ECLI:NL:RBNHO:2020:5082
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van het verzoek tot wraking van de rechter in een strafzaak
Op 12 juni 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland, Wrakingskamer, uitspraak gedaan op het verzoek tot wraking van mr. P.H.B. Littooy, de rechter in een aanhangige strafzaak. Verzoeker, vertegenwoordigd door zijn raadsman mr. G.L.D. Thomas, heeft op 5 februari 2020 ter terechtzitting van de politierechter het wrakingsverzoek ingediend. Dit verzoek was gebaseerd op de schijn van vooringenomenheid van de rechter, omdat deze al een beslissing had genomen over de voortzetting van de behandeling voordat de raadsman zich had kunnen uitlaten. Daarnaast werd gesteld dat de rechter ten onrechte over slachtoffers sprak en dat hij voorbijging aan het standpunt van verzoeker met betrekking tot camerabeelden.
De rechter heeft in zijn reactie de beschuldigingen van verzoeker weerlegd. Hij stelde dat hij pas een beslissing had genomen na uitvoerig debat en dat de opmerkingen over slachtoffers in lijn waren met zijn wettelijke taak. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat het verzoek tot wraking tijdig was ingediend en dat verzoeker ontvankelijk was. Echter, de wrakingskamer oordeelde dat er geen grond was voor de vrees dat de rechter niet onpartijdig was. De subjectieve en objectieve toetsen voor wraking werden beide niet gehaald, en de wrakingskamer concludeerde dat de rechter niet de schijn van partijdigheid had gewekt.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot wraking afgewezen en bevolen dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.