ECLI:NL:RBNHO:2020:4806

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
1 juli 2020
Publicatiedatum
1 juli 2020
Zaaknummer
C/15/296253 / FA RK 19-6690
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Adoptie van een minderjarige geboren uit hoogtechnologisch draagmoederschap met wijziging van geslachtsnaam

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 1 juli 2020 een beschikking gegeven betreffende de adoptie van een minderjarige, geboren uit hoogtechnologisch draagmoederschap. Verzoekers, geregistreerde partners, hebben op 14 november 2019 een verzoekschrift ingediend voor de adoptie van de minderjarige, die genetisch verwant is aan hen. De draagmoeder, die de zus van verzoekster is, heeft met toestemming van haar echtgenoot aangeboden om als draagmoeder op te treden, omdat verzoekster niet op natuurlijke wijze of via IVF zwanger kon worden. De minderjarige is na de geboorte direct in het gezin van verzoekers opgenomen en wordt sindsdien door hen verzorgd en opgevoed.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de draagouders instemmen met het verzoek tot adoptie en dat de Raad voor de Kinderbescherming geen bezwaar heeft. De rechtbank heeft de wettelijke termijn van verzorging en opvoeding van ten minste een jaar, zoals gesteld in artikel 1:228 BW, buiten beschouwing gelaten, omdat deze termijn in deze specifieke situatie niet verenigbaar is met het recht op respect voor privé- en gezinsleven, zoals vastgelegd in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).

De rechtbank heeft geoordeeld dat aan de voorwaarden voor adoptie is voldaan en dat de adoptie in het belang van de minderjarige is. De rechtbank heeft de adoptie uitgesproken en bepaald dat de geslachtsnaam van de minderjarige zal worden gewijzigd. Tevens is de griffier opgedragen om een afschrift van de beschikking aan het gezagsregister te doen toekomen, zodat deze kan worden geregistreerd. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een termijn van drie maanden gesteld voor het instellen van hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
locatie Alkmaar
Zaak-/rekestnr.: C/15/296253 / FA RK 19-6690
beschikking van 1 juli 2020 betreffende adoptie
in de zaak van:
[verzoeker] ,
geboren op [geboortedatum] in de gemeente [gemeente] ,
en
[verzoekster] ,
geboren op [geboortedatum] in de gemeente [gemeente] ,
geregistreerde partners,
beiden aanvankelijk wonende te [plaats] ,
thans wonende te [plaats] ,
hierna te noemen: verzoekers,
advocaat: mr. C.J. Avis-Knuit, kantoorhoudende te Hoofddorp.
De rechtbank merkt als belanghebbenden aan:
[belanghebbende 1] ,
en
[belanghebbende 2] ,
beiden woonachtig te [plaats]
hierna te noemen: de draagouders.

1.Verloop van de procedure

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, met bijlagen, van verzoekers, ingekomen op 14 november 2019;
  • de brieven van verzoekers, ingekomen op 14 november 2019, op 4 december 2019, op 21 januari 2020, op 14 februari 2020 en op 20 mei 2020;
  • het e-mailbericht van de Raad voor de Kinderbescherming (verder: de Raad), ingekomen op 15 juni 2020;
  • de verklaring van de draagouders, bij de rechtbank ontvangen op 26 juni 2020.
1.2
Er heeft, met instemming van alle belanghebbenden, geen mondelinge behandeling
plaatsgevonden.

2.Feiten en omstandigheden

2.1
De minderjarige [minderjarige] (verder: [minderjarige] ) is op [geboortedatum] in de gemeente [gemeente] geboren als dochter van de draagouders). De draagmoeder is een zus van verzoekster. Omdat verzoekster niet via natuurlijke weg of via IVF zwanger kon worden, heeft de draagmoeder, met toestemming van haar echtgenoot, aangeboden om voor verzoekers draagmoeder te zijn. [minderjarige] is via zogenaamd hoogtechnologisch draagmoederschap ter wereld gekomen. [minderjarige] is derhalve genetisch verwant aan verzoekers.
2.2
In overleg met de Raad is [minderjarige] na de geboorte direct in het gezin van verzoekers opgenomen. [minderjarige] wordt vanaf haar geboorte feitelijk verzorgd en opgevoed door verzoekers.
2.3
Blijkens het proces-verbaal van de mondelinge uitspraak als bedoeld in artikel 30p Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van deze rechtbank, locatie Haarlem, ter zitting van 12 februari 2020 (C/15/295207 / FA RK 19-6119) is, uitvoerbaar bij voorraad, het ouderlijk gezag van de draagouders over [minderjarige] beëindigd en zijn verzoekers benoemd tot gezamenlijke voogden over [minderjarige] . Het proces-verbaal is op 13 februari 2020 door de rechter ondertekend.
2.4
Verzoekers zijn op [datum] in de gemeente [gemeente] met elkaar een geregistreerd partnerschap aangegaan. De draagouders zijn op [datum] in de gemeente [gemeente] met elkaar gehuwd.
2.5
[minderjarige] is het eerste kind tot wie verzoekers in familierechtelijke betrekking komen te staan;
2.6
De draagouders hebben verklaard in te stemmen met het verzoek tot adoptie.
2.7
De Raad heeft aangegeven in te stemmen met het verzoek tot adoptie van [minderjarige] .

3.Verzoek

3.1
Verzoekers hebben verzocht, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
a. de adoptie uit te spreken van [minderjarige] door verzoekers;
b. de geslachtsnaam van [minderjarige] te wijzigen van “ [geslachtsnaam] ” in “ [geslachtsnaam] ”.

4.Beoordeling

adoptie

4.1
Uit de stukken blijkt dat op het moment van indiening van het verzoekschrift niet is voldaan aan de verzorgingstermijn van een jaar, een en ander zoals genoemd in artikel 228, eerste lid, onder f. van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
4.2
De wetgever heeft, naast het in artikel 1:227, tweede lid, BW genoemde vereiste dat de verzoekers tenminste drie aaneengesloten jaren onmiddellijk voorafgaand aan de indiening van het verzoek met elkaar hebben samengeleefd, voormelde verzorgingstermijn gesteld opdat een zekere stabiliteit van de verzorgings- en opvoedingssituatie van [minderjarige] kan worden getoetst. Naast het gegeven dat verzoekers aan voormelde samenlevingstermijn voldoen, is de rechtbank van oordeel dat gemelde stabiliteit voldoende is komen vast te staan. [minderjarige] is biologisch gezien het kind van het verzoekers, zij zijn reeds gedurende de zwangerschap intensief betrokken geweest bij [minderjarige] en zij hebben [minderjarige] vanaf haar geboorte verzorgd en opgevoed. Voorts wordt aannemelijk geacht dat verzoekers [minderjarige] zullen blijven verzorgen en opvoeden. Bovendien is het steeds de wens van verzoekers en de draagouders geweest dat verzoekers [minderjarige] zouden adopteren. Overigens wordt naar het oordeel van de rechtbank in deze zaak geen rechtens te respecteren belang geschaad als aan deze voorwaarde wordt voorbij gegaan.
4.3
Op grond van het voorgaande acht de rechtbank de wettelijke termijn van verzorging en opvoeding van ten minste een jaar als bedoeld in artikel 1:228, eerste lid, onder f. BW in deze specifieke situatie niet verenigbaar met het bepaalde in artikel 8 juncto artikel 14 EVRM. De rechtbank zal daarom deze termijn buiten beschouwing laten.
4.4
Uit de stukken blijkt dat aan de in artikel 1:227 BW gestelde gronden en de in artikel 1:228 BW gestelde (overige) voorwaarden voor adoptie is voldaan. De adoptie is in het kennelijk belang van [minderjarige] . Gelet op de omstandigheid dat de draagouders instemmen met het verzoek tot adoptie, is de rechtbank van oordeel dat thans vaststaat en naar voor de toekomst redelijkerwijs is te voorzien dat [minderjarige] niets meer van de draagouders in de hoedanigheid van ouders te verwachten heeft.
De rechtbank heeft hierbij ook in aanmerking genomen dat de Raad aan de rechtbank heeft meegedeeld geen bezwaar te hebben tegen de verzochte adoptie.
4.5
Op grond van het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat het verzoek tot adoptie kan worden toegewezen.
geslachtsnaam [minderjarige]
4.6
[minderjarige] is het eerste kind tot wie verzoekers in familierechtelijke betrekking komen te staan. Verzoekers hebben er voor gekozen dat [minderjarige] de geslachtsnaam [geslachtsnaam] zal dragen.
g
ezagsregister
4.7
De rechtbank zal in verband met het bepaalde in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder sub k. van het Besluit gezagsregisters bepalen dat de griffier, wanneer deze uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan, een afschrift van deze beschikking zal doen toekomen aan het gezagsregister om daarin aantekening te doen van deze beschikking.

5.Beslissing

De rechtbank:
5.1
spreekt uit de adoptie van de minderjarige van het vrouwelijk geslacht:
- [minderjarige], geboren op [geboortedatum] in de gemeente [gemeente] ,
door verzoekers voornoemd;
5.2
bepaalt dat de griffier, wanneer deze uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan, een afschrift van deze beschikking zal doen toekomen aan het gezagsregister, om daarin aantekening te doen van deze beschikking;
5.3
draagt de griffier op niet eerder dan drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking - en indien daartegen geen hoger beroep is ingesteld - een afschrift van deze beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente] .
Deze beschikking is gegeven door mr. M.A.J. Berkers, rechter, tevens kinderrechter, in tegenwoordigheid van A.M. Bergen, griffier en in het openbaar uitgesproken op 1 juli 2020.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.