ECLI:NL:RBNHO:2020:5195

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
17 juli 2020
Publicatiedatum
13 juli 2020
Zaaknummer
AWB - 19 _ 4845
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake onroerendezaakbelastingen en WOZ-beschikking

In deze zaak heeft eiser, [X], beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Hollands Kroon, betreffende de aanslag onroerendezaakbelastingen en de WOZ-beschikking voor het jaar 2019. Het beroep is ingediend op 19 september 2019, maar de rechtbank heeft vastgesteld dat eiser geen gronden heeft vermeld in het beroepschrift, zoals vereist volgens artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

De rechtbank heeft eiser op 20 februari 2020 verzocht om dit verzuim binnen vier weken te herstellen. Ondanks dat de brief op 21 februari 2020 is bezorgd, heeft eiser niet gereageerd en geen gronden ingediend. Hierdoor heeft de rechtbank geconcludeerd dat er geen verontschuldiging voor het verzuim is gegeven.

Op basis van artikel 6:6 van de Awb heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, en is niet in een openbare zitting uitgesproken vanwege de coronamaatregelen. Eiser kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak verzet aantekenen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Zittingsplaats Alkmaar
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 19/4845

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 17 juli 2020 in de zaak tussen

[X] , te [Z] , eiser

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Hollands Kroon, verweerder.

Procesverloop

Eiser heeft bij brief van 19 september 2019, ter griffie ontvangen op 23 september 2019, beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van verweerder van 12 augustus 2019 inzake de aanslag onroerendezaakbelastingen en WOZ-beschikking over het jaar 2019 voor de woning aan de [adres] .

Overwegingen

1. De rechtbank doet op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.
2. Iemand die beroep instelt, moet op grond van artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Awb in het beroepschrift de gronden van het beroep vermelden. Dat houdt in: zeggen op welke specifieke punten hij of zij het niet eens is met het bestreden besluit. Als dat niet gebeurt, kan de rechtbank na een herstelmogelijkheid het beroep op grond van artikel 6:6 van de Awb niet-ontvankelijk verklaren.
3. Eiser heeft geen beroepsgronden vermeld in het beroepschrift. De rechtbank heeft eiser bij aangetekende brief van 20 februari 2020 verzocht om binnen vier weken dit verzuim te herstellen. Nader onderzoek in het Track & Trace-systeem van PostNL heeft uitgewezen dat deze brief op 21 februari 2020 is bezorgd en dat voor ontvangst is getekend. Eiser heeft niet gereageerd.
4. Eiser heeft binnen de gestelde termijn geen gronden ingediend. Eiser heeft geen reden gegeven voor dit verzuim. Er is dus niet gebleken van een verontschuldiging voor dit verzuim.
5. Het beroep is daarom kennelijk niet-ontvankelijk.
6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, in aanwezigheid van M. van der Elst, griffier. Deze uitspraak is gedaan op 17 juli 2020. Als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan verzet worden gedaan bij deze rechtbank. De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord. De werking van deze uitspraak wordt opgeschort totdat de termijn voor het instellen van verzet is verstreken of, indien verzet wordt ingesteld, op dat verzet is beslist.