Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- de uitgebrachte dagvaarding met producties
- de e-mail van mr. Tophoff met producties
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van [eiseres]
- de pleitnota van Stadswerk.
- [A] , directeur van [eiseres]
- [B] , directeur van [eiseres]
- [C] , contractmanager bij [eiseres]
- mr. Verberne voornoemd
- mr. T. Ruers, kantoorgenoot van mr. Verberne
- [D] , projectmanager bij Stadswerk
- M.C. de Buck, procesleider aanbesteding bij Stadswerk
- mr. Tophoff voornoemd
- mr. N. El Ouahhabi, kantoorgenoot van mr. Tophoff.
het uitvoeren van correctief onderhoud aan hoofdgemalen, bergbezinkinstallaties (BBB’s), tunnelgemalen, centrale voedingskasten (CVK’s), minigemalen, drainagegemalen, luchtpersrioolgemalen en eventuele overige rioolinstallaties in de gemeente Alkmaar en omgeving’ (hierna: de Aanbesteding). In de Aankondiging van een Opdracht is als uiterste termijn voor ontvangst van inschrijvingen of deelnemingsaanvragen opgenomen 26 mei 2020 om 12:00 uur.
2020-05-25’), zoals hieronder weergegeven:
2020-06-01’), gevoegd:
2020-05-23’) gevoegd:
3.Het geschil
Stadswerk te gebieden de inschrijving van [eiseres] op de opdracht 'Correctief onderhoud gemalen' alsnog geldig te verklaren, en
Stadswerk te gebieden een nieuwe gunningsbeslissing te nemen;
- Op de datum van inschrijving was zij houder van een geldig certificaat, omdat zij per “ 2020-05-23” gecertificeerd is. De laatste audit van Kiwa heeft op 14 mei 2020 plaatsgevonden, maar in verband met de coronacrisis duurde het afronden van het papierwerk door Kiwa langer dan voorzien, zodat [eiseres] ten behoeve van haar inschrijving op de Aanbesteding niet anders kon dan een concept-certificaat indienen.
- Voor zover het door [eiseres] bij inschrijving ingediende concept-certificaat niet als geldig certificaat kan worden beschouwd, is het wel een ‘gelijkwaardig certificaat’ als bedoeld in §3.2.1.1 van het PVE, welk certificaat door Kiwa getoetst had moeten worden. Doordat Stadswerk Kiwa het door [eiseres] ingediende certificaat niet heeft laten toetsen, heeft Stadswerk gehandeld in strijd met haar eigen PVE. In beide gevallen had haar inschrijving dus geldig verklaard moeten worden.
- Indien toch sprake mocht zijn van een gebrek in de inschrijving, had Stadswerk [eiseres] een herstelmogelijkheid moeten bieden, aldus nog steeds [eiseres] .
geldigKiwa (of gelijkwaardig) certificaat heeft overgelegd, hetgeen op straffe van uitsluiting was voorgeschreven in het PVE. Zij kon dan ook niet anders dan de inschrijving van [eiseres] terzijde leggen, aldus Stadswerk. De inrichting van het programma van eisen geeft Stadswerk niet de vrijheid om aan de strikte eisen met betrekking tot de overlegging van documenten voorbij te gaan. Het beroep op de Corona-crisis is geen reden om anders te oordelen, aangezien [eiseres] het probleem had kunnen oplossen door verlenging van de inschrijftermijn te vragen, hetgeen zij niet heeft gedaan.
4.De beoordeling
Ad (1): geldig certificaat ingediend?
voorgeschrevenbewijs daarvan -een geldig Kiwa-certificaat- niet als document bij zijn inschrijving had gevoegd.
gelijkwaardigcertificaat heeft ingediend. Volgens het PVE diende Kiwa dit vervolgens te toetsen. Aangezien Kiwa bij e-mail van 17 juni 2020 (zie 2.12) heeft aangegeven dat het door haar afgegeven concept certificaat ‘het uiteindelijke certificaat weerspiegelt’ en dat de inhoud van het certificaat hierdoor ‘voldoet aan de gestelde eisen zoals deze wordt beschreven in het certificatieschema’, beschikte [eiseres] dus (ook volgens Kiwa) over een
gelijkwaardigcertificaat, aldus [eiseres] .
het niet compleet indienen van de in §3.8 ‘te verstrekken documenten bij inschrijving’ gevraagde gegevens”. Eén van de documenten die aldaar genoemd wordt is een ‘
Kopie van het procescertificaat kwaliteitsgestuurd onderhoud aan pompen en gemalen van het bedrijf, afgegeven door Kiwa conform §3.2.1.1.’
geldigcertificaat is. (Dat spreekt ook voor zich; het ligt niet in de rede dat een
ongeldig certificaat bewijs van geschiktheid vormt.) [eiseres] heeft echter geen geldig gelijkwaardig certificaat ingediend. Het door [eiseres] ingediende certificaat betrof ten tijde van haar inschrijving op de Aanbesteding slechts een concept, en was derhalve (nog) niet geldig – en dus ook niet gelijkwaardig.
de aanbestedende dienst[kan]
verzoeken de gegevens van een dergelijk dossier gericht te verbeteren of aan te vullen, voor zover dat verzoek betrekking heeft op gegevens, zoals de gepubliceerde balans, waarvan objectief kan worden vastgesteld dat zij dateren van voor het einde van de inschrijvingstermijn om deel te nemen aan een aanbestedingsprocedure”, verzuimt [eiseres] om daarbij te vermelden dat het Hof daarop een belangrijke nuancering heeft aangebracht. In r.o. 40 van datzelfde arrest heeft het Hof immers overwogen: “
Evenwel moet worden gepreciseerd dat dit anders zou zijn indien volgens de aanbestedingsstukken het ontbrekende stuk of de ontbrekende informatie op straffe van uitsluiting moet worden verstrekt. Een aanbestedende dienst dient immers nauwgezet de door hemzelf vastgestelde criteria in acht te nemen (…)”. De volledige verklaring voor recht in het Manova-arrest luidt als volgt:
Connexxion/Staat-arrest van het Europese Hof van Justitie, waarin het volgende is overwogen.
onvolledigeinschrijving geen sprake was. Er was sprake van een aanbesteding waarin naast inschrijving door middel van indiening van fysieke documenten twee vormen van digitale inschrijving waren voorgeschreven, te weten uploaden via TenderNed en inzending of overhandiging van een USB-stick. De upload via TenderNed was mislukt, de twee andere wijzen van inschrijving geslaagd. Het hof oordeelde dat dat aangenomen moet worden dat het primaat bij de fysieke inschrijving lag en stelde vast dat de via TenderNed geüploade documenten na de inschrijvingstermijn niet meer konden worden gewijzigd en identiek waren aan de twee wel ontvangen inschrijvingen.
980,00