ECLI:NL:RBNHO:2020:4658
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstand en toewijzing verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke procedure
Op 26 juni 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoekster, een kok die eerder een restaurant in Amsterdam had, had op 17 april 2019 een aanvraag om bijstand ingediend bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer. Deze aanvraag werd op 1 juni 2020 afgewezen, waarbij ook de terugvordering van eerder verstrekte voorschotten werd aangekondigd. Verzoekster maakte bezwaar tegen deze afwijzing en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 18 juni 2020, waarbij de verzoekster en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigden van verweerder. Vanwege de coronamaatregelen vond de zitting plaats via elektronische communicatie. De voorzieningenrechter constateerde dat de aanvraag van verzoekster onvoldoende voortvarend was behandeld en dat het besluit van verweerder was genomen op basis van onvolledig onderzoek. Dit leidde tot de conclusie dat het besluit naar verwachting niet in stand zou kunnen blijven.
De voorzieningenrechter besloot om een voorlopige voorziening te treffen, waarbij verweerder werd opgedragen om met ingang van 4 juni 2020 voorschotten van € 200,- per maand aan verzoekster te verstrekken, totdat er een beslissing op het bezwaar was genomen. Daarnaast werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoekster tot een bedrag van € 1.050,- en moest het betaalde griffierecht van € 48,- aan verzoekster worden vergoed. De uitspraak werd gedaan door mr. L. Boonstra, in aanwezigheid van griffier mr. J.H. Bosveld, en is niet openbaar uitgesproken vanwege coronamaatregelen.