ECLI:NL:RBNHO:2020:2757

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
8 april 2020
Publicatiedatum
10 april 2020
Zaaknummer
6840386 CV EXPL 18-3137
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Europees civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor annulering van vlucht door weersomstandigheden zonder buitengewone omstandigheden

In deze zaak heeft de passagier een vordering ingesteld tegen Easyjet vanwege de annulering van zijn vlucht van Genève naar Amsterdam op 3 maart 2018. De passagier vorderde compensatie van € 250,- op grond van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die rechten van luchtreizigers regelt. Easyjet heeft de annulering van de vlucht gerechtvaardigd door te stellen dat deze het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk verwachte sneeuwval op de luchthaven van vertrek. De passagier betwistte dit en stelde dat andere vluchten op dezelfde dag wel zijn uitgevoerd.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat de dagvaarding op de juiste wijze is betekend. Vervolgens heeft de rechter de argumenten van Easyjet beoordeeld. De rechter oordeelde dat Easyjet niet voldoende bewijs heeft geleverd dat de annulering van de vlucht daadwerkelijk het gevolg was van buitengewone omstandigheden. De weersomstandigheden waren niet zodanig dat de uitvoering van de vlucht onmogelijk was, aangezien andere vluchten op dezelfde dag wel zijn uitgevoerd.

De kantonrechter heeft daarom de vordering van de passagier toegewezen en Easyjet veroordeeld tot betaling van € 250,- plus wettelijke rente vanaf de datum van de annulering. Daarnaast is Easyjet veroordeeld tot betaling van de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de passagier het bedrag direct kan vorderen, ongeacht een eventuele hoger beroep van Easyjet.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 6840386 \ CV EXPL 18-3137
Uitspraakdatum: 8 april 2020
Vonnis in de zaak van:
[passagier]
wonende te [woonplaats]
eiser
hierna te noemen: de passagier
procederend in persoon
tegen
de vennootschap naar buitenlands recht (private limited company)
Easyjet Airline Company Limited
gevestigd te Luton, Bedfordshire (Verenigd Koninkrijk), kantoorhoudende te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer)
gedaagde
hierna te noemen Easyjet
gemachtigde mr. J.W.A. Lameijer

1.Het procesverloop

1.1.
De passagier heeft bij dagvaarding van 6 april 2018 een vordering tegen Easyjet ingesteld. Easyjet heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
De passagier heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna Easyjet een schriftelijke reactie heeft gegeven. Vervolgens heeft de passagier een akte uitlating producties genomen.

2.De feiten

2.1.
De passagier heeft met Easyjet een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan Easyjet de passagier diende te vervoeren van Genève (luchthaven Geneva Airport) naar Amsterdam (luchthaven Schiphol) op zaterdag 3 maart 2018 (vluchtnummer EZY 1355), hierna: de vlucht. De vlucht zou om 12:55 uur plaatselijke tijd (althans 11.55 uur UTC) vertrekken en arriveren om 14.40 uur plaatselijke tijd.
2.2.
De vlucht is geannuleerd. Easyjet heeft de passagier hierover (in ieder geval) bij e-mail van 2 maart 2018 om 21.29 uur geïnformeerd.
2.3.
De passagier heeft compensatie van Easyjet gevorderd in verband met voornoemde annulering.
2.4.
Easyjet heeft geweigerd tot betaling over te gaan.

3.De vordering

3.1.
De passagier vordert dat Easyjet bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 250,- (binnen 7 dagen na dagtekening van het vonnis), te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag primair vanaf 3 maart 2018 en subsidiair vanaf 26 maart 2018, althans vanaf de dag van dagvaarding dan wel een in goede justitie te bepalen datum, tot aan de dag van algehele betaling;
- de proceskosten (daaronder begrepen de nakosten, de kosten van het uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel van € 11,- en de deurwaarderskosten) binnen 7 dagen na dagtekening van het vonnis en te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten en nakosten vanaf bovengenoemde termijn voor voldoening tot aan de dag van algehele betaling.
3.2.
De passagier heeft aan de vordering – kort weergegeven – het volgende ten grondslag gelegd. De vlucht is geannuleerd en Easyjet heeft de passagier geen alternatieve vlucht naar dezelfde bestemming aangeboden. Hierom heeft de passagier op grond van het bepaalde in artikel 5 lid 1 van de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) recht op de in artikel 7 van de Verordening bedoelde compensatie. Nu de afstand tussen Genève en Amsterdam minder dan 1500 kilometer bedraagt, is Easyjet gehouden hem te compenseren tot een bedrag van € 250,- conform het bepaalde in artikel 7 lid 1 sub a van de Verordening.

4.Het verweer

4.1.
Easyjet betwist de vordering. Zij voert – kort samengevat – het volgende aan.
4.2.
De dagvaarding is betekend aan een Easyjet onbekend adres, te weten Vertrekpassage 3 te Schiphol.
4.3.
Easyjet is de gevorderde compensatie niet verschuldigd, omdat de annulering van de vlucht het gevolg is van buitengewone omstandigheden die zelfs door het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen hadden kunnen worden. De vlucht is namelijk op 2 maart 2018 om 16.14 uur geannuleerd op basis van een weerbericht van 2 maart 2018 van 9.12 uur UTC dat inhield dat op Geneva Airport sneeuw werd verwacht. Deze weersomstandigheid verhinderde de uitvoering van de vlucht in kwestie zoals bedoeld in overweging 14 van de considerans van de Verordening. Ieder ander vliegtuig zou met dezelfde weersomstandigheden te maken hebben gehad. Het inzetten van een vervangend toestel zou dus geen redelijke maatregel zijn geweest waarmee de annulering voorkomen had kunnen worden.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
5.2.
Easyjet heeft allereerst aangevoerd dat de dagvaarding is betekend aan het haar onbekende adres Vertrekpassage 3 te Schiphol. De Vertrekpassage op Schiphol staat op het uittreksel van de Kamer van Koophandel van Easyjet vermeld. Nu Easyjet in deze procedure is verschenen en heeft aangegeven wel kennis te hebben genomen van de dagvaarding, is zij niet in haar verdediging geschaad. De kantonrechter gaat dan ook aan het betreffende verweer van Easyjet voorbij.
5.3.
Op grond van het bepaalde in artikel 5 lid 1 sub c van de Verordening, heeft de passagier in geval van annulering van een vlucht recht op de in artikel 7 van de Verordening bedoelde compensatie, behalve in de onder i. tot en met iii. van artikel 5 lid 1 sub c genoemde uitzonderingsgevallen. Die uitzonderingsgevallen zijn in dit geval niet aan de orde. In dit verband is van belang dat de passagier heeft gesteld dat Easyjet hem geen alternatieve vlucht naar zijn eindbestemming heeft aangeboden. Easyjet heeft geen bewijs van het tegendeel geleverd.
5.4.
Op grond van het bepaalde in artikel 5 lid 3 van de Verordening is de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert echter niet verplicht compensatie te betalen als zij kan aantonen dat de annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden, die ondanks het treffen van redelijke maatregelen niet voorkomen konden worden. Bij de beoordeling hiervan heeft als uitgangspunt te gelden dat de Verordening een hoge mate van bescherming van de consument beoogt en restrictief dient te worden uitgelegd. In dat licht dient het standpunt van Easyjet te worden bezien.
5.5.
Gelet op het bepaalde in de considerans van de Verordening onder 14, kunnen weersomstandigheden die uitvoering van de vlucht in kwestie verhinderen een buitengewone omstandigheid opleveren. Easyjet heeft in dit verband aangevoerd dat sneeuw en navenante problemen werden verwacht waardoor de uitvoering van de betreffende vlucht is verhinderd.
5.6.
Ter onderbouwing hiervan heeft Easyjet zich beroepen op het als productie 2 bij dupliek overgelegde weerbericht van 2 maart 2018 (9.12. uur UTC), waarin – voor zover hier van belang - het volgende is vermeld:
‘Band of snow spreading across France and W Alps – GVA (…). Affecting AMS this evening and overnight.’
(…)
‘GVA: Band of heavy snow 08-12Z, 2-5 cm. Risk of freezing rain until 08Z with snow turning to rain this afternoon. Mist forming this evening with freezing fog this evening and overnight. Further snow first-wave Saturday.’
5.7.
Dat deze weersverwachting correct was wordt volgens Easyjet bevestigd door het als productie 1 bij antwoord overgelegde weerbericht van 3 maart 2018 (8.36 uur UTC) waarin - voor zover hier van belang - is vermeld:
‘Mist and very low cloud, bases 2-400FT. Band of light snow, moderate at times from 7-14Z lowering visibility<1000M and cloud to 1-300 FT.(…).
(…)
First Wave & Outlook – Saturday 3rd March 2018
(…)
GVA will see snow with accumulations of 1-3 cm until 1400z.
(…)’
5.8.
De kantonrechter overweegt hierover het volgende. Blijkens bovengenoemde weerberichten werden sneeuwval en verminderd zicht verwacht. Nog daargelaten dat niet blijkt uit welke bron deze weerberichten afkomstig zijn, wordt met deze weerberichten echter niet aangetoond dat door die weersomstandigheden de uitvoering van de vlucht in kwestie werd verhinderd. In dit verband is van belang dat de passagier heeft gesteld dat andere vluchten (genoemd in alinea 10 van de dagvaarding) in de ochtend en (ook vroege) middag van 3 maart 2018 wel gewoon vanaf Geneva Airport zijn vertrokken, waaronder ook de vluchten van Easyjet nrs. EZY 1351 naar Amsterdam (vertrektijd 9.50 a.m.) en EZY 8469 naar Londen (vertrektijd 2.04 p.m.). Dat is door Easyjet niet weersproken. Easyjet rept bij dupliek over een niet bestaande vlucht nr. EZY 8489, maar dat vluchtnummer is hier niet aan de orde.
5.9.
Easyjet heeft zich er in dit verband nog (in algemene zin) op beroepen dat in geval van sneeuwomstandigheden vluchten moeten worden geannuleerd omdat de luchtverkeersleiding in verband met de veiligheid dan niet de gebruikelijke hoeveelheid vliegtuigen aankan. Uit niets is echter gebleken dat de luchtverkeersleiding in het onderhavige geval een capaciteitsreductie heeft opgelegd en dat Easyjet geen andere keuze had dan tot annulering van de betreffende vlucht over te gaan. Een onderbouwing met stukken waaruit een beslissing van de luchtverkeersleiding kan worden afgeleid ontbreekt.
5.10.
Gelet op het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat niet is komen vast te staan dat sprake is van een buitengewone omstandigheid. De kantonrechter komt dan ook niet toe aan de beantwoording van de vraag of Easyjet voldoende redelijke maatregelen heeft genomen om deze te voorkomen.
5.11.
De kantonrechter acht de door de passagier gevorderde hoofdsom op grond van artikel 5 lid 1 sub c in verbinding met artikel 7 lid 1 sub a van de Verordening dan ook toewijsbaar. Hetgeen door Easyjet verder nog is aangevoerd leidt niet tot een ander oordeel. De passagier heeft niet onderbouwd op grond waarvan betaling binnen 7 dagen na dagtekening van het vonnis moet plaatsvinden. Dit onderdeel van de eis wordt daarom afgewezen. Het is aan de passagier, indien Easyjet niet voldoet aan de veroordeling, om het vonnis te laten betekenen.
5.12.
De wettelijke rente over de hoofdsom is toewijsbaar vanaf de datum van de (geannuleerde) vlucht (3 maart 2018), zoals primair gevorderd. Immers, gelet op artikel 6:83 sub b van het Burgerlijk Wetboek (BW) is de vordering tot vergoeding van forfaitair berekende schade terstond opeisbaar en treedt het verzuim zonder ingebrekestelling in op het moment waarop de schade geacht wordt te zijn geleden.
5.13.
De proceskosten (waaronder ook de kosten van het uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel) komen voor rekening van Easyjet, omdat zij ongelijk krijgt. De nakosten zullen worden afgewezen omdat de passagier zonder gemachtigde procedeert. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten is toewijsbaar met ingang van de datum gelegen 14 dagen na de datum van betekening van dit vonnis.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt Easyjet tot betaling aan de passagier van € 250,00, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 3 maart 2018 tot aan de dag van algehele betaling;
6.2.
veroordeelt Easyjet tot betaling van de proceskosten die aan de kant van de passagier tot en met vandaag worden begroot op de bedragen zoals deze hieronder zijn gespecificeerd:
dagvaarding € 98,01;
griffierecht € 79,00;
uittreksel Handelsregister KvK € 11,00;
te vermeerderen met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na de datum van betekening van dit vonnis tot de dag van algehele betaling;
6.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.M. de Vries, kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter