ECLI:NL:RBNHO:2020:10793
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroepen inzake navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
Op 21 december 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in de zaken tussen eiseres [X], vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. V.Y. Jokhan, en de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Amsterdam. Eiseres heeft op 11 mei 2020 beroepen ingesteld tegen de uitspraken op bezwaar van verweerder van 6 mei 2020, betreffende navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen over de jaren 2014 tot en met 2016. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
De rechtbank overweegt dat een beroep moet voldoen aan de eisen van artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Awb, waarin staat dat de gronden van het beroep vermeld moeten worden. Eiseres heeft echter geen beroepsgronden ingediend in haar beroepschriften. De rechtbank heeft eiseres op 7 juli 2020 verzocht om dit verzuim binnen vier weken te herstellen. Ondanks een verzoek van de gemachtigde om de termijn te verlengen, heeft eiseres binnen de gestelde termijn geen gronden ingediend en geen reden gegeven voor dit verzuim.
Hierdoor heeft de rechtbank geoordeeld dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, in aanwezigheid van M. van der Elst, griffier. Deze uitspraak is niet openbaar uitgesproken vanwege de coronamaatregelen, maar zal alsnog openbaar worden gemaakt zodra dat weer mogelijk is. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken verzet worden gedaan.