat over te dragen. De schade is geschat op € 500,-, waarbij de kantonrechter oordeelt dat eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd voor andere schadeposten. De vordering is gedeeltelijk toegewezen, en beide partijen zijn veroordeeld om hun eigen proceskosten te dragen.