Uitspraak
Rechtbank noord-holland
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 juni 2020 in de zaak tussen
Stichting [X] , gevestigd te [Z] , eiseres,
de heffingsambtenaar van de gemeente Haarlem, verweerder.
Procesverloop
[c] (taxateur).
Overwegingen
De rechtbank heeft geen reden anders te oordelen. Dit betekent dat, gelijk verweerder heeft gedaan, voor elk van de woningen, rekening houdende met de voor de woningen relevante waardebepalende factoren, een waarde dient te worden vastgesteld. Voor zover eiseres voor alle woningen één totaalwaarde voorstaat gaat de rechtbank aan deze stelling derhalve voorbij.
De rechtbank is voorts van oordeel dat verweerder, gelet op de door hem overgelegde matrix en hetgeen hij overigens heeft aangevoerd, is geslaagd in zijn bewijslast. Daartoe overweegt de rechtbank het volgende. De door verweerder in de matrix genoemde vergelijkingsobjecten zijn wat type, bouwjaar, ligging en omvang betreft voldoende vergelijkbaar met de woningen. Naar het oordeel van de rechtbank kunnen de verkoopprijzen van de vergelijkingsobjecten dan ook dienen ter onderbouwing van de waarden van de woningen op de waardepeildatum.