Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de voorzieningenrechter van 7 september 2020 in de zaak tussen
[verzoekster] , verzoekster(gemachtigde: mr. M. Baadoudi),
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
€ 525,-.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 7 september 2020 uitspraak gedaan in een verzoek om proceskostenvergoeding. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. M. Baadoudi, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, dat haar Wajong-uitkering en toeslag per 1 maart 2020 had ingetrokken. Dit besluit was genomen omdat verzoekster niet had gereageerd op een verzoek om informatie over haar inkomsten en uitgaven uit het verhandelen van artikelen via sociale media. Na bezwaar en een verzoek om voorlopige voorziening, heeft verweerder het besluit van 27 februari 2020 ingetrokken en de betaling van de Wajong-uitkering hervat als voorschot.
Verzoekster trok haar verzoekschrift in, maar vroeg tegelijkertijd om een proceskostenvergoeding op basis van artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat het verzoek om proceskostenvergoeding terecht was, aangezien verweerder tegemoet was gekomen aan verzoekster. De voorzieningenrechter heeft de kosten van rechtsbijstand vastgesteld op € 525,-, conform het Besluit proceskosten bestuursrecht. De uitspraak is gedaan zonder openbare zitting, vanwege de coronamaatregelen, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.