ECLI:NL:RBNHO:2020:3197
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag persoonsgebonden budget door zorgverzekeraar; voorzieningenrechter onbevoegd
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 24 april 2020 uitspraak gedaan op het verzoek om voorlopige voorziening van verzoekster, Univé Zorg N.V. Verzoekster had een aanvraag ingediend voor een persoonsgebonden budget (pgb) voor verpleging en verzorging, welke door de zorgverzekeraar was afgewezen. De zorgverzekeraar, in dit geval Univé Zorg N.V., is echter geen bestuursorgaan in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit betekent dat de voorzieningenrechter niet bevoegd is om het verzoek om voorlopige voorziening te behandelen.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de beslissing van de zorgverzekeraar niet kan worden aangemerkt als een besluit in de zin van de Awb, omdat de zorgverzekeraar geen publiekrechtelijk orgaan is. De voorzieningenrechter heeft daarbij verwezen naar de relevante wetgeving en memorie van toelichting, waaruit blijkt dat zorgverzekeraars onder de Zorgverzekeringswet (Zvw) opereren en niet als bestuursorgaan kwalificeren. Hierdoor kan er geen bezwaar of beroep worden ingesteld tegen de afwijzing van de aanvraag voor het pgb.
De voorzieningenrechter heeft de partijen niet uitgenodigd voor een zitting, omdat het verzoek kennelijk onbevoegd is. De uitspraak heeft een voorlopig karakter en bindt niet in een eventueel bodemgeding. De voorzieningenrechter heeft ook opgemerkt dat verzoekster de mogelijkheid heeft om een vordering in te dienen bij de burgerlijke rechter of een geschil voor te leggen aan de Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen (SKGZ). De uitspraak is niet openbaar uitgesproken vanwege de coronamaatregelen, maar zal wel gepubliceerd worden op de website van de rechtspraak.