ECLI:NL:RBNHO:2020:11800
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- R.H.M. de Bruin
- E.B. de Vries-van den Heuvel
- H. de Jong
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wraking van de rechter in belastingzaken
Op 24 november 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een wrakingszaak. Verzoeker had op 6 oktober 2020 een verzoek tot wraking ingediend tegen mr. G.H. de Soeten, de rechter in aanhangige belastingzaken. Verzoeker stelde dat hij belanghebbende was geworden in deze zaken na het overlijden van zijn vader op 19 september 2020. Hij had verzocht om uitstel van de mondelinge behandeling, maar dit verzoek was door de rechter afgewezen. Verzoeker voerde aan dat deze afwijzing hem in zijn verweermogelijkheden had geschaad en dat de rechter extra terughoudend had moeten zijn, gezien de complexiteit van de dossiers en de betrokkenheid van zijn familie. Hij stelde dat de rechter de schijn van vooringenomenheid had gewekt.
De wrakingskamer heeft de zaak behandeld op 17 november 2020, waarbij verzoeker en de wederpartij niet verschenen. De rechter was wel aanwezig. De wrakingskamer oordeelde dat de beslissing van de rechter om het uitstelverzoek af te wijzen een procesbeslissing was, die niet kan leiden tot wraking. De wrakingskamer benadrukte dat de rechter uit hoofde van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. In dit geval waren er geen feiten of omstandigheden die de vrees voor partijdigheid objectief konden rechtvaardigen.
De rechtbank heeft het verzoek tot wraking afgewezen en bevolen dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.