ECLI:NL:RBNHO:2020:4725
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak heeft eiser, [X], beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Heerlen, inzake de navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen over het jaar 2008. Het beroep is ingesteld bij brief van 7 januari 2020, tegen de uitspraak op bezwaar van 29 november 2019. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser geen beroepsgronden heeft vermeld in het beroepschrift, zoals vereist volgens artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Awb. Eiser is bij aangetekende brief van 27 februari 2020 verzocht om dit verzuim binnen vier weken te herstellen. De rechtbank heeft geconstateerd dat deze brief op 28 februari 2020 is bezorgd, maar eiser heeft niet gereageerd en geen gronden ingediend binnen de gestelde termijn.
Aangezien eiser geen reden heeft gegeven voor het verzuim en er geen verontschuldiging is gebleken, heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As op 3 juli 2020, en is niet openbaar uitgesproken vanwege de coronamaatregelen. Partijen zijn op de hoogte gesteld van de uitspraak en hebben de mogelijkheid om binnen zes weken verzet aan te tekenen.