Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Wastenet Inzameling B.V.,
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 14 juli 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoekster] en Wastenet Inzameling B.V. [verzoekster] had een verzoek ingediend om vergoedingen en betaling van salaris na ontslag op staande voet. Wastenet had [verzoekster] op 3 april 2020 op staande voet ontslagen, omdat zij niet op een oproep om op kantoor te verschijnen was verschenen. De kantonrechter oordeelde dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig was, omdat er geen dringende reden was voor het ontslag. De kantonrechter stelde vast dat het ontslag was gegeven zonder dat [verzoekster] ernstig verwijtbaar had gehandeld. Hierdoor was Wastenet verplicht om [verzoekster] een vergoeding te betalen voor onregelmatige opzegging, evenals een transitievergoeding. De kantonrechter wees de vorderingen van [verzoekster] toe, met uitzondering van de vordering voor niet uitbetaalde overuren, vakantiedagen en vakantiegeld, die werd afgewezen. De proceskosten werden aan Wastenet opgelegd, omdat zij ten onrechte het ontslag op staande voet had verleend.