ECLI:NL:RBNHO:2020:3781
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Kennelijk niet-ontvankelijk beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht en niet overleggen van besluit
Op 25 mei 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser [X], wonende te [Z], en de heffingsambtenaar van de gemeente Zaanstad. Eiser heeft op 23 december 2019 beroep ingesteld tegen een uitspraak op bezwaar van verweerder. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. Eiser was verplicht griffierecht te betalen, maar heeft dit niet tijdig gedaan. De rechtbank heeft eiser in de gelegenheid gesteld om het griffierecht te betalen, maar eiser heeft niet gereageerd op de brieven van de griffier. De rechtbank heeft vastgesteld dat het griffierecht niet op tijd is betaald en dat er geen verontschuldiging voor dit verzuim is gegeven. Daarnaast heeft eiser verzuimd om binnen de gestelde termijn een afschrift van het besluit waar het geschil betrekking op heeft over te leggen. De rechtbank heeft eiser ook hierop gewezen, maar wederom zonder reactie van eiser. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, in aanwezigheid van M. van der Elst, griffier. De uitspraak is niet op een openbare zitting gedaan vanwege coronamaatregelen, maar zal alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is.