ECLI:NL:RBNHO:2020:3182
Rechtbank Noord-Holland
- Proceskostenveroordeling
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot proceskostenveroordeling na intrekking beroep inzake naheffingsaanslag omzetbelasting
Op 1 mei 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in de zaak tussen [X] B.V. als eiseres en de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Amsterdam, als verweerder. De zaak betreft een verzoek om proceskostenveroordeling na de intrekking van een beroep tegen een naheffingsaanslag omzetbelasting voor de periode april tot en met juni 2019. Eiseres had eerder bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslag, welke door de inspecteur op 4 oktober 2019 gegrond werd verklaard, en de aanslag op nihil werd gesteld. Eiseres heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank Amsterdam, maar trok dit beroep in op 14 februari 2020, met het verzoek om de inspecteur te veroordelen in de proceskosten.
De rechtbank heeft het verzoek om proceskostenveroordeling afgewezen. De rechtbank overwoog dat, hoewel eiseres het beroep had ingetrokken, dit gebeurde nadat de inspecteur al tegemoet was gekomen aan het bezwaar van eiseres. De rechtbank stelde vast dat de inspecteur niet geheel of gedeeltelijk aan eiseres was tegemoetgekomen, omdat het bestreden besluit niet was ingetrokken of gewijzigd. De rechtbank concludeerde dat er geen aanleiding was om de inspecteur te veroordelen in de kosten, en dat eiseres ook geen recht had op teruggave van het betaalde griffierecht.
De uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, en is niet openbaar uitgesproken vanwege de coronamaatregelen. Eiseres kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Amsterdam.