1.3De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft het maatmanloon en de urenomvang aangepast en één van de geduide functies (productiemedewerker confectie) laten vervallen. In plaats daarvan heeft de arbeidsdeskundige de functie besteller post geschikt bevonden. Dit leidt niet tot een ander besluit, omdat de mate van arbeidsongeschiktheid op basis van de functies minder dan 35% (34,01%) blijft.
2. Eiseres heeft in beroep aangevoerd dat het medisch onderzoek onvoldoende zorgvuldig / compleet is verricht. Zo zijn de gevolgen van de Ménière niet (goed) in de beoordeling betrokken. De in bezwaar overgelegde medische gegevens zijn niet herbeoordeeld. Daarnaast heeft eiseres aangevoerd dat zij niet in staat is vier uur per dag, 20 uur per week te werken. In de praktijk is gebleken dat tien uur per week het maximaal haalbare is. Bij langdurige belasting neemt met name het oorsuizen enorm toe. In de FML is geen beperking met betrekking tot ‘horen’ opgenomen, terwijl uit het verslag blijkt dat sprake is van doofheid. De tinnitus brengt ook meer beperkingen mee. Volgens eiseres had een urenbeperking tot 10 uur per week aangenomen moeten worden, daarnaast dat er geen stress ervaren mag worden en ook dat rust genomen moet kunnen worden op zelfgekozen momenten.
3. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft naar aanleiding van de beroepsgronden de FML bijgesteld. Er zijn extra beperkingen aangenomen met betrekking tot het gehoorverlies (II.2 en I.9.9) en de hyperacusis (overgevoeligheid voor (harde) geluiden, III.7). Ook zijn beperkingen aangenomen op de items van I.9.7 (veelvuldige deadlines en productiepieken), I.9.8 (hoog handelingstempo) en II.8 (omgaan met conflicten). De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft echter geen aanleiding gezien een omvangrijker urenbeperking aan te nemen. De omstandigheid dat eiseres haar eigen werk als caissière niet langer dan 10 uur per week kan volhouden leidt er volgens de verzekeringsarts bezwaar en beroep niet toe dat eiseres niet in staat kan worden geacht meer dan 10 uur per week te werken in andere functies. In de eigen functie zijn namelijk veel prikkels/belastende factoren aanwezig. Naar aanleiding van de door eiseres ingebrachte informatie van [naam 1] (triage-audicien) en drs. [naam 2] (klinisch fysicus- audioloog) heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep opgemerkt dat daaruit geen ander medisch beeld naar voren komt als al bekend was. Dat er een forse beperking ten aanzien van horen bestaat staat volgens de verzekeringsarts bezwaar en beroep niet ter discussie. Ook is voldoende rekening gehouden met de belastende factoren en de vermoeidheid voortvloeiend uit het gehoorverlies, de Ménière en het oorsuizen. Verder bestaat volgens haar geen contra-indicatie tegen het dragen van gehoorbescherming.
4. De rechtbank is van oordeel dat het bestreden besluit waar het gaat om het medisch onderzoek niet berust op een deugdelijke grondslag. Voorafgaand aan het bestreden besluit heeft immers geen medische heroverweging plaatsgehad. Dit heeft pas in beroep plaatsgevonden. Voorts betekent het bijstellen van de FML in beroep dat het bestreden besluit ook daarom niet op een juiste medische grondslag berustte. Artikel 6:22 van de Awb biedt de mogelijkheid om het bestreden besluit, ondanks dit gebrek in stand te laten als aannemelijk is dat eiseres hierdoor niet is benadeeld. De rechtbank ziet, gelet op het navolgende, aanleiding om het gebrek te passeren nu aannemelijk is dat belanghebbende hierdoor niet is geschaad.
5. De rechtbank is van oordeel dat het medisch onderzoek voldoende zorgvuldig is verricht. De rechtbank heeft daarbij in aanmerking genomen dat eiseres door de verzekeringsarts op het spreekuur is gezien en dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep in haar beoordeling de medische informatie van de behandelaars van eiseres heeft betrokken.
De rechtbank is voorts van oordeel dat de medische beperkingen van eiseres juist zijn neergelegd in de FML. De rechtbank heeft daarbij in aanmerking genomen dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep beperkingen heeft aangenomen ten aanzien van persoonlijk functioneren (geen veelvuldige deadlines of productiepieken, geen hoog handelingstempo, zonder verhoogd persoonlijk risico), sociaal functioneren (horen (fors gehoorverlies), omgaan met conflicten), geluidsbelasting (geen harde geluiden, niet veel omgevingsgeluid), gemiddeld ongeveer 4 uur per dag / 20 uur per week, op min of meer vaste werktijden. Verweerder heeft blijkens de beschouwing van de verzekeringsarts bezwaar en beroep rekening gehouden met de vermoeidheid die gepaard gaat met de aandoeningen van eiseres. Eiseres heeft haar standpunt dat zij meer beperkt is, in het bijzonder dat zij niet meer dan twee tot tweeënhalf uur per dag in staat zou zijn te werken, niet met medische informatie onderbouwd. Dat eiseres het in haar huidige functie niet langer volhoudt, terwijl haar functie al zo is aangepast dat zij weinig prikkels heeft, kan naar het oordeel van de rechtbank niet leiden tot de conclusie dat een omvangrijker urenbeperking had moeten worden aangenomen. Bij het stellen van een urenbeperking moet er immers vanuit worden gegaan dat voldaan is aan alle overige voorwaarden die voor eiseres gelden.
6. Eiseres heeft vervolgens aangevoerd dat de geduide functies te belastend zijn, omdat geen rekening is gehouden met de daaraan te stellen eisen van een geringe geluidsbelasting en geen blootstelling aan omgevingsgeluid. Eiseres heeft er daarbij op gewezen dat de functie productiemedewerker industrie wordt uitgeoefend in een ruime productiehal. In de praktijk zal sprake zijn van slechte akoestiek en omgevingsgeluid door meerdere gesprekken tegelijkertijd. Ook bij de functie medewerker kleding- en textielreiniging is sprake van te grote geluidsbelasting, door de gebruikte machines. Communiceren terwijl deze machines in gebruik zijn is voor eiseres niet mogelijk. Eiseres heeft ter zitting verder toegelicht dat zij niet vier uur per dag gehoorbescherming kan dragen, omdat zij dan meer last krijgt van het oorsuizen.
7. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep is in overleg met de verzekeringsarts bezwaar en beroep tot de conclusie gekomen dat de functies passend zijn voor eiseres. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft per beoordelingspunt / per functie deze conclusie gemotiveerd. In verband met de hyperacusis zou eiseres gehoorbescherming kunnen dragen. Waar het gaat om het horen levert dat in de geduide functies geen problemen op omdat niet of nauwelijks mondeling overleg nodig is.
8. De rechtbank is van oordeel dat verweerder met deze toelichting voldoende onderbouwd heeft dat de geduide functies door eiseres verricht moeten kunnen worden. Met betrekking tot het dragen van gehoorbescherming overweegt de rechtbank dat niet is gebleken dat dit op medische gronden niet mogelijk is.
9. Het beroep is ongegrond. In de omstandigheid dat sprake was van een motiveringsgebrek in het bestreden besluit ziet de rechtbank aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiseres gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op
€ 1.050,- (1 punt voor het verschijnen ter zitting, 0,5 punt voor het verschijnen op de nadere zitting en 0,5 punt voor de reactie op de rapportage van de verzekeringsarts bezwaar en beroep, met een waarde per punt van € 525,- en een wegingsfactor 1).